Verzamelde werken 1940-1941
(1995)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 126]
| |
16. StellingenGa naar voetnoot1.I. a. ‘De discussie over het monopleurisch karakter van het verbond is op treurige wijze vertroebeld doordat “partijen”, “deelen” en “zijden” van het verbond werden verward’ (dr A. de Bondt).Ga naar voetnoot2. b. De discussie over het monopleurisch karakter van het verbond is en blijft óók in bovenstaande, op treurige wijze vertroebeld doordat (gelijk onzerzijds tegen dr Hepp is opgemerkt) ‘partijen’, ‘deelen’ en ‘zijden’ van het verbond werden verward, en doordat men, gelijk hieronder blijken zal, ‘monopleurisch’ een anderen zin geeft, dan het woord hebben wil; een eenzijdige beschikking (tot verbondsoprichting en van verbondsformatie) verwart met het door die beschikking beschikte of tot stand gekomene (den daarna ingetreden verbondstoestand); en het alleen zijn van God in de beschikking verwart met het ten onrechte gestelde alleen zijn van God in het beschikte. (K. Schilder.) ‘Het Genadeverbond is zeer beslist monopleurisch. Er zijn twee partijen, God en mensch. Er zijn twee deelen: belofte en eisch. Dat de mensch de belofte aanvaardt en den eisch vervult is uitsluitend te danken aan God. Alle roem is uitgesloten’ (dr A. de Bondt).Ga naar voetnoot3. Het Genadeverbond is zeer beslist dipleurisch (de oude theologie). Het werd dit door een monopleurische beschikking Gods. Er zijn twee partijen. De ééne Partij is zóó groot, dat ze de andere, in zichzelf tot het partij-zijn in déze gemeenschap, onbekwaam, en onbevoegd, tot werkelijke ‘partij’ kàn maken, en ze is souverein, daarin, dat ze zulks ook doet. Dat die andere partij de belofte aanvaardt, en den eisch vervult, is uitsluitend te danken aan God. Dat zij dit doet als partij, en niet als stok en blok, is eveneens te danken aan God. Alle (valsche) roem is uitgesloten. Maar de roem in den Heere is nu nog veel grooter geworden. (K. Schilder.) |
|