Verzameld werk. Deel 2. Het boek ik. De andere namen. De derde persoon
(1978)–Bert Schierbeek– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 143 (133)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 144 (134)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
... moeten wij dan ingaan in de wanden pantamawandarah om ons zelf geschilderd te zien met zin voor vertoning? onze schaduwdromen hebben de stromen van veel bloed geopend en bloemen gemaakt met het verschrikkelijke hoofd der verstening... DE GROTE MOEDER SLAAPT... en wat hebben wij boven de Poeroesha gesponnen? Het licht der ene duisternis? Het web van dit heelal? Het einde der Grote dag? want het teken is de uitdrukking der zaak en de zaak de verborgen
kracht van het teken...
Praise the Lord wij zijn allen supremo gesloten en vreten bittere zeep uit de ogen der anderen om onze handen te wassen een fotografische zeug geeft de toon aan voorgesteld als stof... herberg van vele bekende stukken en natures-mortes aux fragments... in fragmentos...
een gepimenteerd heelaal staart loensend in breed geschetste vlakten sterkgericht weer weder en weerom... achteruit is nergens
gaarne zien wij uw nieuw gemoed tegemoet... en wat god de vader, toen zijn moeder dood was en lege handen hem tergend aanstaarden, heeft gemaakt in zeven dagen zonder dooier en een dag rust aan uren, dagen, maanden, jaren, feiten, volken en verveling... het hele ledikant van gods blote handen staat leeg als een verlaten hart, de naakte schoenen er onder en de zevenduizend en één nacht verhalen gaan hun gang... WIJ MAKEN UW SCHOENE VETERS EN BUIKBANDEN
wij redeneren logisch met zin voor kosthuizen
wij zenden uw schietgebeden uit vol hoge hoeden en buitenschot
WIE KERMT MIJ DE ATOMEN IK AAN?
WIE ZET MIJ DE TROTS EN 'T GEBED DER BERGEN AAN?
WIE MAAKT MIJ HET DAL VOOR DE STROMEN VAN ALLEN WAARIN IK UITEENVIEL?
ettergezwellen, onderhuidse vulkanen en schuldballen
vervaardigden veel verdelging voor wat meende te kunnen lachen wie ligt niet onder zerken?
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 145 (135)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
leg uw darmen maar op straat, want het moederdiep ligt dicht, Gij boetseerders van driehoeken, lijnen, teerlingen, canzones, corsetten, pruisen culturen gangen huizen honger en dichte deuren... GA HEEN!! DIT IS DE GROT WAARIN DE HANDEN WONEN EN DE STILLE ADEM LUIDEN!!!
(denn wahrhaft wir denken alle in figuren)
ik word in u allen demiurg
drie seraphijnen, Sepher, Saphar en Sipur zingen het heilig getal in de negen kamers van mijn oren... de bestaansgronden worden terzijde gesteld
ik ben de zelfbestaande heer verwekker van vorm uit arûpa, de verborgen heer die zich zelf zingt mahakalpa meaculpa ahhi ahhi de SANGBAI DAG POmonade van manu met de handen 7 mysterie vol van manen sferen schijnen and that thrilling thing called love the king of creation nakend ons de straat in en uit voor de huizen van wol die de uitgang verstoppen tot wat wij zijn de kreeft op zij van een grote adem het welk enkel het voertuig en de grote substantie vormt (het intelligente beentrillen ach ach)
Blanchissez vos dents! O fires of night!! Laat uw hoofd zakken want ik zit in U allen, in dit alles, in dit Al mijn ik en smijt mijzelf de deur uit omdat het in de wegstaan van het eigen huis niet meer gewenst is van wie dan ook die meent dat hij moet doen wat gedaan moet worden het reinigen der eigen stallen, alle stal- en staalmeesters ten spijt het slot van 't eigen huis moet zijn daar het willen het woordje meespreekt dat niet achterhaald kan worden... BEN IK DE GOEDE VERSTAANDER OF HET HALVE WOORD? want wie liefheeft zal de vrouw van liefde veel dingen de naam noemen... wie lief heeft zal de vrouw de liefde noemen wie liefheeft zal de teller en noemer van de namen van liefde zijn GIJ ZIJT DE LETTERS VAN MIJN WOORDEN!! de mest en de stank van mijn handen...
