Daghregister. Deel 3. 1659-1662
(1957)–Jan van Riebeeck– Auteursrechtelijk beschermdAugusty anno 1659Ady, primo dito, weer ende wint als gister. Volle maen, den 2 dito, goet weer en de wint als voren, is den Commandeur met voorsz. personen ende de voornaemste vrije lantbouwers, ten fine als eergister, weder uytgeweest ende vooreerst afgespeculeert dat de voornaemste plaetse, wijt ongeveer 500 roeden (daer ons de Hottentoos veel oock de beesten henen weghdrijven) met een schutleuninghGa naar voetnoot5. aff te setten soude wesen om de beesten daervoorGa naar margenoot+ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 110]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
te keeren ende te doen blijven staen, in forma als de leuningen op palen van een beestemerckt in 't VaderlantGa naar eind(a) gemaeckt zijn, neffens 2 wachthuysjens tot bewaringe van deselve schutleuningh, dat voor 't oncostelijckste ende aldaer qualijck op ander maniere doenlijck g'oordeelt wort, vermits 'tselve met geen vaste sloot gegraven nogh borstweer opgeset can worden, omdat het altemalen hele mul ende welsandigeGa naar voetnoot1. gront bevonden is, die altijt calven soude; dogh is daerop nogh geen finale resolutie genomen, maer elck gerecommandeert, ende voornamentlijck de vrije lantbouwers, wat yder nogh beter tot bewaringe van haer beestiael bedencken ende practiseren can, om sulcx den Commandeur ende Raet te communiceren, welcke voornemens was in de nieuwe weecke weder uyt te comen om te speculeren hoe men 't van den CrommenboomGa naar voetnoot2. tegen Compagnies ende achter Brinckmans ende Vasagies landerijen heen voorts besetten soude cunnen, omme alsoo met meerder gerustheyt 't vee te mogen wijt ende sijt laten weyen, dat nu so nabij ende becrompen in den anderen, hoewel met veel volcq, geschiet dat se niet half de cost cunnen crijgen ende daerdoor gansch mager worden ende vele derhalven comen te sterven. Sondagh, den 3 dito, fraey, lieffelijck sonneschijn-weer. 4 ende 5en dito, is den Commandeur, vergeselschapt als Donderdagh ende Saterdagh verleden, ten selven fine 's morgens al met den dagh weder uytgeweest ende gespeculeert dat het van den CrommenboomGa naar voetnoot2. tusschen Harman ende Brinckmans woningen tot aen 't bos van den vrij-houtsager Leendert Cornelisz. van Sevenhuysen (dicht bij de Clooffpas leggende) mede gansch bequaemlijck sal cunnen met een houte schutleuningh, als voorsz., gemaeckt worden datter geen beesten door Hottentoos sullen cunnen werden overgejaegt, veel beter als met slootgraven off eenige retranchementen; op welck een ende ander den Commandeur dan voornemens blijft eerstdaegs met den Raet nader over te delibreren ende resolveren, etc. Ga naar margenoot+ Hedenmorgen was oock thuys gecomen den corporael Elias Giers, ultimo July voorleden uytgesonden achter de Hout- en de Bergh-valeyen heen, tot de dalen ende bergen deser Caep na de Zuyt, om die overal tot 't eynde incluys te doorsnuffelen na de Hottentoos die haer daer verholen houden ende ons met de Caepmans samen oyt ende oyt de meeste schade ende overlast aendoen, welcken corporael rapporteerde dat hij op Sondagh, 's morgens tusschen 9 en 10 uyren verleden, wel 18 uyren gaens van hier (de naeste wegh gerekent) verbij de Bergh-valey ende d' Heer Van Goens-BerghGa naar eind(b) achter verscheyde SchorbergenGa naar eind(c) (aldus sijn de resterende bergen mits haer hoge steylte ende clippigheyt genaempt) bijna op d' alderuytterste uytstekende hoeck van de CaepGa naar eind(d), digt aen de zeecant, even binnen de Noorthoecq van de Baey Fals, offte Zuythoeck van 't Caepse schorberghlantGa naar eind(e), tussen 2 hoge, steyle bergen in een bossienGa naar voetnoot3., 't eerste spoor van Hottentoos ende haerluyder honden hadde vernomen, 'twelcke vervolgende cort daeraen oock haerluyder leger opdeden, | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 111]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
