Eglentiers poëtens borst-weringh
(1619)–Theodoor Rodenburg– AuteursrechtvrijFato prudentia maior.DE Heylghe voorzicht Gods is voor ons niet te gronden,
Mits heur verburgentheyt (zeer duyster voor ons oogh)
Te heylich is, en verre boven onz' vermoogh,
Door menschelijck vernuft te rechte zijn gevonden.
Goed-dunckers dolen zeer die zullickx onderwonden,
Vermits dat dat begrip is voor ons veel te hoogh,
De pijl gheen doel en treft van ons verstandens boogh,
Ten aenzien dat wy zijn te vast aen 't aerds gebonden.
En lijckwel spreecktmen nu (gelijck wy daegh'lyx zien)
Op wagen, en in schuyt van de verburgentheyden,
En d'ouden daer van spraken met gebogen knien,
Ia zonder dat de passy hunliens mocht verleyden,
Die heylge heylicheyt omringht het alles wis,
Waer over dat het oock de hooghste wijsheyt is.
|
|