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 146 (136)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
blanchissez vos dents!
WEEGT HET GEWELD UWER HANDEN!
wie niet stinkend is geworden tussen zijn volk... kleine rekenaars, telmachinisten, zuivelvreters en ondergoedfabrikanten,
Weet:
‘te dien dage zal het geschieden dat er raadslagen
in uw hart opkomen en gij kwade gedachten zult denken’
HANG UW DARMEN AAN DE WILGEN EN HONGER!!
‘I love those dearhearts and gentle people
who live and love in my home town’
de ring VERDER NIET hangt om uw halzen
‘however knowing the tragic happenings to innocent people,
when the A-bomb is used... said Tuman sad-ly laughing’
tot op de Grote Dag wees met ons zal er geen meerdere zijn. laat Fohat wieken aan de wielen zetten van de vier hoeken der aarde laat doctor jevons en doctor babbage denken laat veertig zielen uitgaan op een gloeiende wonde laat er geen schaduw op de muren zijn laat onze blikken veilig lijken, de afdruksels van al wat wij gedaan hebben ‘wer mit diesem Menschen spricht, blickt ins Antlitz des Todes, rief ein französcher Minister aus... HO CHI MING, der Grüne Drache...’ wij passeren 't wortelras der vierde ronde! Handen omhoog! Jim Cocq is shooting! Ik betreur enkele doden. Ik betreur hans katan, ernst kleyzing, jan pape, dirk pape, reina prinsen, pam poorters, verleum en allen wier namen niet meer genoemd worden... WIE NIET STINKENDE IS GEWORDEN TUSSEN ZIJN VOLK!!! de schootsvelden van alle peletons en gevallen vrouwen slaan | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 147 (137)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
kruisen over de horizonnen ja nee ja nee wij niet wij wel wij o nee nee nee, wij willen blijven schijnen dunken heten en voldoen... wij willen o vergeet mij niet hier knapzakveelplezieropblotevoeten als het kan en mag en niet de godvergetengeneralen voorwaartsmarschééntweedrie de dood in en oerwouden vreten en woestijnen baren, wij willen gevallen engel zo zuiver en bang zijn als maar niet de scherpte van dit op ons komt want wij lezen de show van de krant niet uit de letters wat gedrukt is is gedrukt... Poets je tanden, lieve... wie niet meerekent, rekent niet...
alles wat neergeslagen is zal opstaan in droom en daad!
Panglos de Grote Menner draagt karrevrachten liefde en haat mijn huid binnen en spreekt: Ik zal gaten in je lijf branden en straten uitslijten in je darmen en hooiwagens zullen stinkend vlees wegrukken om tot je innerlijk te komen... want de rooimachines lopen over brake landen... WIE WIL MIJN ROYAAL GEEXPLODEERDE ZIEL?
de koers blijft ongewijzigd!
heroïsch soldate Magdalena Cesarska wordt femme nue, haar navel alleen is bekleed met de andere kant van de medaille
U UITGEREIKT VOOR DE HELDHAFTIGE VERDEDIGING DER DEMOCRATIE!
‘mijn vader is parfumeur! En U?’ ‘Unescio!’ Précaution! VOrsicht! Mammachen der Winter kommt! Men mag mij rustig een Groot Mirakel noemen want niet minder dan zeven Romeinse keizers, zes en twintig vruchtloze pauzen, drie en veertig Mikado's, een klein millioen manderijnen en drie oceanen hebben zich in mij gewassen en schoongespiegeld... Negers en Roodhuiden heb ik niet genoemd, noch Montezuma de Grote Koning der INca's en ook niet de aarts-vaders, die als Abraham nog voortdurend hun zonen offeren... Vergeef de kinderen die met lege handen en blote ogen
staan te wachten en niet weten wat komt!
