Met twee maten(1956)–Paul Rodenko– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende De dag van morgen Mocht gij vrezen voor de dag van morgen, Vreest met al uw vezels en uw vliezen, Want de dag van morgen is nabij; Denkt niet dat de moerbeiboom dan wandelt, Dat hij wandelt op het woedend water, Niet de moerbeiboom van uw geloof. Zinken zult gij naar de zwarte diepte Van de zilte zeeën van het Westen Van de verre zeeën van het Oosten Om uw hals de kraag van molensteen; Niet de dubbele kanten kraag der vadren, Niet de kraag van Hals' verwaten burgers, Niet het zacht en zedig schuim van plooien, Niet de room van geplisseerde zijde, Maar de steen met ijzersterke groeven, Maar de steen van 't karig brood der volkren, Maar de zware steen des molenaars. Vorige Volgende