Vernieuwingen(1929)–Henriette Roland Holst-van der Schalk– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 67] [p. 67] LVII O arbeiders, reikt elkaar toch de handen, legt de lange bittere veete bij; rept u, rept u; de dagen gaan voorbij, elke verzwaart het leed, vermeert de schande. Gaat tot uw meesters: zegt dat ge niet wilt meer op hun folterrad gebroken worden, u niet wilt schikken in hun duivelsche orde die goud stelt boven menschlijk leven. Gilt het uit, schreeuwt het luidkeels van alle daken, dat de krachten van uw bloeiend lijf, uw teere ziel, in doodsgevaar geraken. Laat een heilige drift in u ontbrande' en vloeibaar maken de liefde die ligt stijf en star... o verstrengelt uw sterke handen. Vorige Volgende