Er zingen geisha's aan mijn oren en gitanas dansen mijn hart stuk:
mijn liefste ik ken je niet
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 148 (138)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
je woont in mij en ik ken je niet
je bent de stroom en de boom van weet ik niet
mijn handen willen je oren zijn
en mijn lippen je ogen
om te kussen en horen en zien het wit van de dingen
die in je zijn
DAMES EN HEREN, Waneer wij dus spreken van Erosie, bedoelen wij dat de aarde van onze handen scelerose heeft gekregen en dor, woest en ledig is geworden als voor de schepping... (zo helpe ons god almachtig, bromde de generaal)
(in saecula saeculoooooroem... aaaméééén)
Gezien de hoge gevechtswaarde die deze strategische punten voor het wel en wee van ons volk hebben is het niet te veel gevraagd dat ieder zijn hoofd inlevert als kleine welhaast belangeloze bijdrage voor het behoud der hoogste menselijke waarden die te weten onze menselijke vrijheid en persoonlijkheid zijn..., ROOIE VIS, rooie vis, weet je wie mijn moeder is?
je moeder is een korenbloem
je vader is een korenaar
wie is nou de ooievaar?
Wissen Sie Ja? Wissen sie Nein? Wissen Sie... Wásss!!! Was wir haben... was haben wir... was haben wir gewollt, was wir gewollt heben; haben wir gar nicht gewollt, wir wollten, du sollst, du kannst, du musst... wir wollten ja gar nicht haben gewollt du willst, wáss du solist ja gewusst... was wir gewusst?!! wir könnten ja gar nichts gewusst haben da wir nicht wollten... wir... nah ja was nun... Wissen Sie?... wissen sie ja... wissen sie nein... NEIN??... Ja?... Also...! ...the pale serenty of the dead soldier's face reveals to us all the great goodness of God and His mercy on us,... also sprach Mac Arthur le grand général deovolente des forces nationales unies van de vrijheid en vrede door het doodslaan van de te velen om de stoelen te kunnen bezitten en het bezit te beklijven enkele dode lijven te begraven van onbekende soldaten die het ook niet wisten | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 149 (139)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
wat ze weten moesten van de hoge heren die de bek scheren van gewone mannen om de baard in zaken te steken en het land te verbranden en de steden te kauwen tussen de tanden o honger mij de honger van het verstoken genot om gods eigen bloed te proeven en de handen te wassen in buiken van vrouwen en kinderen... nee nee niet de middeleeuwen maar gij, gij gij... de hoofden de hoofden... zij hebben de hoofden op tafel gezet... die niet beter wisten... ze staan op groene tafels, ze praten en staan op partijen en de regering... regerings hoofden... onze absolute hoofden... meer dan een kameel en lang geen droom-me-daarussen... Dank u meester... God is een woestijn kinderen... Grab something to hang on... tamerlan, tamerlan, tamerlan... ik draai mij om in een goor bed ik draai mij bouderend om in een goor bed vol hazetanden LEVE DE SCHONE LAKENS (wie de lakens uitdelen?) Leve de gordijnen, van tule, lust, rook en ijzer... We hebben ze nodig. De socialisten riemen ook de wapens op ter verdediging van onze cultuur... mensen ik ben uw handvat vat van uw handen
stank van uw wonden
riool van uw bloed
't vermoorde woord van uw mond
er zit een stelletje vogels op u te wachten, vreemde zelfgekozen en welverzorgde dieren, de pinguins from east to west and ever the twain will meet van strijkage en pluim op de hoeden van de gulpen dicht en lachen en buigen naar alle kanten OVERAL OVERAL WAAR DE MEISJES ZIJN
WAAR DE MEISJES ZIJN
‘laten wij dus klinken op het wel van onze volken’
laten zij wel wezen
WEESWEL!
