Eerste verzen(1905)–Felix Rutten– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 241] [p. 241] III. Een lied van manelicht en maanmuziek ls met den maannacht in mijn ziel gerezen: Met zachten lach heeft mij de maan gewezen Op u, mijn Lief.... Met zachter glimlach zie 'k U zwijgend stijgen tusschen 't stille stralen Van 't zilvren hemellicht, wiens teederheid Zich als een wijkrans om uw hoofdje vlijt; En lichtend laat ge uw blikken op mij dalen. En heel de nacht is van uw heerlijkheid Vervuld, en valt van stille weelde aan 't weenen - Ik voel uw ziel zich met mijn ziel vereenen In 'n kus van glorie die mijn voorhoofd wijdt. Vorige Volgende