De eindeloze jaren zestig
(1995)–Hans Righart– Auteursrechtelijk beschermdGeschiedenis van een generatieconflict
[pagina 173]
| |
Nicol. De eerste drie zijn beter bekend als leden van de Liverpoolse groep de Beatles; de vierde wordt door een vindingrijke journalist een ‘bij-Beatle’ genoemd. Nicol, die zijn eigenlijk te korte haar voor deze gelegenheid net als de andere drie recht naar voren heeft gekamd, vervangt op deze tournee Beatle-drummer Ringo Starr, die geveld door een keelontsteking in het ziekenhuis ligt. Na een stormachtige ontvangst in Kopenhagen, staan ook op Nederlandse bodem zo'n duizend tieners ongeduldig op de Engelse sterren te wachten. Sinds hun internationale doorbraak met hits als ‘She loves you’, ‘I wanna hold your hand’ en ‘Can't buy me love’ zijn de Beatles ook in Nederland razend populairGa naar eind20. Vier meisjes in Volendammer klederdracht heten de Beatles welkom en overhandigen hun kapoetsen, die ze onhandig op hun langharige hoofden drukken. Na een persconferentie op Schiphol worden de muzikanten naar het Amsterdamse Doelenhotel gereden. Vanuit het aan de Doelenstraat grenzende zusterhuis zwaaien vanuit de ramen tientallen zusters vrolijk naar het viertal. Dan wordt het programma afgewerkt. 's Middags worden in studio ‘Treslong’ te Hillegom tv-opnamen voor de Vara gemaakt. De Beatles hebben geweigerd live te spelen - naar eigen zeggen vertrouwen ze de Nederlandse technici niet - , maar om hun play back-optreden wat te verlevendigen zijn zo'n vierhonderd jongens en meisjes uitverkoren. De opname leidt volgens de pers tot ‘wilde taferelen’. Al bij het eerste nummer ‘She loves you’ beginnen de jongelui te twisten en te gillen en bij de afsluiting met ‘Can't buy me love’ worden de muzikanten door het studiopubliek bestormd. 's Avonds hebben duizenden fans zich verzameld bij het hotel in de hoop een glimp van hun idolen op te vangen. Er heerst een uitgelaten joligheid getuige het meermaals ingezette voetbalkampioenslied ‘En van je hoempa, hoempa, hoempa, dws!’. Tegen een uur of tien in de avond laten de Beatles zich op het hotelbalkon toejuichen door de uitzinnige menigte. Ook de andere dag verzamelen duizenden fans zich weer op de Kloveniersburgwal die door een gracht van het Doelenhotel gescheiden wordt. De Beatles slapen echter uit. Pas rond het middaguur maken ze met de rondvaartboot ‘Jan van Galen’ een tochtje door de Amsterdamse grachten, begeleid door vier boten van de rijkspolitie te water. De nrc gewaagt van ‘een voor ons Nederlanders ongekend enthousiasme’Ga naar eind21 en het Algemeen Handelsblad schrijft zelfs: ‘Geen vorst, geen prinses, geen staatshoofd heeft ooit zo'n ontvangst gehad als deze laconieke Engelse jongens, die zich voortdurend sche- | |
[pagina 174]
| |
nen af te vragen waarom iedereen zich zo druk maakte.’Ga naar eind22 Tientallen ‘jonge heethoofden’ springen van puur enthousiasme in het grachtenwater en trachten de Beatle-boot te bereiken. Over een van deze enthousiastelingen schrijft een kranteverslag: ‘Al borstzwemmend schreeuwde hij voortdurend: “De Bietels, de Bietels!” met het gevolg dat hij na vijf meter geen adem meer over had. Roemloos zonk hij in het stinkende grachtwater tot alleen zijn ronde mond nog boven de oppervlakte uitstak, maar daaruit blééf een blubberend “Bietels, Bietels!” komen.’Ga naar eind23 Er doen zich behalve de spontane zwempartijen geen ernstige ongeregeldheden voor en er vallen geen gewonden. Een enkele politieagent verzucht weliswaar ‘ik won dat ik weer naar de boeven kon’, maar de sympathiserende, milde sfeer die rond het Beatle-bezoek hangt, wordt geen moment verbroken. Daarmee is de wens van Telegraaf-journalist Henk van der Meyden in vervulling gegaan. In een verslag van hun aankomst te Schiphol heeft hij de politie gesmeekt de wapenstok aan de riem te laten hangen: ‘Maar de vaak zo nuchtere Nederlandse politie zou ik willen vragen uit naam van vele ouders, die vandaag met angst hun kinderen de deur uit zien gaan: houdt de sabels en de gummistokken thuis, sla de fans niet. Het zijn ten slotte geen misdadigers maar jongens - en vooral meisjes - die in de Beatles iets van zichzelf hebben ontdekt en nu eens de gelegenheid krijgen zich onbelemmerd te uiten. En hun enige wens is vandaag en morgen prettige dagen te hebben, zich eens helemaal uit te leven en bij de Beatles te kunnen zijn.’Ga naar eind24 De Beatles geven tijdens hun bezoek aan Nederland twee live-optredens. Als locatie is gekozen voor een veilinghal te Blokker, een tuindersdorpje tussen Hoorn en Enkhuizen, waar eerder artiesten als Louis Armstrong, Jacques Brel, Vince Taylor en Cliff Richard optraden. De hal is omgebouwd tot ‘concertzaal’ met tussen de tribunes en het podium een veertigtal rijen van aan de grond vastgespijkerde groentekistjes. Voorafgaand aan het middagoptreden van de Beatles tracht een reeks van jonge Nederlandse artiesten het ongeduldige publiek anderhalf uur lang te vermaken. Om vijf voor vijf kondigt impresario Ben Essing eindelijk de Beatles aan. Maar eerst moet iedereen gaan zitten: ‘anders geen Beatles!’ roept de impresario, wat de recensent van de nrc in de pen geeft: ‘Erg dom van de heer Essing, die toch had moeten begrijpen dat je, als je de hele week al op kantoor, op de fabriek of op school moet zitten, 's zaterdagmiddags niet nog eens op een groen- | |
[pagina 175]
| |