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 150 (140)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
and now let us take the means of production in our own hands Rustig mensen! Rustig! Blijf zitten! (ze gaan pissen, lieve, anders niets) Der Professor sagte IM POLARGEBIETE GIBT'S JA MANCHE FREMDE VÖGEL, AUCH DER SOGENANNTE. EISENKAKADU!!!
de tafels hebben het woord, het grote woord, het heilige woord, het vrije woord, het schuine woord, het fijne woord, het bedorven woord, het stinkendewoord, het laffe woord, het moeilijke woord, het machtige woord, het drastiese woord, het rijmwoord, het geile woord, het prachtige woord, het lastige woord, het moordende woord, het lulwoord, het vieze woord, het lieve woord, het huistuinkeuken-gangpostbriefbedkrukplatvoerlamppitpakpokkegootsteenriolenkelder- vlieringplafondboekenbakkenmoppenpasenpinksterenhemelvaarten- heiligehierengunterenoveralgodseigenverloren WOORD LA PIPE C'EST L'HOMME!!! Romança de la luna luna luna! The lunatic eyes van Antonio Marza (76 jaar) zagen nooit een fiets hij sloeg in 1889 twee socialisten dood en heeft nu 56 jaar gevangen gezeten... de socialisten gaven hem onlangs gratie Vive la sociogratie! LA PIPE C'EST L'HOMME!!! (la pipipipi c'est là!!!!) | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 151 (141)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
te geloven dat alles er bij hoort dat het verschrikkelijk is dat het is zoals het is en geen vrede om dit niet de dood te zijn maar een glimlach en je ogen je handen en huid zo zacht maar de treinen op tijd rijden en nu geen kinderen meer zeggen sommigen maar onzin want er was altijd al tijd en we lachen nog... wij... wij... daar komen de jakobsladders en hemelpoorten aan met de sleutels van geen genade voor verliefde onderkomens wel nieuws en bezette bekkens van de schalmeien die de lippen der geliefden stuk slaan om de oude beren, die rondlopen op geen wezens van witte lichamen en tafels in hun oren dragen ze halen er de beenderen uit en sturen ze naar Duitsland meer dan zes honderd lijken van mama lucia die de schedels onderzoekt... HET WAS WEER FEEST IN 800 WITTE BEDJES, de morgenwijding werd geleid door dominee Mieters van Kuik en het weerbericht beloofde harde wind met uitschieters in buien... mama Lucia groef zeshonderd lijken op, HOERRA, die GOEDE VROUW!! Plus de lettres d'amour pour les Soldats!! Niemand hoeft meer iets te vrezen; Wij stomen uw dekens! Uw dagen zullen niet vertogen worden en de wilde dieren der eilanden zullen er huizen en elkaar toeroepen: daar zal gene woonplaats zijn in der eeuwigheid maar kantoorsystemen en kapokfabrieken en kappers en benzingklokken en Produc-Trolplanborden en Lumoprinten Serviesrecorders envelopopeners -sluiters en stoelkussens en zij zullen elkaar toeroepen door de wellustige paleizen: Hun tijd is toch gekomen!! LA PIPE C'EST L'HOMME!!! | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 152 (142)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
the little girl goes on crying (a liberated thermometer hung on the frontier sun) just look at the rabbit the troops said, at his funny long ears! the hears natural food and remember the last two words: WITH OIL! kanonnen voederen de laatste dieren MET OLIE op de verlaten heuvels van enige rechten buigen zij over een dag in het leven van een Neerlanderthaler... Singing my dears, just now! I didn't slip, I wasn't pushed, I FELL! Verklaar O LANOE!! Wat is dat immer is? Laat 't grondeloze punt zich nooit verschalken? Nu de wolken en tijden voortdurend op straat liggen en ieder een gevallen engel is die zich manvantara naar de ontbinding begeven... nu wij niemand meer tegenkomen en elkaar niet zien van wege het opgaan... nu de ring zich om onze ademloze kelen gaat sluiten in het HomoGene Algezicht van immer barende moeders... NIETS LAAT AF!!... Alles is, was, en zal alreeds DAAR! zijn... de hete adem is de Vader die zijn kroost verslindt, maar wie en wat de GROTE ADEM? Nu wij allen door elkaar heen lopen, waar? WAAR!!?? vraagt men zich af is binnen buten? De Top en de Basis van de Vader kantelen en de Uitersten van de MOeder reiken nergens meer heen! Moet dit zo doorgaan? Zal 't grondeloze licht aan dit gepraal geen perk en peilen stellen? Ach wij staan geheel in abscondito voor het verwerpsel van het vermenselijkt woord en de heiligschennende bouwstoffen der vage vingers kunnen nog nauwelijks de ongeopenbaarde ruimte vermoeden die zelfs nog de eigen nagel niet wil prijsgeven... DIT DOELT OP HET HEELAL (het ei zelf is geheel onschuldig) honderd goddelijke jaren wieken ons toe in een nimmeraflatend traineren van aitawanmagara en menopeeselmarna... die het licht hadden alvorens zij woord geworden zijn... DIT PHENOMENAAL HEELAL!
