De roeping der kunst
(1917)–Carel Scharten– Auteursrecht onbekendDe poëzie - Het proza - De Vlaamsche Beweging en de oorlog - Op den weg naar een nieuwe moraal
Carel Scharten, De roeping der kunst. De poëzie - Het proza - De Vlaamsche Beweging en de oorlog - Op den weg naar een nieuwe moraal. Maatschappij voor Goede en Goedkoope Lectuur, Amsterdam 1917
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van De roeping der kunst. De poëzie - Het proza - De Vlaamsche Beweging en de oorlog - Op den weg naar een nieuwe moraal van Carel Scharten uit 1917.
redactionele ingrepen
p. 8, 18, 20: het nootverwijzingsteken in de lopende tekst komt niet overeen met het teken in de noot. De redactie heeft ook in de tekst ‘1)’ geplaatst.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (VI, 2, 134, 136, 268, 270, 332, 334, 412) en pagina's met advertenties (415, 416) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina I]
DE ROEPING DER KUNST
[pagina II]
NEDERLANDSCHE BIBLIOTHEEK
Onder leiding van L. Simons.
UITGEGEVEN DOOR: DE MAATSCHAPPIJ VOOR GOEDE EN GOEDKOOPE LECTUUR·AMSTERDAM
[pagina III]
CAREL SCHARTEN
DE ROEPING DER KUNST
DE POËZIE - HET PROZA - DE VLAAMSCHE BEWEGING EN DE OORLOG - OP DEN WEG NAAR EEN NIEUWE MORAAL
1917
[pagina IV]
GEDRUKT TER DRUKKERIJ ‘DE DEGEL,’ AMSTERDAM
[pagina 413]
INHOUD
INLEIDING | VII | ||
I. DE POËZIE: | |||
1. De Roeping onzer Dichtkunst (Natuur en Kunst in de Poëzie) | 3 | ||
2. Twee ‘Tachtigers’ (Van Eeden en Verwey) | 50 | ||
3. Twee dichters uit de school van ‘tachtig’. (Boutens en Karel van de Woestijne) | 69 | ||
4. Didactische Poëzie. (Het Lied van Schijn en Wezen) | 80 | ||
5. Henriette Roland Holst als treurspel-dichteres. (De Opstandelingen) | 82 | ||
6. C.S. Adama van Scheltema. | |||
I. De theoreticus (De grondslagen eener nieuwe poëzie) | 89 | ||
II De dichter (fragmenten) | 121 | ||
II. HET PROZA: | |||
1. Eene kostbare antiquiteit. (‘De Heilige Tocht’ van Ary Prins) | 137 | ||
2. Hildebrand, de ‘Onsterfelijke’, of De geheimen der Camera Obscura | 154 | ||
3. Een bloeitijdperk. (Van Looy, Top Naeff, Brandt van Doorne, Louis Couperus, Dr. P.H. van Moerkerken) | 182 | ||
4. ‘De Jordaan’ van Is. Querido | 207 | ||
5. Vlaamsche proza-epiek. (Herman Teirlinck en Karel van de Woestijne) | 251 |
[pagina 414]
III. DE VLAAMSCHE BEWEGING EN DE OORLOG: | |||
1. De letterkundige beteekenis van Albrecht Rodenbach | 271 | ||
2. Het oorlogsdagboek van Stijn Streuvels | 301 | ||
3. Een zoon van Albrecht Rodenbach (René de Clercq) | 316 | ||
IV. OP DEN WEG NAAR EEN NIEUWE MORAAL: | |||
1. Nieuwe en Oude Vroomheid: | |||
Eerste gedeelte (Rabindranath Tagore, Omar Khayyam, Moto Soeroto) | 335 | ||
Tweede gedeelte (Hilarion Thans, Henriette Roland Holst) | 371 | ||
2. Van Emants tot Van Suchtelen. (De Roeping van den Roman) | 386 |