overigens een normaal verschijnsel was dat voorkwam op alle scholen.
Op dit ogenblik had Marjan grondige spijt dat zij Emmy niet op een meisjesschool hadden geplaatst.
Twee dagen later vond ze, verscholen tussen een stapel schoolboeken, het in Indië ook al beruchte boek ‘Opstandige Jeugd’ van Ben Lindsay, waarin onthullende mededelingen werden gedaan over sexueel verkeer tussen jongens en meisjes in de schooljaren.
- Ben ik daarvoor naar Holland gekomen? dacht ze. Altijd weer dat kind, dat moeilijke vroegrijpe kind dat iets in haar bloed had waarover zij zelfs met Arnold niet durfde praten. Tot elke prijs wilde ze haar huwelijk beschermen.
Met het boek in haar hand wachtte ze Emmy op.
- Is dat lectuur voor jòu?
- Waarom niet, mama? Een beetje voorlichting kan toch geen kwaad op mijn leeftijd?
- Dit is geen voorlichting, Emmy, het is vergif voor je. En je weet drommels goed wat ik daarmee bedoel... ziedde Marjan, die in een plotseling opkomende woede het boek aan flarden trok.
Emmy stond er met een minachtend lachje naar te kijken.
- Zo iets kan je van een gereformeerde stiefmoeder verwachten, zei ze.
- Kìnd... schrok Marjan.
In een flits zag ze zich hier in dit zelfde huis staan, in opstand tegen haar moeder, die haar vrijheid beknotte. Meer dan een kwarteeuw geleden.
Ze sloeg de handen voor haar ogen en zonk in een van de rieten stoeltjes. O God, dacht ze... wat heb ik gedaan.
Ook Emmy was wit weggetrokken. In een plotseling helder ogenblik besefte ze dat ze ditmaal te ver gegaan was. Ze schonk een glas water.
- Mama... drink eens... ik wist niet wat ik zei... ik vraag u excuus...
Marjan dronk, zonder Emmy aan te zien. Je wist het drommels goed wat je zei, dacht ze. Je meende het.
Opnieuw besefte ze er iets van dat zij niet dit kind, doch in wezen de moeder van Emmy haatte.