o heer ik deel mij langzaam in en uit
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 153 (143)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
ik voel mij aggregaat en zes maal 't Vijfde ras
de cirkel van 't geslachtloos heen en weder
de wolken Kali Yuga mij van op tot een bevolken
dit en het Geen dat Emmer is
de emmer EVOLAS en hamer Thor
't hermetisch kruis staat op de linkerhanden
en kennis van volstrekte geest
Potentiele ruimten hebben aan mij zich prijs gegeven
sultanes dansen in de schijven van de knieen NoemeNON
het puntloos Wereldei staat kiem
ALLOM is tegen WOORDIG
Waar is de Stilte?
Stoorloze Adem!
het terrein, waar de 2 steden lagen, is thans bedekt, ten gevolge van woestijnwinden, met vreemde heterogene overblijfselen; met gebroken porcelein, keukengerei en mensenbeenderen NU DAN AAN ONS DE STROOM DER DROOM ZICH GAAT VOLTREKKEN geef ons heden ons dagelijks brood) (door ons werd een andermaal gevonden in een afzonderlijke lijkkist een jong meisje: haar ogen waren met ronde gouden plaatjes gesloten, de kaken bijeengehouden door een gouden bandje; haar boezem met gouden sterren bedekt; haar voeten bloot... Krypten en Adepten staren ons de eeuwen in de ogen en geen stem heeft mond gevonden tot spreken... O padre madre me en cielo, laat mijn mond een grote stilte in mijn hoofd bouwen en mij de onmenselijke liefde uitkeren en de geslachten een beeld meegeven, een verbeelding van over en onder de persoon door het lichaam heen en deemoed uitzetten in het oor want de liefde heeft een grauw graf gegraven in mijn hart... mijn maag heeft zich omgekeerd en vaart met kreten uit mijn huid en mijn ogen zien een duisternis van asblond onpersoon en 't geslacht dat van dit beeld is uitgegaan... WIE KOMT NOG THUIS IN DEZE TIJD? de godsherenmisdienaren? de kruisruikers? de schietgebeden?
de Vrouwelijke Vrijwilligers, de freudianen, de Jungleurs?
de exegetische regel van Temura
de negen kamers van de Kabalah?
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 154 (144)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
‘hopelijk zullen Duitsers en Fransen weldra alle bokken samen schieten’, zei Johannes Hoffmann ministerpresident des Saarlandes...’ O padre madre me en cielo waanzin heeft zachte vingers van zout waanzin grijpt de deuren aan en schuift mij uit waanzin van liefde verloren om wat zich kenbaar maakt in de oren perpendiculair op de kamers waanzin de snijlijn trok onder de ballen van het onweer de macht van het hart die de portieren lam legt ‘übers gebirg maria geht’ ‘ich liebe sie die wehrte magd’ WIE KOMT EN TREKT MIJ UIT??!! WIE TREKT MIJ AAN??