tekist plaatsneemt.’Ga naar eind25 Zijn oordeel over het Beatle-optreden is overigens, net als dat van zijn collega-journalisten, uiterst positief. De Beatles zijn volgens de criticus ‘rasartiesten’ met ‘een zorgvuldig uitgebalanceerde klankkleur’ en een ‘perfecte presentatie’. ‘Zij hadden met hun maatkostuums, hun scherphoekige boorden, hun lange naar voren gekamde haren en hun puntige hooggehakte schoenen iets van galante en zeer mannelijke ridders uit een ander tijdperk’, aldus de nrc-scribent.Ga naar eind26 Tijdens de avondvoorstelling gaat het er wat wilder aan toe. Wanneer de Beatles eindelijk openen met de hit ‘I wanna hold your hand’ wordt volgens de Volkskrant ‘een knallende community-singing’ ontketend. Vrouwen beginnen te gillen; een valt op de grond, een ander wordt ‘half ontkleed’. ‘Het was onmogelijk te blijven zitten. Met rode hoofden, uitgestrekte armen en een dolle blik in de ogen duwden bezwete figuren alles wat voor hen was in de richting van het door stalen hekken en politiemannen afgezette podium’, zo meldt de Volkskrant.Ga naar eind27 Onder het publiek bevinden zich schrijvers, filosofen, dominees, progressieve vaders, pedagogen en stukjesschrijvers: ‘Meer dan een derde van de toeschouwers kwam, zo scheen het, om stof op te doen voor een preek, film of dissertatie.’Ga naar eind28 Er wordt ook ijverig onderzoek gedaan door een groep sociaal-psychologen. Op strategische plaatsen in de zaal staan ernstige meisjes met witte bloesjes en gekleurde wijde rokken gereed om aan te tekenen: zoveel percent staat, zoveel percent gilt, zoveel percent heeft de vingers in de oren en/ of kan niet stil blijven staan. Volgens het kranteverslag raken ook de meisjes tijdens het optreden van de Beatles van de kook, maar ze blijven hun streepjes zetten. Onder de prominenten bevindt zich cabaretier Wim Kan - ‘een super-Beatle’ naar hij zelf verklaart - en zijn vrouw Corry Vonk. Hij was ook bij de televisie-opnames aanwezig en De Waarheid tekent op uit zijn mond: ‘Ik wilde het per se nog een keer zien. Er gaat zoiets mysterieus van die jongens uit - je beleeft dit in ons land maar één keer in de tien jaar.’Ga naar eind29 In een andere krant zal hij later een gefascineerd verslag doen van zijn ervaring: ‘Gegil, gitaren, zweet; één grote, steeds doorgaande, trillende beweging. Het volk heeft zijn ketenen verbroken. De Franse Revolutie! Zevenduizend Robespierres! De Marseillaise! She loves you, yeah, yeah, yeah! [...] Soms krijgt het geheel iets oosters - iets van heel ver weg, iets van het grote mysterie, iets dat wij niet kennen. Wat gebeurt er eigenlijk? Wie zijn die zevenduizend levende mensenkinderen?’Ga naar eind30 | |
[pagina 176]
| |
Ook over het avondoptreden van de Beatles zijn de recensenten weer opmerkelijk positief. Het Parool schrijft: ‘Weer een acht songs lang vriendelijke show van de Beatles, zonder uitdagende lichaamsbewegingen, zonder de obscene heupschokken van de voorsten die hen voorgingen - het is rein, het is zindelijk, het bevredigt op een klinische manier, al moet men zich niet voorstellen dar het rustig gaat. [...] Vier jongens die een gezonde, opgewekte, onachterhaalbare katharsis hebben bewerkstelligd. Miljonairs met een glimlach, vermoeide helden, koele keizers; ze weten hoe het moet en laten de rest van harte over aan sociologen, psychiaters, psychologen en pedagogen. Ze laten geen doden of ernstige gewonden achter; ze zijn clean.’Ga naar eind31 | |
‘Een nors, nagelbijtend vijftal’Toen de Beatles op zondagochtend weer op het vliegtuig waren gestapt, keek Nederland eensgezind terug op een vrolijk feestje. Nederlandse jongeren hadden zich geamuseerd en de oudere generatie had met een wat vertederde nieuwsgierigheid toegekeken. Het feestje dat een andere Britse beatgroep een paar maanden later in het Scheveningse Kurhaus zou ontketenen, werd echter heel wat minder welwillend bezien door vaders, moeders, agenten en andere gezagdragers. In augustus van datzelfde jaar deden de Rolling Stones Nederland aan. Dezelfde Parool-journalist die met zoveel warmte over de Beatles had geschreven, sprak nu van een ‘opstand der horden’Ga naar eind32 en Henk van der Meydens verslag van het Stones-optreden opende nu met de kop ‘Jeugd had maar één doel: alles vernielen’.Ga naar eind33 Wat was er gebeurd? Op zaterdagochtend 8 augustus 1964 waren de Rolling Stones gearriveerd op Schiphol. Impresario en uitgever van het jongerenblad Muziek Expres Paul Acket had de groep gecontracteerd voor een dertig minuten durend promotieconcert in het Scheveningse Kurhaus. De zaal was in twee dagen volledig uitverkocht. Van meet af aan was het de pers duidelijk dat dit groepje Londense muzikanten uit een heel ander hout gesneden was dan hun Liverpoolse collega's. Niet alleen hulden zij zich in ‘ongewassen plunje’ en waren hun schoenen niet gepoetstGa naar eind34, de Rolling Stones bleken ook een stuk minder vriendelijk dan de Beatles. Het ‘norse, af en toe nagelbijtende vijftal’Ga naar eind35 had tijdens de persconferentie op Schiphol niet veel te melden, misschien uit dwarsheid, misschien ook omdat ze tot diep in de nacht in Manchester aan de opnames voor een televisieshow hadden gewerkt. Opzet of niet, | |
[pagina 177]
| |
