- Een náám moeten we hebben. Een naam die aanspreekt. Vooruit Hugo, laat je fantasie eens werken, porde Reina.
Hij krabbelde een paar namen op zijn blocnote. Wat er uit kwam was: Verzendhuis De Kroonduif.
- Het is en blijft een gok, zei David, die zich wel even achter de oren had gekrabd.
De week daarop moest Jan en alleman er bij worden gehaald om de overstelpende hoeveelheid bestellingen uit te voeren. Hugo begon onmiddellijk met het aanleggen van een cliëntenregister. David en Theo waren al weer op pad om wat nieuws op de kop te tikken.
Toen Bas Leenhouts er van hoorde, kwam hij een keer langs en liet hij Hugo een dik in kleuren uitgevoerd Amerikaans prospectus zien, het was bijna een boekwerk.
- Kijk, zo doen ze dat daar. Dat is natuurlijk alleen mogelijk in een groot land, maar het gaat om het principe. Ze werken daar dus meer met folders dan met advertenties. Het gaat er om een vaste cliëntèle te kweken. En wat jullie naam betreft, waarom volg je niet de weg van de minste weerstand? Inplaats van Verzendhuis lijkt me ‘Postorderbedrijf’ meer up to date, geloof ik.
Hugo had respect voor economen, al waren zij vaak slechte zakenlui volgens David. Maar ook Theo spitste zijn oren. Naar de mening van Drs. Leenhouts moesten ze zich niet van het goede pad laten afbrengen door het najagen van een groot assortiment. Liever grote partijen inkopen en die snel wegwerken was de boodschap.
David speelde hoog spel. Hij kocht een partij van 500 bedden, alles compleet, voor een prijs die beneden de winkelprijs lag. Niet goed, geld terug.
Zodra het radioblad kwam zocht hij nerveus naar de advertentie.
Het was in de week voor de rampnacht in Zeeland.
Toen er 2000 bestellingen loskwamen fronste Stans het voorhoofd. De hele sfeer van dit zaken doen op goed geluk lag haar niet. En dan... te verdienen aan de ellende van een ander...
- Je kunt ook zeggen dat we die mensen voor een billijke prijs hèlpen. Niemand van ons had toch kunnen