Kolonel Charles Cavendish.
Een jong man van een vijftiental jaren oud, zonder baard, met overvloedig donkerbruin haar, dat het aangezicht omkranst en in zware lokken op de schouders valt. Het gelaat is gebruind als een rijpe perzik met een warm blosje op de wang; de oogen zijn bruin, de neus fijn, eenigszins gebogen, de mond klein, de kin spits; het is een wonderfraai hoofdje, wat droomerig van uitdrukking, maar voornaam uitkijkend, de fraaiste type van een jonker, dien men denken kan. Hij draagt een grooten kraag, die hoog in den hals stijgt en op de schouders valt, met een zwart wambuis, waarvan de spleten op borst en armen het witte linnen laten doorkijken.
Het stuk is geschilderd in een gladde geëmailleerde tint, met de meeste zorg, zonder stoutheid, maar ook zonder gezochtheid; het glimt zacht als fluweel uit den grauwgrijzen achtergrond.
Men zou wanen een tweelingbeeld van het vorige stuk te zien; alleen is Cavendish bloemiger van tint, meer open van gelaat, jeugdiger van uitzicht.
Charles Cavendish werd geboren den 20en Mei 1620 en was de tweede zoon van William, graaf van Devonshire. In 1638 begaf hij zich op reis, vergezeld door een gouverneur, en bezocht Egypte en Turkije. Hij keerde in Mei 1641 terug en diende een jaar onder den prins van Oranje in de Nederlanden. Bij het uitbreken van den burgeroorlog nam hij dienst onder 's konings banier. Te Edgehill onderscheidde hij zich zoo zeer, dat hij het bevel kreeg over den troep van den hertog van York. Korts daarna gaf de koning hem toelating een regiment ruiterij in het Noorden te lichten; hij toonde zich een zoo bekwaam krijgsman dat hij tot opperbevelhebber over de strijdmachten van Nottingham en Lincolnshire met den rang van kolonel werd benoemd. Den 23en Maart 1643 nam hij Grantham in, den 11en April daaropvolgende versloeg hij Hotham te Ancaster, den 2en Juli veroverde hij Burton-on-Trent, maar in zijne poging om de belegeraars van Gainsborough ter hulp te komen, werd hij den 28en derzelfde maand verslagen door Cromwell en door dezes kapitein-luitenant, James Berry, gedood.
Te oordeelen naar den ouderdom van den afgebeelde, moet zijn portret geschilderd zijn in 1636 of 1637.
Doek. H. m. 0.72. B. m. 0.55.
Hertog van Devonshire, Londen.
Auteursrecht onbekend
