Geuzenliedboek 1940-1945(1975)–H.M. Mos, M.G. Schenk– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende Joden-vervolging. De menschen-nood schreit achter gesloten ruiten, de koude vensteroogen staren me aan; maar deze nacht zijn deuren open gebroken en 'k hoorde kreten schril door de stilte slaan. Overval-wagens reden door de straten en zijn voor weerlooze huizen blijven staan; de nacht was donker; machteloos hoorde ik 't aan en leed met hen, die alles achter moesten laten om levend een graf van jammer in te gaan. Nu is 't weer rustig; de dag is aangebroken Maar o, de Joden, waar zijn ze heen gegaan? De levensdeur is achter hen gesloten. Juni 1943. Vorige Volgende