de Stones slaagden er in ieder geval in zichzelf als de volstrekte tegenvoeters van de Beatles te presenteren. Het weekblad Panorama sprak van ‘supernozems’, het ‘onappetijtelijkste combo’ en ‘een uitwas’. ‘Wat zijn dat voor meisjes, die déze jongens met hun onguur uiterlijk leuk willen vinden?’ vroeg het familieblad zich vertwijfeld af.Ga naar eind36 Toen op zaterdagavond rond half tien ‘vijf intens bleke, vermoeide jongens’Ga naar eind37 het podium van het Kurhaus betraden, was het publiek al tot het uiterste getergd door een voorprogrammering die niet getuigde van veel inzicht in de muzikale voorkeur van de Stones-fans. Om kwart over acht had Jos Brink, presentator van het Avro-radioprogramma ‘Tussen tien plus en twintig min’, het optreden van de ‘kittige vocaliste’Ga naar eind38 Trix and the Paramounts aangekondigd en daarna volgden nog de parodist André van Duin en de Haagse bandjes The Ricochets en The Telstars. Om kwart over negen lijkt Brink eindelijk de Rolling Stones aan te gaan kondigen, maar dan betreden tot grote woede van het publiek The Fouryo's het podium, twee rijpere dames en twee dito heren die, geheel in de vaderlandse muziektraditie van de late jaren vijftig, hun bekendheid ontlenen aan tamme en gezapige covers van Amerikaanse hits zoals ‘Bird Dog’ en ‘Bye, Bye Love’ van The Everly Brothers. Het publiek reageert met hoongelach en een deel loopt scheldend de zaal uit. Spreekkoren maken het vocale viertal het zingen onmogelijk. In de coulissen wachten dan nog het tienersterretje Trea van der Schoot (die met het oog op een internationale carrière haar achternaam inmiddels in Dobbs heeft veranderd) en Johnny Lion, maar noch de ‘Knokke-vedette’, noch de Haagse zanger zullen aan hun optreden toekomen. Johnny Lion zou later de Stones-show ‘walgelijk’ noemen en ook Trea Dobbs koesterde geen enkele sympathie voor haar Britse collega's: ‘Ze bedonderen iedereen.’Ga naar eind39 Wanneer de Stones eindelijk beginnen, ontstaat er gedrang en geduw onder het verhitte publiek. De houding van de aanwezige politie en de Nederlandse lijfwachten van de Stones maken de sfeer er niet beter op. Enthousiaste fans die het podium willen beklimmen, worden met harde hand teruggeslagen en -geschopt en al snel vliegen de eerste projectielen - afgebroken stoelleuningen - door de lucht. Ook de techniek laat het afweten. Na twee nummers valt de microfoon van zanger Mick Jagger uit. ‘Vocalist Jagger greep twee sambaballen en voort ging het’, aldus de verslaggever van het Algemeen Handelsblad.Ga naar eind40 Na een kwartier besluit de organisatie het optreden af te breken en het doek valt voor de Stones, die zich via een achteruitgang naar buiten haasten. | |
[pagina 178]
| |
Daarop begint het publiek woedend de concertzaal te slopen. Stoelen worden uit de grond gerukt en op het toneel gesmeten, gordijnen en lichtkronen van de muur getrokken en in de duisternis - iemand heeft het licht uitgedaan - worden twee meisjes de kleren van het lijf gerukt. Ze zullen ‘gehuld in een inderhaast omgeslagen jas’Ga naar eind41 in een politiejeep naar het bureau afgevoerd worden. Wanneer de volgende dag in ‘het huis van Jan Stone’Ga naar eind42 de balans wordt opgemaakt, blijkt de schade een slordige tienduizend gulden te bedragen. Organisator Paul Acket schuift de schuld voor de veldslag in de richting van een cameraploeg die het publiek opgehitst zou hebben en naar de Haagse politie, die met gummiknuppels en machtsvertoon het geweld dacht te bezweren. De Haagse hoofdinspecteur A. Buyze denkt er heel anders over. Hij spreekt over ‘een losgelaten stelletje krankzinnigen’Ga naar eind43, waarbij niet duidelijk is of hij de artiesten of het publiek bedoelt. In de pers heerst in ieder geval eensgezindheid. Volgens De Telegraaf hebben de Rolling Stones hun publiek ‘opgezweept’Ga naar eind44 en in Het Parool vergelijkt H.J. Oolbekkink het Stones-optreden met dat van de Beatles enkele maanden eerder. De vergelijking valt natuurlijk ten gunste van de laatsten uit. Ook de Beatles waren omgeven met enige hysterie, ‘maar de Liverpoolse jongens hadden nog het elementaire besef van showbusiness om gelijkluidende kostuums aan te trekken en een met de lineaal uitgemeten show te brengen. De Rolling Stones, slordig gehuld in wat vermoedelijk juist op het kapstokje hing, deden niets anders dan op de gitaar boksen, in een mondharmonica blazen en hun lelijke zelf wezen. Maar het was voldoende om de nozems en hun aanhang [...] tot een beangstigende vernielzucht te brengen. Men wist het al, in Engeland was het gebruikelijk de zalen waar de Rolling Stones optraden van aanzien te veranderen, dus dat moest hier ook gebeuren. Het is een niet-afgesproken toch collectieve handeling; een politiepet is een uitdaging, wie niet meedoet is square, het is een ontlasting, de Beatles zijn allang weer bourgeois geworden. [...] Blokker 1964 was leuk. Scheveningen 1964 was onleuk.’Ga naar eind45 En het Algemeen Handelsblad constateert met sombere gelatenheid: ‘Met dat al hebben The Rolling Stones hun populariteit nu ook onder de Nederlandse tieners gevestigd. The Beatles staan bij velen misschien nog bovenaan, maar dat zal wel niet lang meer duren.’Ga naar eind46 Daarin zou de krant niet helemaal gelijk krijgen, want in daarop volgende jaren ging de populariteit van beide groepen onder de Nederlandse jongeren tamelijk gelijk op. Maar dat de Stones aan een onstuitbare | |
[pagina 179]
| |
