Geuzenliedboek 1940-1945
(1975)–H.M. Mos, M.G. Schenk– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 195]
| |
Ik waag mij haast niet in die straat | |
[pagina 196]
| |
Vliegers die genade kennen.aant.Door middel van aanplakbiljetten tracht men ons te suggereeren: Engelsche vliegers kennen geen genade, zij werpen bommen op vreedzame burgers. Neen, dan de Duitsche vliegers! Die kennen genade! DENK MAAR EENS AAN ROTTERDAM! Er kwamen vliegers aangevlogen,
Haast als lammetjes zoo zacht;
Die hebben vol van mededoogen,
'n Bezoek aan Rotterdam gebracht.
Ze lieten daar hun bommen vallen,
Door liefd' en teederheid bezield......
De vliegers, die genade kennen,
Die hebben Rotterdam vernield!
Daar werd een ziekenhuis getroffen,
(waarop een Roodekruisvlag stond!)
Daar was het, dat men alle eischen
van Recht en van Beschaving schond.
Daar stonden duizendtallen huizen
In weinig tijds in vuur en vlam......
De vliegers, die genade kennen,
Die bombardeerden Rotterdam!
Daar werden vrouwen, grijsaards, kind'ren
Door dat GENADIGE geweld,
Bij 't ijdel vluchten door de vuurzee,
Door vallend steen ter neer geveld.
Daar vluchtten angstig opgejaagden
Over de vuur'ge straten voort......
De vliegers, die genade kennen,
Die hebben duizenden vermoord!
Vanuit de Rotterdamsche puinhoop
Stijgt fel en rauw de schelle kreet,
‘Zie en onthoud, wat hier geschied is,
Wie hier genade gelden deed!’
Die kreet weerklinke allerwege
Door ons geknechte Nederland:
De vliegers, die genade kennen,
Die hebben Rotterdam verbrand!
|
|