Eerste verzen(1905)–Felix Rutten– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 162] [p. 162] XVI. Gij hebt mij lief! Laat ik nu dankbaar reven De breede zeilen van mijn snel begeer. Haal met gejuich nu tuig en takel neer; En hoog in top uw wimpel blank geheven! Zie mij, zoo trotsch, nu gansch u prijs gegeven! Geen wensch of wil, geen roer of richting meer! En zorgloos-rustig drijft in uw beheer, Op uw zee al mijn heil, lading en leven. Span boven mij uw sterrenhemel uit, De lichte glorie van uw liefdedag! En doof niet wat alleen mijn heil beduidt. Laat dan de waatren slingrend om mij slaan: 'k Zal op u staren, staag, met kalmen lach En met een lied al zingend ondergaan. Vorige Volgende