Baronesse van Eversberg.
Maar dokter Pilpoeder kreeg rheumatiek, de zandweggetjes werden verbeterd, toen nam hij een auto.
Betsie werd verkocht aan Baronesse van Eversberg. Ze had nu een heerenleventje, als je dat tenminste van een paard kunt zeggen. Af en toe ging de Barones uit rijden in een heel mooi rijtuig, en dan liep Betsie er rustig voor te trekken - niet te langzaam, maar ook niet te hard of met schokken, goed gelijkmatig.
's Avonds zette de stalknecht Betsie vlechtjes in de manen, dan had ze overdag krullend haar. Eigenlijk vond Betsie dat wel een beetje flauw, maar aan den anderen kant: het stond mooi. En misschien behoorde het nu wel eenmaal zoo bij het paard van een barones.
's Zondags ging Barones van Eversberg naar de kerk. Ze nam dan haar prachtige ouderwetsche kralentasch met zilveren beugel, haar zakdoek met een beetje eau-de-cologne er op, haar zilveren doosje met pepermuntjes en haar knipje met geld. Dit alles deed ze in de mooie beugeltasch en ook twee klontjes.
Dan nam ze haar kerkboek met gouden slot, en zoo steeg ze in haar rijtuig. Als ze dan bij de kerk was, stapte ze uit, terwijl de