Met twee maten(1956)–Paul Rodenko– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 155] [p. 155] F. Schmidt-Degener 't Woord zoekt de tuin van Eden De wereld is met stilte gepolijst, is oor en oog, als 't Beeldend Woord herrijst, als het naar Eden kabbelt, rozig-goud en aan de kim vervliet. - Op eenmaal, stout, witte centaur die over bergen springt. Dan weer een vogel die in duister zingt. En zucht de mensheid onder taak en vracht - Woord, breuk in 't blauw en bres in het smaragd: hun morgen is naar palmen-woud ontvoerd. Dieper een avond-klank; zij zien, ontroerd, naar vlokken gloed dralend in ether-schijn - wazige lamfers zomen 't karmozijn. Een schuwe geur, een luw seizoen herboren; wie 't Woord verstaat heeft Eden nooit verloren. Een vlam in de woestijn, een struik in brand, een enkel wolkje, kleiner dan de hand, Woord, lege plek en onvertroebeldheid, hoe duid'lijk toont zich uw Onzichtbaarheid. Vorige Volgende