Verzameld werk. Deel 7
(1978)–Arthur van Schendel– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 648]
| |
Op zekere dag gaf Franciscus aan zijn vicarius de broeders terug, die hem als begeleiders gegeven waren. Het was hem voldoende als broeders hem van de ene plaats naar de andere brachten. En hij zeide: ‘Ik heb een blinde gezien die maar een hondje had om hem te leiden op reis.’ Franciscus leed aan een oogkwaal. |
|