Verzamelde werken. Deel 1. Verzamelde gedichten. Deel 1. Verzen. De belijdenis van de stilte. Voorbij de wegen(1948)–A. Roland Holst– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 117] [p. 117] II Mijn venster staat naar de ijle morgen open; mijn ziel staat in mijn oogen, en zij zag nooit nog de vrede in zulk een klaar gezag - mijn koele handen liggen stil en open. Er blijft mij nu maar één verheerlijkt hopen: dat een mensch, wijs en rein als deze dag, kwam, en zijn kalme hand in mijn hand lag om naast hem door het koele licht te loopen. Hij zou al oud zijn, maar met de verklaarde rust van die Leven meer dan leed gelooven, en hij zou spreken deze vreemde troost: ‘Ik ben de Dood; ik dwaal nu over de aarde.’ En ik, hem aanziend, zou u, Leven, loven dat ge als uw opperst dienaar zulk een koost. Vorige Volgende