er er staan kruisen in hef bloed die de weg vragen
de wegen vragen zich los uit een gesloten mond
er lopen gaten uit het lijf van open woorden
wie spreekt kauwt haar van haat
kommt nun der heidenheiland?
desolaat mij de vlaggen uit van de ratten het hart
mijn vingers hebben hun hoofden afgelegd
de galm van teerlingen op blote stoepen substantie
de ogen lopen in en uit en zetten een huid op
de scherven spelen samen verdriet
en het verdriet slijpt mooie spiegels
kommt nun der heidenheiland?
ik ga uit me zelf staan
ik leg mij uit tot koele oever om bespoeld te worden
wie men liefheeft kent men niet
de verbeeldingen blijven thuis
de mooie wandelt struisen op straat
ik sta geheel alleen op mijn eigen lippen
die wüste wächst
‘en toen zei moeder: jongen als je in het water ligt en je hebt dorst zeg dan niets, moeder is overal...’ ‘die tiefengottsmütter sprechen wie vorahnen von nebenbei’ | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 155 (145)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
Een etterkleed rolt uit de stem van oude mannen en zet nevels in de huizen... een binnenkamer kermt om hulp, groene draden spinnen wel erbarmen maar breken op de wil van oude gevels... er is geen mens die d'eigen deuren nog kan vinden, de tanden malen vloeken maar de tong is lang al uitgestorven... er lopen oude mannen door de straten en dragen gevels van ontroering voor zich uit... oude vrouwen nitten met de pennen gazen jurken voor de zonen van weleer... maanvaasmysterie met mooie woorden het hart dierdiep verzonken en het hoofd in buikbalans de woesting telt scheppend wereldbeen slapend in grote oren angststraptoase wonding in wereldheel en hemelholische geluiden kom-tot-ons want 't lsis VEEL nog weet welke kamer de ontdierde gronden bergt met de manden geopende schaapsdriehoeken en de pleinen van louter uiterlijke verzorging krijgen redeloze tongen in het hoofd der wijzen... zij spreken mij aan:
a SOB SHAKen
DArKneSS
ON tiefen orhren?
vertobacken?
à maniera chinesa?
selfsuccuntum?
HEmelsnedogen?
MUSE-ikonaaloffer?
TAMLEBTUS-r?
olofRE?
Montonmeemak?
Uit...
MIJ
BLAzun
PIJPEN
monadenwakken maken het hart ozoasemeledig en friertelig en vleugels aan de ogen van vele vrouwen wachten wij links de kruipdieren op bloedmelkvoeten zuigen de vijvers leeg globetatsend de mannelijke verborgenheden der melkwegen mysteriosas cosmicas der offeranden O ONS HET OOG NIET OPEN seeschmerzen, menimein lieleibchen?
panerogame planters?
botanische windhonden?
preplatonaalgrondroom?
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 156 (146)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
moederlotus?
JOD HEEVEuhee?
boven is de zoon hele KOSmos
beneden is hij mensDOM!
Well, well Sar lets see what to say about Televimysticum Well first we had tele-foon for telefeet, then we got the microfoon for the houshold mikrocosmetic maddels and now we have the seefoon to have see and hear the symphonatic siffon sipple... well lets say a real little war at home Was there any mail?
No John only female!
scheld romen maken mij ozonwennig deetier van de gele halm der grote aangezichten die oergewijf meegal me voor het raam van VIERVOUD staan haktangapenoom de schleevier ISCHA schuld bedoen goddelijke gedachten kragen en de vieber zevenhuids bekleden voor 't Mysterium Magnum van mijn WEESZIJNSAT... geen tetragrammaticaal verslag, meneer?
plastische essence, mevrouwtje?
maat vierhoofdschoen trekt u aan heren!
Zo Zonder Zonde Zakke?