opmars waren begonnen, zoveel stond wel vast in 1964. Het contrast tussen de beide optredens kan misschien als symbolisch gezien worden voor de twee kanten van de nieuwe jeugdcultuur zoals die in de jaren zestig gestalte zou krijgen: het onbekommerde en vrolijke hedonisme dat zo levenskrachtig klopte in de vroege Merseysound van de Beatles; aan de andere kant de sensuele en agressieve rebellie die doortrilde in de rhythm and blues van de Stones. Rebellie en hedonisme, het zijn in feite de twee gezichten van rock ‘n’ roll. In 1964 waren acht jaar verstreken sinds de film ‘Rock around the Clock’ tot ernstige verontrusting in opvoedkundig Nederland had geleid. In die acht jaar had men met het nieuwe hedonisme leren leven, sterker nog, ook de Vooroorlogse Generatie was niet ongevoelig gebleken voor de geneugten die door de prille welvaart binnen bereik begonnen te komen. Na anderhalf decennium van hard werken en spaarzaamheid mocht er wel eens een verzetje zijn en dat werd de jongelui ook best gegund. Maar baldadigheid en gezagsondermijning, dát was wat anders! Hier lag de brandstof voor een generatiestrijd, die reeds enkele jaren later hevig zou ontvlammen. De grote aandacht in pers en andere media voor wat wel ‘the British invasion’ genoemd is, maakt ook duidelijk dat rock zich van een marginaal lower class-verschijnsel in enkele jaren ontwikkeld had tot een bijna universele identificatiecode voor jongeren. Wie wil begrijpen hoe dit proces zich zo snel heeft kunnen voltrekken, moet zich verdiepen in het ontstaan van de teenagercultuur in de jaren voorafgaand aan 1964. | |
‘Tijd voor Teenagers!’In 1959 verscheen in Engeland een geruchtmakend on derzoek naar het consumptiegedrag van teenagers.Ga naar eind47 De auteur, Mark Abrams, stelde in The Teenage Consumer vast dat de Britse teenagers-daaronder verstond hij niet-gehuwden in de leeftijdscategorie van 15 tot 24 jaar - jaarlijks voor ruim achthonderd miljoen pond besteedden. Dat geld werd voornamelijk uitgegeven aan typische teenagerprodukten, dat wil zeggen kleding, schoenen, cosmetica, grammofoonplaten, geluidsapparatuur, brommers, teenagerbladen, snoep en soft drinks. Abrams constateerde ook dat de Britse teenagermarkt sterk proletarische trekken vertoonde. Teenagerachtige bladen zoals Reveille en Valentine werden bijvoorbeeld vooral door working class-teenagers gelezen. | |
[pagina 180]
| |
Abrams' onderzoek was de aanzet voor een stroom van internationale publikaties over het fenomeen teenager. De prestigieuze Annals of the American Academy of Political and Social Science wijdde in 1961 zelfs een themanummer aan het onderwerp. In een inleidend artikel stelde editor Jessie Bernard vast dat ook de Amerikaanse teenagercultuur nog een zekere sociale gelaagdheid vertoonde, tot uitdrukking komend in bijvoorbeeld verschillende preferenties voor kleedstijl en uitgaansleven.Ga naar eind48 ‘Class still pervades teen-age culture’ [cursivering HR], constateerde zijGa naar eind49, maar dat daaraan snel een einde begon te komen, werd in een andere bijdrage aan het themanummer opgemerkt. In een artikel over de teenagercultuur in Europa schreef een andere onderzoeker dat voor het eerst in haar geschiedenis de Britse middenklasse sterk onder invloed van een ‘working class way of life’ begon te raken: ‘Even boys in grammar schools sometimes Favor Edwardian and Italian clothes styles, frequent soft-drink bars, adore pop music, and spend their evenings drifting around with peer group members in loosely knit gangs’, zo constateerde deze auteur.Ga naar eind50 De literatuur over de teenager, verschijnend vanaf de late jaren vijftig tot het midden van de jaren zestig, varieerde van statistisch onderbouwde studies over de teenager als een leeftijdspecifiek segment van de markt tot sterk moreel geladen pedagogische beschouwingen. In ieder geval maakte het internationale karakter van de discussie duidelijk dat de teenager, hoewel als begrip geboren in de vs, een fenomeen was dat zich vanaf 1960 in vrijwel alle westerse landen voordeed. De verwarring van een economische en pedagogische benadering komt tot uitdrukking in de verschillende omschrijvingen van de teenager. Abrams' definitie - ongehuwden tussen 15 en 24 jaar - verwijst vooral naar een consumptief-economische identiteit, terwijl andere auteurs de teenager definiëren als de leeftijdscategorie tussen puberteit en huwelijk, of, vager nog, tussen kind en volwassenheid, daarmee te kennen gevend in het teenagerdom niet veel anders te zien dan de oude adolescentieproblematiek in een modern jasje. Toch lijkt juist de vermenging van enerzijds consumptief gedrag en economische zelfstandigheid en anderzijds de groei naar volwassenheid met de bijbehorende problemen karakteristiek voor de teenager. In de westerse welvaartstaten hebben jongeren geld ter beschikking dat ze vrij besteden; zij zijn al op jonge leeftijd konsumreif zoals de eerder geciteerde sociologen Flender en Rauhe het genoemd hebben.Ga naar eind51 Over de juistheid van | |
[pagina 181]
| |
