Tsjie!
De milde ogen van Ahu Lul volgden het golven van het wasgoed aan de lijn van wit plastic, aan knijpers golvend van gekleurd plastic.
Tsjie tsjie tsjie!
‘En dan komen er later weer drie of vier of vijf van die dure kerels in een dure slee met een chauffeur en die komen je boekhouding controleren, maar ik had helemaal geen boekhouding, tenminste bijna niet. Weet je hoeveel ik dit jaar op papier heb verdiend?’
‘Coltrane!’ riep Ahu Lul.
‘Wat? Nee: f 17,89.’
De drummer schilder enz. gaf een harde mep tegen de stoel. Tsjie!
Krak kraakte de stoel.
‘Kijk uit!’
‘Hee!’ riep de drummer dichter enz. ‘Hee! Goed is dat, die zon!’
Zijn staren gold het wasgoed aan de lijn. Zijn oogkassen donkergeel.
‘Heb je nog kans op een huis?’
‘Ploegsma heeft een huis waar ik met die vergunning in mag, maar die huisbaas wil geen kunstenaar.’
‘En?’
‘Ploegsma denkt dat hij die vent misschien kan dwingen en als dat niet lukt weet ik nog niet wat ik ga doen. Ik heb Eugenietje beloofd dat ze een ander huis krijgt. Ik moet hier weg! Desnoods doe ik die vent zelf een proces aan!’
Tsjie tsjie tsjie!
De dichter schilder enz. opende wijd zijn mond.
‘Coltrane!’ riep hij, ‘dat is helemaal het bittere einde, wat die vogel maakt!’
‘Ik ben nou toch wel blij dat ze me hebben aangenomen, ik wou er nou toch wel graag bij zijn - Nou hoef ik tenminste niet een dag niet te eten als ik een fles jenever koop en Eugenietje -’
Zijn wenkbrauwen trokken samen. Hij stak een sigaret op, deed een diepe haal, vertrok zijn mond.
‘Hilde is natuurlijk meteen ontzettend op de contraprestatie gaan kankeren, maar ik vind het eerlijk gezegd toch niet zo heel erg gek.’
Tsjie tsjie tsjie tsjie tsjie!
De zon bescheen hun drieën.
‘Ik weet ook wel dat ik niet buiten die galerie zou kunnen,’ zei Gijs.
Tsjie!
‘Weet je dat Bob van Dantzig is gearresteerd?’