zocht hebben. De vrouwenpagina dankt haar bestaan aan geen andere behoefte dan die van de adverteerders van artikelen die speciaal door vrouwen gekocht worden. Wie zich afvraagt waarom de fictie van de vrouw die met keuken, kleding en kinderen haar hele hoofdje vult, zo'n lang leven heeft, moet er eens over denken wie er bij uitstek belang bij hebben dat dat zo blijft. En ik bedoel niet ‘de mannen’ in het algemeen.
Erger dan de vrouwenpagina is het damesblad. Vooral de Nederlandse, die nog steeds de indruk maken alsof ze voor vrouwelijke kleuters geschreven worden. Het zijn de enige bladen in ons land die oplagen van meer dan een half miljoen hebben. Ze voldoen dus in een behoefte, daar is geen twijfel aan, maar ze hebben een verderfelijke invloed, of zouden die kunnen hebben als ze au sérieux genomen werden, hetgeen gelukkig betwijfeld mag worden. Hun verderfelijkheid zit overigens vaker in wat ze niet dan in wat ze wel zeggen en meer in de toon dan in de inhoud.
Alleen een enkele keer schiet zo'n damesblad eens uit en gaat zowaar polemisch doen. In het geval dat mij onder ogen kwam, betrof dit de geëmancipeerde vrouw. Ene Marie-Lou schrijft in Rosita:
‘Misschien kent u ze: de vrouwen die zo hoognodig geëmancipeerd willen zijn. Geen boos woord over ze, hoor, maar toch: er zit iets tragisch in de ijver, waarmee zij him eigen vrouwelijkheid te lijf gaan. Het is duidelijk: zij moeten zo nodig.
Zij zien in de emancipatie voornamelijk een soort competitie met de man. Als u het mij vraagt: een fout uitgangspunt, want wáár blijft de vrouw dan? Ik heb altijd gemeend, dat emancipatie op de eerste plaats een bewustwording diende te zijn van de eigen vrouwelijke betekenis en een erkenning daarvan door de man, maar wie onze geëmancipeerde dames bezig ziet slaat bij tijden de schrik om het hart. Het is duidelijk: zij willen nauwelijks nog vrouw zijn.
Zij veronderstellen, geloof ik, dat een vrouw pas echt geëmancipeerd is, wanneer zij zich als man gedraagt. En zij doen dat dan ook met een onthutsende verbetenheid. Zij bewegen zich als mannen, zij houden hun sigaret vast zoals mannen dat doen en zij praten zoals onze heren. Dat wil zeggen: zij praten heel koel en helder; zij denken na, dat zie je zo. Je hóórt ze soms zelfs