die constatering verschillen de auteurs niet van mening; wél over de waardering ervan. Verborgen kritiek kan men eigenlijk al ontdekken in het onderzoek van Abrams zelf. Hij geeft toe dat procentueel het aandeel van de teenagers in de totale nationale consumptie - iets meer dan vijf procent - in feite bescheiden is. Het lijkt daarom meer te gaan om het feit dát zij consumeren en wát zij consumeren. In een kritiek op de moderne wervingsmethoden spreekt menige auteur zijn zorg uit over het erotiserend karakter van de reclame. Meisjes van tien jaar worden beha's aangepraat en het feit dat Engelse vrouwen tussen vijftien en vierentwintig jaar net zoveel beha's kopen als alle vrouwen in de resterende leeftijdscategorieën samen, wordt ook als een veelzeggend statistisch gegeven beschouwdGa naar eind52. In een Duitse publikatie, getiteld Teenager und Manager (1963), worden de begrippen twen en teenager symbolen genoemd van een besturing op afstand. Jongeren zijn volgens deze auteur helemaal geen vrije consumenten, maar de willoze slachtoffers van een ‘berekenende psychotechnische beïnvloeding’.Ga naar eind53 Wat zal de verwekelijkte Westduitse jeugd mettertijd tegenover de zeer consequent politiek afgerichte jeugd in de ddr kunnen stellen, zo vraagt de schrijver zich af.Ga naar eind54 Tegenover de gesignaleerde gevaren van manipulatie, hedonisme en materialisme trachten andere schrijvers meer vanuit de jongeren zelf te redeneren. Zij vragen aandacht voor de symbolische, rituele en identiteitverschaffende functies van de teenagerconsumptie. In het veel positievere boek Teenage Revolution (1965) schrijft de Britse publicist Peter Laurie dat de teenagerprodukten in feite ‘commodities of social contact’ zijn; kleren, popsongs en motoren, het zijn in laatste instantie allemaal communicatiemiddelen.Ga naar eind55 Wat bij de meer kritische en conservatieve auteurs sociale nivellering heet, beschouwt Laurie als communicatie, mogelijk gemaakt door economische groei, verbeterd en uitgebreid onderwijs en de massamedia. Hij benadrukt het belang van mobiliteit voor de teenager. In een relatief korte tijd van zijn leven moet hij of zij zo veel mogelijk informatie verzamelen, alle kansen en mogelijkheden onderzoeken, een zo breed mogelijke horizon krijgen. De teenager verhoudt zich tot de volwassene als de ontdekkingsreiziger tot de kolonist: ‘The one has to travel light, acquire information, react flexibly to any chance; the other has to stay put, narrow his gaze, concentrate his energies, and hoe his furrow.’Ga naar eind56 Zo blijft de teenager dus een fenomeen vol ambivalentie: enerzijds | |
[pagina 182]
| |
symboliseert zijn creatie de ontdekking van een nieuwe, wereldwijde markt en een nieuwe consument; anderzijds roept de exploitatie van die markt kritiek en morele verontrusting op. De teenagercultuur die ondanks al die morele paniek toch ontstaat, is op haar beurt ook een uiterst veelkantig verschijnsel: zij draagt onmiskenbaar bij aan de verspreiding van een hedonistische levensstijl, maar wordt ook een kanaal waardoor andere, meer rebelse boodschappen uitgezonden kunnen worden. En onder jongeren zelf heeft de teenagercultuur een egaliserend effect, in de zin dat sociale en culturele verschillen naar de achtergrond geduwd worden door produkten die het sámen jong zijn benadrukken, en zo, wellicht onbedoeld, bijdragen aan de vorming van een generatie-identiteit. Daarmee is een vruchtbaar klimaat geschapen voor verbindingen tussen de apolitieke teenagercultuurGa naar eind57 en meer maatschappelijke vormen van jongerenbewustzijn zoals dat onder andere in de prille studentenbeweging tot uitdrukking kwam. En ook de gecommercialiseerde teenagercultuur wekte rising expectations onder jongeren inzake hun eigen participatieve rol in de samenleving. Maar hierover later. | |
Muziek Expres als teenagemediumEen goede bron voor de reconstructie van een teenagercultuur, ook in Nederland, vormen de typische tienerbladen. In de vs ontstaan de eerste teenagerbladen in 1955. Er is een onderscheid gemaakt tussen een ‘confessional’ en een ‘cultic’ aspect van het gemiddelde tienermagazine.Ga naar eind58 Het eerste heeft betrekking op zaken als de relaties met de andere sekse en persoonlijke problemen zoals verlegenheid en hoe aantrekkelijk en populair te worden. Het cultische aspect betreft idolen als rock ‘n’ roll-artiesten, filmsterren en dergelijke. In Nederland is het ontstaan van een teenagercultuur enigszins vertraagd door factoren als de lange tijd laag gehouden jongerenlonen en de verzuiling van met name het omroepbestel, waardoor de verspreiding van rock ‘n’ roll zich langzamer voltrok dan elders. In Engeland en nog veel sterker in de vs was de radio in belangrijke mate een teenage medium - veel meer dan de televisie, die ook daar vooral ‘het ding’ van de Vooroorlogse Generatie was - , terwijl in Hilversum teenagerprogramma's - uiteraard door volwassenen gemaakt! - pas in 1959 met mondjesmaat ontstonden. Wie naar rock wilde luisteren, moest afstemmen op het commerciële station Radio Luxemburg of op de sinds 19 april 1960 | |
[pagina 183]
| |
vanaf de Noordzee opererende piratenzender Veronica.Ga naar eind59 De piraat, geëxploiteerd door drie Hilversumse zakenlieden, had overigens in 1962 al vijf miljoen luisteraars en zond voor een bedrag van twaalf miljoen gulden aan reclameboodschappen uit.Ga naar eind60 Toch kende Nederland al sinds 1944 Tuney Tunes, dat veel door teenagers - veelal ‘fabrieksjeugd’Ga naar eind61 - gelezen werd. En in januari 1955 voegde zich daarbij het maandblad Muziek Expres, uitgegeven door impresario Paul Acket en tot 1963 onder redactie van Skip Voogd, die ook al het eerstgenoemde blad onder zijn hoede had. Zeker in de eerste jaren leek Muziek Expres veel op zijn oudere en nogal saaie broertje, maar in de loop van de jaren zestig streefde het blad het steeds meer zieltogende Tuney Tunes - in 1966 opgegaan in het nieuwe PopfotoGa naar eind62 - royaal voorbij. In 1966 overschreed Muziek Expres de grens van