kerk? Ook toen waren daar toch vrome menschen? Ook toen kon toch zeker de pauselijke kerk zeggen: bij ons gebeuren nog wedergeboorten, God heeft ons dus nog niet verlaten, de moeder heeft nog geen scheldbrief, men mag dus ons ook niet verlaten?
Dit laatste was volkomen juist. Dat n.l. de vrije menschen Gods, Luther en Calvijn, de kerk niet eigenwillig mochten verlaten hunnerzijds, maar dat ze hun vrijheid gebruiken moesten om de kerk tot ‘Entscheidung’ te brengen, en om te profeteeren van de waarheid, en de gevolgen aan God over te laten. De ‘sleutelen’ hanteeren (Zondag 31)!
Waarlijk, men moet zich niet van oud-testamentische beelden bedienen. Want men komt dan terecht bij apologetische redenen, die ook de roomschen letterlijk kunnen voorlezen in een philippica tegen het protestantisme.
En hierom blijven wij waarschuwen tegen elke veronachtzaming van nieuw-testamentische grondgedachten. Men moet niet een ‘gegevenheid’ zien als het lichaam, waarin zich het verbond kristalliseert, doch de spanning weer aandurven, wijl het moet, de spanning van de betere verbondsbeschouwing, die, in plaats van een statisch verbondsstatuut en verbondsinstituut, de levende presente, permanente verbondsgehoorzaamheid voor de aandacht plaatst.
Maar hier raken wij de groote kwestie aan waarover in de volgende paragraaf zal te spreken zijn.