't Haloo van GEENgebruik mij trapsgewijs phaenomenon de grofste stof aandoet... ik kleed mij uit! Chohans Pymander Mahat Manamoe de handen uit de muren lopen en voeten licht zetten in de vogel GROTEZIN... O grosse DU, das Bein wandert katholisch hin! niets is mij meer morgoon dan dit velegomaan gemeen zijn met vantazma zofroïden... MIMIKAAL URANIUM!! oNOmeematopeemeNON! men heeft mijn handen leeggehaald mijn hart heeft men mij stof gezwollen mijn hoofd loopt nu op voze voeten rond de nagels heeft men mij uitgetrokken ik ben niet geschrokken zij staan als haoien langs de kant: | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 157 (147)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
een reis naar Venetie
te veel kamers
te veel brood
te veel honger
tocht, kou of vocht is 't ergste niet
mijn wereld gaat nooit dood!
als u uw bloed maar zuiver houdt!
ze hebben de aarde leeggeroofd ze hebben ondergraven gehoopt gehavend ze hebben de dood king of creation salvation gemaakt van weer maar door de hoofden op stenen leggen en de bijlen heffen en... Aber an K.'s Gurgel legten sich die Hände des einen Herrn während der andere das Messer ihm ins Herz stiesz und zweimal dort drehte...
we zullen de kogelbanen in de evenvlakken naaien
wat riep de koning toen hij stierf?
de avonturen van een geesteszieke vrouw geobsedeerd
door een stom dronken vent.
axelnöten können wir heilen mit zahnkopeken
new aspects of live
men moet maar broden van ons bakken, riep de priester het leven op aarde is somber als een zak vol poeten Thibet helpt Helgoland
het zet zich aan ons voort de stroom onduldbaar een geheime leer besand brillant brisant en hanen speuren duisternis in lang vergeten hemelhoeken... wij stromen voort het vloeit ons uit en aan en wat wij zijn is keten zonder einde of weten... er gaan wel gieren op en neer de klauwen tragelijk uit geschoven, de snavels staan met open neuzen het gif te snuiven uit loze vaalten albeweeg... geen heeft zich meer bewogen zevenmaalzeven zinnen staan op scheiden en zwarte gaten lopen los rond door vazen vol bloed... we hebben onze benen verloren, maar we gaan verder het doel moet bereikt, de weg gelopen en die weglopen slopen een vertrouwen redeneer- | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 158 (148)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
talent me in 't geloof aan 't rechterbeen voor 't linker om de tegels van het leven te tellen... wij hebben telmachines en gaan chimairisch het chinees der tongen aan de overbeklede wanden hangen... de rupsen van mijn gezichtsvermogen knagen duizendvoetig door de eensteensmuur van betongendt... DE GROTTEN WILLEN BEVOLKT, zij lopen diogenees rond en hebben de lampen uithangen, doch er zijn geen letters meer die belicht willen zijn en regresa mia me padre en cielo internacional de ferrocarilles... O grosse DU mijn hart verdwaalt in d'eigen kamers... LODEN MANNEN ZOEKEN ONS met nature morte in hun vingers... de nagels knikken JA! DE VROUWEN HEBBEN DE WONINGEN NOG EEN EXTRA BEURT GEGEVEN iedereen wast zich nog zoveel mogelijk, hoewel de wateren gestold zijn en het hoofd verminkt in staketsel wee... over de drempels van het gras komen sommigen nog onschuldig binnen en geloven hun ogen niet meer en wantrouwen de namen hunner stem new directions?
new timeton
new roomton
new instructions?
DOO DOE NIET TAKEL ME AF DE
GOEROE VAN MIJN STEM!!!
