De nieuwe geboort(1928)–Henriette Roland Holst-van der Schalk– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 70] [p. 70] X In de berglanden waar mijn voetstap stijgt krimpt reeds de hoogte daar de diepten wassen: nu gaat een held're wereld mij verrassen die deze berg eeuwig aan 't dal verzwijgt. Maak voort, mijn voeten, tot ge uw loon verkrijgt, langs steilen rots, door hind'rende gewassen maak voort mijn voeten, nog slechts wein'ge passen, dan groeit de verte waar het harte naar hijgt. - Sluitend de wereld, rijzen hooge dammen begrenzend die begrensden haar tot heden. - O vergezicht dat 'k zocht, zijt gij een waan? Neen - wat ik hoogst dacht heb ik overschreden en van den top waarop mijn voeten staan zie 'k hoe een weg zich wendt naar hooger kammen. Vorige Volgende