een kwart miljoen exemplaren en in 1974 kon het zelfs bogen op een oplage van 375.000.Ga naar eind63 Muziek Expres was in de jaren zestig het grootste en populairste teenagerblad en droeg belangrijk bij aan de verspreiding van een teenagercultuur in Nederland. De ontwikkeling van het blad tussen 1955 en 1965 is illustratief hiervoor. Tot 1963 mikt het blad zeker niet uitsluitend op een teenagerpubliek, getuige artikelen over dixielandmuziek (uiteraard van de hand van Skip Voogd), reportages over artiesten als Rita Reys (‘een kijkje bij Rita thuis’), Gert Timmerman en het Cocktail Trio, en songteksten van Nederlandstalige hits als ‘Katinka’, ‘Daar mag je alleen maar naar kijken (maar aankomen niet)’ en ‘Hand in hand, kameraden’. Ook het internationale society- en showbizz-nieuws is niet specifiek op een tienerpubliek toegesneden. Het advertentieaanbod is tot 1962 nog hetzelfde als in Tuney Tunes: de platenmaatschappijen nemen het leeuwedeel van de advertenties voor hun rekening en verder bevat het blad de bekende kleine advertenties voor lichaams- en houdingverbetering-‘Wordt groter dankzij het orthopedische toestel superstalto’ - , muzikale oefening - ‘In enkele seconden elk modern akkoord dankzij het akkoordenschuifsysteem “het ei van Co”’ - , vechtsporten en dansen (‘gezellig meedoen’). In de loop van 1962 wordt het advertentieaanbod ruimer en gaat zich ook uitstrekken tot geluidsapparatuur, cosmetica, kleding, brommers en genotsartikelen als bier, soft drinks, sigaretten en snoepgoed. In de reclameteksten wordt de lezer nu direct als teenage consumer toegesproken. De Supraphon-platenspeler wordt aangeprezen met de tekst: ‘Voor jezelf - op je eigen kamer - bij de schoolfuiven - met je | |
[pagina 184]
| |
vrienden en vriendinnen.’ Ten Cate stopt bij elk paar Young Linenylons een gratis foto van ‘je eigen ster’ en zelfs het oerdegelijke en oer-Nederlandse chocolademerk Kwatta heeft ‘machtige kleurenfoto's’ van teenager favorieten op de goudmetalen deksels van zijn blikjes gedrukt: ‘Meesterlijk om zo'n blikje cadeau te krijgen voor een goed rapport of als je jarig bent, maar ook leuk om cadeau te geven aan je boy-of girlfriend. Spaar de blikjes en hang de deksels aan de muur. Zo krijgt je kamer een eigen stijl, een stijl die bij jou past!’ Veel artikelen worden louter op grond van hun Amerikaanse origine aangeprezen: Clearasil is ‘hèt middel van jonge Amerikanen’, Wrangler presenteert ‘American styled jeans’ en het anti-puistjesmiddel Noxema wordt volgens de advertentie in maar liefst drie van de vijf Amerikaanse gezinnen gebruikt. In 1963 verandert ook het aanzien van het blad. Bij de nadering van een oplagecijfer van 150.000 gaat men over op een kleuren-koperdiepdruk procédé, waardoor ook kleurenfoto's afgedrukt kunnen worden. Daarvoor verscheen Muziek Expres in verschillende grijstinten. De redactionele opzet bleef hetzelfde, dat wil zeggen elke maand tussen de vijftig en zestig pagina's met als vaste rubrieken ingezonden brieven (‘In de ME-bus’), contactadvertenties, songteksten, ME's topdertig, (alsook die van Amerika, Engeland en Duitsland), Filmnieuws, een centerfofd, en het overzicht van de programma's van Radio Luxemburg en Radio Veronica.Ga naar eind64 De ‘cultische’ hoofdmoot bleef ook na 1963 het wel en wee van artiesten in binnen- en buitenland. Het ‘confessional’ aspect is vertegenwoordigd in de ingezonden brieven, maar vooral ook in de anderhalve pagina vol kleine contactadvertenties - de zogenaamde ‘Toppers’ - waarin hoofdzakelijk correspondentie en verkering gezocht wordt. Qua leeftijd valt het accent op de categorie tussen vijftien en achttien jaar, jongens als meisjes in ongeveer gelijke mate. Vaak wordt in de advertenties nog de godsdienst vermeld - vooral bij katholieken - een enkele keer zelfs nog het sociale milieu - ‘net meisje (arb. stand)’ - , maar geleidelijk aan rukken de ‘bromnozems’ en de ‘nozeminnetjes’ op. Een enkele keer mobiliseert Muziek Expres zijn lezers. Zo verzoekt de redactie in de zomer van 1963 de lezers een oordeel te geven over over het Vara-radioprogramma ‘Tijd voor Teenagers’. De aanleiding is een kritisch artikel van Tijd voor Teenagers-samensteller Co de Kloet over de ‘bedroevende kwaliteit van de Nederlandse muziekbladen’Ga naar eind65. Muziek Expres reageert furieus en roept zijn lezers op de staf | |
[pagina 185]
| |
over De Kloet en zijn programma - dan nog gepresenteerd door Dick Duster - te breken. Uit de ‘stapels’ brieven - volgens de redactie keert 78 procent zich tegen Tijd voor Teenagers - selecteert de redactie in het augustus- en septembernummer een aantal reacties. Dusters presentatie wordt ‘te melig, te afgezaagd en te vaderlijk’ genoemd; hij draait de verkeerde platen - soms zelfs Bach!