misplaats mij de wijgoths uit de smaldelen verdruk mij nagenoeg nu in de mond en ja in de zozalve soli der handen nolensvolens om amour uit de stenen te plukken en maangaas te eten uit de voet der dronken wachters op de trans der overtomen uit het Gene Home zo zacht de kussen der deernis voor ook hier veel offer aan de weg en het ontdoen van 't behaze bezit om de incantonen aan te heffen zo val de gamemum in kosmose de zogezienegaven deodemenon voor | |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 159 (149)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
de hoeroe in de okselkelen en ademvelden der droom en drempelbomen van de bossen zeezegen en de wegen melk met oud graam in de schouders vervallen naamnikkers om de diepe tril in de strot van het woordAL de straten van woogeharten en de zachte hoofden van paarden die meer oor zijn dan wie ook op de nusamatare plaveegsels van onmenshand gelegd door thaimahal en titoomenathaumarmeto O KOOK ONS DE NAMEN UIT de rosse poer l'art want wie niet het geen heeft van alles die nog over te lopen is en niet staan kan in de dood van grote ovade zeeën en de bedding niet het lood legt die kan niet horen... VERVEELVULDIGVOUDT U en laat u voeden de kurken en messen en vissen van marmora d'aurora aan veel kimmen over een lang oor liggend over de blote ruggen van gebogen mannen en vrouwen een leven vertreedt ons DE NAMEN IN EN UIT de breuk van het getal de cijfer muziek en de snaar ‘g’ sleutel kraakt de tonen fonaal uit de zwarmonie der gutturale venozalien en 't heijeemloos meegaanveder zo zacht door het nachtblad en de zonhond op de schazonen te sturen en zij lopen al... zij lopen al lang rond... ach leefden wij maar in de goede voeten der dieren en waren wij maar het water van weet niet en hadden wij maar de zang van de plant in ons oor en zouden wij maar meer de aeonen van ongetelde duur verlopen door de vaten het lijf en de gelederen onbeschreven laten want een kerkklok steekt onzichtbare vingers op waarnaar wij luisteren in de schede van een lunaire nacht... WIE LACHT ONS DE MONADEN AAN? en delven wij zonnen uit en hebben wij in ons hoofd de vuurstammen staan en geven wij het lichaam aarde genoeg aan om de slag van de vogel te dragen; wie is stanza genoeg om te weigeren? subtafrelen woekeren verder en stellen schimmel in de lach en genade in uitgevallen tanden, bureaux en deurknoppen mogen de sleutels vragen maar hebben het letterslot gesloten en de tekenen opgeborgen in de dorvinger orde...
O DUISTERE TONG VAN DEZE ZWARTE TAAL GEEF MIJ HET WEELTUIG
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 160 (150)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
SCHRIJF LIJKEN HET LEVEN IN NAAM
EN DE SNIKKENDE VINGER ‘A’
ONDERHOOR ONS DE ONIE DE WETER
(only the waiter madam?)
ja en nee de duizenden zullen doorgaan de boom te vreten en ijs te karnen agre antracide en de snik van water in de mond en de scherpte zo veel en heel al on us peace en het water de bomen de vogel de hemel de wolk het volk de volken het recht wie niet wie wel en de wouden van wee en de wee van verkeerde wasdom eh de ik en de gij en de wij ons allen de grote stilte niet te vergeten het zinzonnig zwelen en de walk op open wateren en de roep van zeven kikkers en de onderopgaanderodemelkzon en het verwarmen der leden het knikken ja en nee de stukken land onder water de verdronkenen en zij die de dood ontvlieden door het opstaan en jezus boeddha laotse lenin de min en overmin in 't voortmaargedurend verzalen van één hart Bach Strawinsky en Lot... het lot zal door gaan van overtreden tot wel bezinnen en 't zingen boven open graven en geen einde, geen einde... TOT IK UW BOOM WORD
gij hebt mij de boom gevreten
gij hebt mij te bloed gedaan
gij hebt mij het ik veronst
gij had mij de regen moeten zijn
| |||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 161 (151)]
| |||||||||||||||||||||||||||||
TE LEGGEN
IK LEG U ALLEN WEG
IK LEG ALLES UIT DE WERELD WEG
IK LEG MIJ ZELF DE WERELD MIJN IK UIT
IK LEG U SCHIER DE LIEFDE UIT
DE BEEK MEOMEMYSTICA
DER ALLE LEIDEN HAT
DE LACH SEELOSELAMEN!!!
|
|