bestaende in 3 matte huysen, daerinne 18 weerbare mannen, behalven omtrent sooveel vrouwen ende kinders, die se hoorden besigh met smeden van hasegaeyen, ende fraey schielijck overvallen souden hebben, indien hunne honden niet hadden beginnen te blaffen - als wanneer deselve achterwaerts gansch naeckt ende verbaest, sonder vellen om 't lijff, uyt haer huysen sprongen, vrou ende kinderen haer in bosjens ende ruygte verborgen, mitsgaders de voorsz. mannen, welcke alle bekenden waren die dagelijcx bij 't fort plachten te verkeeren, tegen d' onse riepen dat se Vismans, alias Watermans, waren, welcke haer met 't nemen van de beesten (soo sij seyden) nooyt gemoeit hadden; dogh waren sijluyden bij d' onse also wel ende veel mael in 't roven van 't beestiael gesien, daer sommigeGa naar voetnoot1. de quetsuyren der hasegaeyen nogh van gevoelden. Echter was den corporael al soo verde met haer in gespreck gecomen dat se haer bij hem souden begeven hebben ende alsoo sonder ongemack fraey in zijn handen gevangen gecomen zijn, indien niet een vuerroer onversiens was losgesprongenGa naar voetnoot2., sooals deselve al op 't aencomen na d' onse toe waren, waerdoor deselve dan weder deysdenGa naar voetnoot3. ende haer met de vlucht trachten te salveren, 'twelck d' onse vernemende, om geen vergeefse tocht te doen, daer als doen vorder op inschoten, crijgende haer principaelsten capiteyn van redelijcken ouderdom (Herry's cammeraet plegende te wesen) gevangen, ende 2 anderen onder de voet, welck eenen, bij d' onse genaempt SiginmanGa naar eind(f), gewesen combuyscnechtGa naar voetnoot4. van den Commandeur, d' onse de bovenste lipGa naar voetnoot5. van medebrachten, alsoock van voorsz. haren capiteyn, genaempt Trosoä, omdat niet met d'onse had willen mede na 't fort gaen ende te moeyelijck was hem over 't geberchte soo verde te dragen, had andersGa naar margenoot+ een fraey portuer geweest om met Herry gepaert in de kettingh te gaen. Den derden was, de dootschoot ontfangen hebbende, van boven 't steyle geberchte heel na beneden gevallen, onmogelijck om bij te comen, ende daerom geen teycken van dien medegebracht. Echter zijn d' onse, op presentatie van eede dat hij dootgeschooten ende bovendien in 't vallen van de steyle clippen voorts wel aen morsselen geraeckt was, oock de premie voor hem gegeven, sijnde samen 60 guldens voor de gemelte 3 personen, hebbende voorts haer voorsz. 3 huysen, al datter in was, neffens omtrent 50 hasegayen, coockers met pijlen, bogen ende vellen gansch ende gaer verscheurt, gebroocken, vernielt ende van boven de steyle, schorre clipbergen aen 't uytterste van de Zuythoeck der Baey Fals in zee gesmeten, sulcx dat de resterende 15 Hottentoos heel moedernaeckt ende gansch ontbloot van wapen<en> zijn gebleven, welcke 15 gasten d' onse op eenige enge passagies beneden sommige steyle, schorre clipbergen sogten te besetten, daer se dan groote steenen soodanigh van boven neder wisten te rollen, dattet door deselveGa naar voetnoot6. (in 't affvallen meerderGa naar voetnoot6. volgende ende breeckende) onmogelijck was te passeren, ende ander passagies over al deselve schorre clipbergen mosten kiesen, hoedanige besettingen d' onse ver- | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 112]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
