Poeh wuifde weer en vervolgde: Maar pruim wordt boom. Zeg mij, wat is verschil tussen pruim en boom?
De jongen herinnerde zich van de les en antwoordde: De pit van de pruim is het zaad en als dat ontkiemt en groeit, krijgen wij een boom waar ook weer pruimen aan komen. De pruim kan je eten en de boom niet.
Goed, zei Poeh, zonder te knikken. Hij nam een pruim uit zijn rood vest, legde die in een pot en de jongen zag dat er een boom uit groeide. Poeh zeide: Pluk pruim. Eet. Hoe smaakt het?
Zoet, antwoordde de jongen.
Pluk er nog een. Eet. Hoe smaakt het?
Bitter, antwoordde de jongen.
Goed, zei Poeh. Verschil van bitter en zoet zit in je mond. Pruim is veranderd, pruim is dezelfde.
Toen sprak hij tot de boom: Hij daar lag vroeger in de wieg, anderhalf voet lang. Nu staat hij daar, zes voet lang. Zeg mij, wat is verschil?
De pruimeboom antwoordde: De jongen van vroeger had niet eens schaduw, die daar neemt veel te veel licht van mijn zon.
Goed, zei Poeh. Verschil zit in licht van je zon. Jongen is veranderd, jongen is dezelfde. Als verschil nu in mond zit, straks in zon, hoe weet ik of jongen morgen niet pruimeboom is, pruimeboom jongen?
Toen nam hij een jas, een broek en een pet, wierp die in de lucht en in plaats van de pruimeboom stond er iemand die als een tweeling op de jongen geleek.
Dit is goochelen, zei Poeh, en ikzelf zou er niet geweest zijn als iemand mij niet gemaakt had. Maar hoe weet ik of ik wel gemaakt ben? Het voornaamste is dat je het gelooft.
De jongen ging wandelen langs de rivier met Poeh aan zijn rechterzijde en hij vertelde hem dat hij hem gemaakt had. Hij wist niet meer dat hij, toen het blokje ivoor een Chinees werd, alleen maar gezegd had hoe het vest moest zijn.
Voortaan liep hij iedere dag met hem, zich vermakend met zijn goocheltoeren, en wanneer iemand hem vroeg waarom hij altijd alleen liep, begon hij te lachen en vertelde van de Chinese heer, die alles anders kon maken en ook alles hetzelfde, en hem altijd verhalen deed van dingen die lang geleden waren gebeurd.
Men liet hem maar praten, men noemde hem de domme jon-