Met twee maten(1956)–Paul Rodenko– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 213] [p. 213] Nes Tergast Zie Zie, Het koren kneust en vogels vliegen op. O, redt de steden, broeders, De enkele verspreide steden die binnen de keerkringen van uw gestalte staande zijn gebleven, Ontdooi uw laatste dageraad, en redt de steden die in een misschien te laat wellicht te redden zijn, De enkele verspreide steden waar de enkelingen wonen bij de fakkels van hun kwetsbaarheid, Hun kostelijkst bezit. Hoor, Hoe het nerveuze water van de menige oorsprongen de adem inhoudt. Zij naderen die hun onstuimigheid gekruisigd hebben Aan het hout van een onuitputlijk alibi. Zij naderen... En de bassins waar zij hun kinderen ten doop in houden, zwart Van een verkoolde gloed.... Opdat geschiede. Aan de vorstelijke verticalen Der liefde, broeders, houdt u staande, niettegenstaande De steden, o de laatste steden, wankel staan. Vorige Volgende