Verzamelde werken. Deel 1. Verzamelde gedichten. Deel 1. Verzen. De belijdenis van de stilte. Voorbij de wegen(1948)–A. Roland Holst– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 99] [p. 99] Najaar Dit is ons jaar dat sterven gaat nu onze vreugd getogen is, en 't is me of ook uw ver gelaat in duisternis gebogen is. 't Loover daalt naar de donkre rust van wind- en vocht-beglommen grond, naar waar eens onzer liefde lust in gouden stond haar lommer vond. 't Scheemrende leven vindt den dood waar de eigen schaduw weemlend lag in zon en wind, toen hoog en groot de wereld zag der heemlen lach. Wij zijn nu elk weer gansch alleen, en 't jaar dat om ons sterven gaat en weemoed's late glans alleen aan ons gelaat niet derven laat, 't jaar in liefde door ons bemind dat zalig ons omwemeld heeft, stamelt nu hoe in aarde's wind maar even leeft wat hemel geeft. [pagina 100] [p. 100] Ook wat de hemel aan ons schonk: vreugd die gij in mijn armen vondt, ik in de volle liefdedronk u zwoel ontbrond ter warme mond, 't is alles heen en 't leven biedt als zij geluk ontnomen heeft, niets dan het machteloos verdriet dat doodomzweefd van droomen leeft. Toch, 't leed dat u genaderd is toen dood uw vreugden nemen ging, schuw 't niet - het geeft de lafenis van mijmering in schemering... Dit is ons jaar dat sterven gaat. O, neig uw hoofd ter duisternis - Zij brengt de glans om uw gelaat die wreedst gemis tot luister is. Vorige Volgende