-en kamt ‘ruige’ rockplaten systematisch af. Een briefschrijfster uit Leeuwarden schrijft: ‘Ik snap niet dat het nog “Tijd voor Teenagers” heet. Het kan beter “Tijd voor Tachtigers” zijn... Ik vind dat een teenager-radioprogramma door een teenager zèlf gepresenteerd moet worden! Desnoods elke week door een andere...’Ga naar eind66 De leeftijd van de samenstellers - naast De Kloet ook de latere Tijd voor Teenagers-presentator Herman Stok - en de presentator is een regelmatig terugkerend punt van kritiek. Dick Duster wordt toegevoegd: ‘Neem een hengel en ga vissen, de teenagers zullen je niet missen.’Ga naar eind67 De suggestie dat een teenagerprogramma ook door een teenager gepresenteerd moet worden - of in ieder geval niet door mannen wier geboortejaar ver vóór de Tweede Wereldoorlog ligt - is een aardige illustratie van de rising expectations onder jongeren. Tegelijk laat zich aan de hand van Muziek Expres ook vaststellen dat het ‘cultische’ behalve een bevestiging van burgerlijke rol- en seksepatronen ook een kanaal voor kritischer en minder conformistische verschijnselen kon zijn. Meestal valt in de portretten van artiesten de nadruk op belevenissen in het patroon verliefd-verloofd-getrouwd en de sterretjes zijn vrijwel altijd zeer huiselijk en gehoorzaam aan hun ouders. Zo verklaart het Britse tienersterretje Helen Shapiro na een ontmoeting met de Amerikaanse zanger Paul Anka dol op hem te zijn; ze voegt er echter onmiddellijk aan toe: ‘Maar laat ik niet al te romantisch worden. Ik ben tenslotte net vijftien en voorlopig moet ik meer aan “to sing” dan aan “to love” denken, hebben paps en mams gezegd.’Ga naar eind68 Het Duitse zangeresje Conny Froboess helpt ‘als het maar even kan’ haar moeder in de huishouding, omdat dat ‘goed voor later’ is.Ga naar eind69 Interessanter is de manier waarop Muziek Expres meer controversiele sterren prabeert glad te strijken. Zo wordt de Amerikaanse seksbom Jayne Mansfield als een kroostrijke moeder geportretteerd. Met haar vier kinderen wat naar de achtergrond gedrongen poseert de weelderige Jayne schommelend in de tuin of voorlezend in baby doll, terwijl de begeleidende tekst de lezer op de ándere Jayne attent maakt: | |
[pagina 186]
| |
‘Ze mag pikant zijn en vaak voor schandalen zorgen. Ze mag opwindend zijn en soms 'n tikje al te uitdagend, de èchte Jayne Mansfield is anders.’Ga naar eind70 Brigitte Bardot is volgens haar interviewer ‘geen vamp [...] maar wel lief’, en houdt ‘ondanks haar teruggetrokkenheid van gezelligheid [...] en [kan] fantastische cocktails mixen’.Ga naar eind71 In uitzonderlijke gevallen doet de redactie geen pogingen tot ‘verbraving’, zoals bijvoorbeeld bij de Engelse rocker Vince Taylor, die in Nederland verwacht wordt voor een optreden op het Grand Gala du Disque in september 1962. Taylor, die zich altijd in een zwart leren pak met gouden ketting hult en wiens live-optredens berucht zijn, krijgt weliswaar een fotopagina in Muziek Expres, maar in de begeleidende tekst wordt gewaagd van ‘een merkwaardige knaap’, die ‘ophitsende nummers’ ten gehore brengt en ‘massahysterie’ bij zijn publiek teweegbrengt.Ga naar eind72 Geen waardering dus, geen pogingen tot fatsoenering ook, maar wél aandacht, omdat het fenomeen zelf natuurlijk niet genegeerd kan worden. Zoiets geldt aanvankelijk ook voor de Beatles en de Rolling Stones. Over de eerstgenoemde groep wordt in september 1963 voor het eerst op bescheiden wijze bericht. Het blad signaleert ‘vier wonderlijk gekuifde (en geklede) knapen’. De aandacht is nogal aan de late kant, want in Engeland heeft het viertal al twee keer een nummer-één-hit gehad-‘Please, please me’ in februari en ‘From me to you’ in mei-en is de Merseybeat-rage al volop losgebarsten. Pas in januari 1964 komt het tienerblad met een groter verhaal over de Beatles en in maart van dat jaar siert het Liverpoolse kwartet het omslag van het blad. Een maand later zijn ook de Rolling Stones doorgedrongen tot de kolommen van Muziek Expres (in maart '63 hebben ze hun eerste grote hit in Engeland met de Buddy Holly-cover ‘Not fade away’). Onder de kop ‘'s Werelds lelijkste groep! Een soort zingende Flintstones’ schrijft Muziek Expres: ‘...geen mens zal durven volhouden dat deze groep van Brian James [sic!] ook maar iets bezit, dat voigens de traditionele opvattingen een man aantrekkelijk kan maken. Half slaperige oogjes, weke zuigmondjes, haar dat een jaar geleden al nodig geknipt had moeten worden en vale, bleke gezichtjes, dat zijn de kenmerken van dit sensationele muzikale kwintet.’Ga naar eind73 Maar nog geen half jaar later heeft Muziek Expres ook voor 's werelds lelijkste groep de juiste toon gevonden. In het septembernummer worden de Rolling Stones volgens het bekende teenybopper-recept gepresenteerd, dat wil zeggen foto's van de groepsleden met gegevens over haar, ogen, mond, borstomvang, taille, heupwijdte, leeftijd, houdt van, houdt niet van, oplei- | |
[pagina 187]
| |
ding enzovoort. Over het haar van Brian Jones schrijft het blad nu dat het ‘blond, zijdeachtig’ is en vocalist Mick Jagger blijkt te beschikken over ‘een innemende grijns’ en ‘witte, regelmatige tanden’. En natuurlijk houden ze allemaal van ‘fijne meisjes’.Ga naar eind74 Tijdens hun stormachtige bezoek aan Nederland laten de Stones zich lezend in Muziek Expres fotograferen. Over ‘het dramatische optreden’ in het Kurhaus besluit het blad niet verder uit te weiden. Iedereen heeft er tenslotte over in de kranten kunnen lezen. De krampachtige pogingen tot ‘verbraving’ worden tot in 1965 voortgezet. In het juninummer wordt Mick Jagger omschreven als ‘een gewone jongen’, wie het soms allemaal wel eens te veel wordt: ‘Dan denk ik graag aan mijn oude dag. Ik zie dan een lief klein vrouwtje en een stel kleinkinderen om mij heen.’ Muziek Expres commentarieert: ‘En dat is dan misschien de èchte Mick Jagger en niet de hard zakelijke, mondharmonica spelende Rolling Stone van het toneel.’Ga naar eind75 Overigens zouden Mick Jagger en zijn Rolling Stones een maand later een van de meest agressief-nihilistische nummers uit de geschiedenis van rock ‘n’ roll opnemen: ‘(I can't get no) Satisfaction’. Al in 1964 zijn de Rolling Stones de op één na populairste ‘vocal-group’ onder de Muziek Expres-lezers. In de populariteitspoll staan de Beatles onbetwist bovenaan, die ook de populairste hit op hun naam brengen: ‘A hard day's night’. Als hun favoriete discjockey noemen de ME-lezers Veronica-presentator Willem van Kooten, beter bekend onder zijn radiopseudoniem Joost den Draayer (46,4%). Onder de favoriete radioprogramma's wordt een harde strijd gestreden tussen Vara's ‘Tijd voor Teenagers’ (27,3%) en het Veronica-programma ‘Teenager Muziek Expres’ (de hitparade van ME) met 22,8%. Als derde staat opnieuw een Veronica - programma genoteerd: ‘Joost mag het weten’. De populariteitsverkiezing maakt overigens duidelijk dat in 1964 door de Muziek Expres-lezers op grote schaal naar de piratenzender Veronica geluisterd werd. Zoals boven reeds opgemerkt had in 1962 Radio Veronica al vijf miljoen luisteraars. Ook de tienerprogramma's van illegale - etherpiraat Radio Caroline, sinds maart 1964 in de luchtGa naar eind76 en vanaf december vergezeld van Radio London - en legale buitenlandse stations werden getuige de lijst van populaire radioprogramma's druk beluisterd; natuurlijk het commerciële station Radio Luxemburg, maar ook ‘Pick of the Pops’ van de bbc en het Belgische programma ‘Toppers voor Tieners’, gepresenteerd door de populaire discjockey Guy Mortier, die door menige ME-lezer aan Vara's Dick | |
[pagina 188]
| |
Duster ten voorbeeld wordt gesteld. Dit zuil- en grensoverstijgend luistergedrag illustreert de teenagercultuur. Teenagers in Maastricht, Amsterdam-Noord, Groningen en Vroomshoop, ze luisteren allemaal naar dezelfde jongerenprogramma's en stemmen af op stations die muziek draaien waar ook de tieners in Londen, München, Wenen en St. Louis naar luisteren. Ze kopen allemaal dezelfde kleren, dezelfde platen, gebruiken dezelfde anti-puistjescrème; ze hebben dezelfde problemen en vereren dezelfde helden. Het is duidelijk welke krachten achter deze culturele globalisering schuilgaan: economische groei en als gevolg daarvan ook groei van de bestedingsruimte onder jongeren, media als de (draagbare) transistor-radio, de grammofoonplaat en specifiek voor jongeren gemaakte bladen en programma's, verlenging en uitbreiding van het voortgezet onderwijs waardoor een jonge leisure classGa naar eind77 kon ontstaan. Al deze factoren dragen bij aan wat eerder de horizontalisering van het relatiepatroon onder jongeren is genoemdGa naar eind78. Popmuziek is als democratische kunstvorm zowel uitdrukking van als belangrijk middel tot horizontalisering. De vijf Londense jongens die eind 1962 zich de Rolling Stones noemden, kwamen uit arbeiders- en middenklassemilieus. Mick Jagger, zoon van een sportleraar, volgde colleges aan de London School of Economics, zijn schoolkameraad Keith Richards studeerde aan een tekenacademie. Muzikaal leider Brian Jones had daarentegen met moeite de technische school afgemaakt en basgitarist Bill Wyman had op vijftienjarige leeftijd al de schoolbanken verlaten om instrumentmaker te worden; drummer Charlie Watts ten slotte had, voor hij definitief de muziek in ging, als grafisch tekenaar op een reclamebureau gewerkt. Wat hen ondanks deze verschillende achtergronden verbond, was de liefde voor Amerikaanse rhythm and blues van zwarte artiesten als Muddy Waters en John Lee Hooker en zwarte rock ‘n’ rollers als Chuck Berry en Bo Diddley. Ook de relatie tussen artiesten en teenagerpubliek vertoont zeker in die beginjaren van de popmuziek nog sterk egalitaire trekken. De grote meerderheid van de rockmuzikanten is autodidact en anders dan bij jazz of klassieke muziek gaapt er dus geen diepe kloof tussen het artistiek vermogen van de uitvoerend artiest en het luisterend publiek. De rockster hoeft verhoudingsgewijs weinig te kunnen en gaat niet gebukt onder de loodzware last van muzikale tradities, uitzonderlijk hoge technische eisen en interpretatiestrijd. Het publiek kan zich gemakke- | |
[pagina 189]
| |
lijk identificeren met de artiest, omdat hij of zij uit hun midden afkomstig is of in ieder geval lijkt te zijn. Tijdens een optreden - en dat hadden vooral de Beatles in hun harde Hamburgse tijd geleerd - geldt voor de bandleden maar één eis: ze moeten hun publiek vast kunnen houden. Als een band dat kan is hij goed; kan hij het niet, dan is hij slecht en valt het doek. ‘This is real folk music, developed in the modern idiom. I'm going to hear more of it!’ verklaarde ooit een lid van het Britse House of Lords enthousiast tegenover een journalist, nadat een beatbandje hem een ongevraagde serenade in zijn achtertuin gebracht had.Ga naar eind79 Natuurlijk was het geen echte volksmuziek; de lord die bij een eerdere gelegenheid hel en verdoemenis over de moderne popmuziek had uitgesproken, probeerde zich uit te drukken in een culturele categorie die binnen zijn eigen milieu als aanvaardbaar gold. Volksmuziek had echter zeker in de vroege jaren zestig weinig tot niets meer te maken met ‘het volk’, omdat zij het domein van wetenschappers en culturele puristen was geworden. Maar de lord had in zoverre gelijk dat pop eigentijdse volksmuziek was in de meest letterlijke betekenis van het begrip, zij het verder strekkend, omdat deze nieuwe volksmuziek, anders dan de oude, over sociale barrières, nationale grenzen en oceanen heen waaide. |
|