scheyden malen ontmoeten, dogh costen haer soo nae niet weder comen datter eenige met schietgeweer meer conden begaen, sulcx sij resolveerden met dese uytrechtinge naer 't fort te keeren, als hebbende op d' ander overgebleven 15 Hottentoos niet verders cunnen attacqueren, die soo naeckt ende cael waren gemaeckt dat se niet een velletjen om off aen te doen hadden, 'twelck van haer, behalven de voorsz. 3 verslageneGa naar voetnoot1., een gansch groote schade ende afbreuck is, bysonderlijck dat se al haer hasegaeyen, pijl ende bogen quijt ende hunne huysen vernielt zijn. De drie gebleveneGa naar voetnoot1. sijn, als voorseyt, haren in Herry's plaets gesuccedeerden capiteyn van redelijcken ouderdom, genaempt Trosoä, den gewesen combuyscnecht (bij d' onse Siginman ende bij de Hottentoos genaempt Heybuha) een van de doortrapste gasten, den derden, alsoo van achter dootgeschoten ende van boven de steyle, clippige schorbergen nedergestort is, onbekent gebleven, ende onder de 15 overgebleven waren dese navolgende bekende, seer slimme quantenGa naar voetnoot2. die dagelijcx plachten voor d' een en d' ander hout te halen ende ander diensten te doen omtrent het fort ende oock overal op 't lant bij de vrije lantbouwers, welcke ons doorgaens oock de meeste overlast gedaen ende voornamentlijck onder de principale voorvechters in desen ons aengedaenen oorloge ende roovinge der beesten altijt overal hebben present geweest, te weten bij de Hottentoos genaempt
Ga naar margenoot+ D' ander drie hadden soo na niet derven comen dat se van d' onse costen bekent worden, sijnde dese bovenste soowel van Caepmans als Herry's volcqGa naar voetnoot4., welcke te seggen wisten dat Doman ende eenige andere bekenden (die se noemden) haer in Caepmans leger omtrent de Saldanha-baey onthielden. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 113]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
6 dito, fraey weer met betogen lucht. Wiert de wijngaerd gesneden ende goet deelGa naar voetnoot1. onder de vrije luyden verdeelt, genoegsaem met opdringinge, alsoo maer eenige weynige om tegen hare huysen te setten begeerden, dogh had den Commandeur over de 2 mergen lants op zijn verleden jaer begonnen wijnbergh laten gereet maken om te beplanten, daer der dan wel 10 à 12000 stucx affgesneden stecken liet heenbrengen. Beginnende het nu oock bequame tijt te worden om d' olijff- ende allerley Vaderlantse ende Indische fruytboomen te planten ende griffienGa naar voetnoot2., etc., waervan dit jaer des Compagnies ende ander bogaerden al treffelijck sullen vergrooten ende vermenigvuldigen, voornamentlijck orangie-, appel- ende lemoenboomtjes, wel by duysenden, dogh wort in sulcx meest in Compagnies ende des Commandeurs particuliere bogaerden g'ijvert, houdende d' andre lantbouwers hun meest besigh met granen ende thuynen om de gereetste vruchten ende ten eersten wat voordeel te mogen trecken, plantende derhalven yder voor hun selfs nogh maer heel weynigh boomen. Item oock luttel patattisen, hoe seer hun g'informeert wort van de voortreffelijcke nutbaerheyt dies aertvruchts, waerom den Commandeur sijn gansche lant met deselve rontsom, 2 roeden breet, buyten 't coren ende wijngaert, mede voornemens is teGa naar margenoot+ besetten om op die groente den brant van 't rijpe coren te weren, 't welck men in de drooge tijt seer subject is, vermits de Hottentoos de dorre groente ende 't verdroogde gras overal alsdan gewoon zijn in den brant te steecken, 'twelcke sonder corte, groene ofte cale plaetsen tusschen beyden alsdan qualijck van 't rijpe coren aff te keeren offte te blussen is, welcke noodige saken den vrije luyden bysonder in dese oorlogstijden dan mede overal te ernstiger vermaent is waer te nemen, dat sommige oock al beginnen, verstaende die haer beesten nogh behouden hebben, welcke hun oock weder beginnen te verstouten om te ploegen, dogh op onse expresse aenmaninge ende onder beschut van soldaten haer daertoe bestelt, zijnde d' andre besigh met voortplantinge van thuynvruchten om daeruyt dit saysoen in plaets van ledigh sitten nogh sooveel te halen als mogelijck sij. 7 dito, goet, stil weer als voren wesende, is den Commandeur weder uytgeweest om pertinent aff te meten de distantie tussen de Verserevier bij Jan Reyniersz. woninge ende de zeecant, gespeculeert om ten meer geroerden fineGa naar voetnoot3. met palen aff te schutten, zijnde dan bevonden op zijn cortste 500 roeden Rijnlants, sullende 't ander boven den Crommenboom, hiervoren aengeroert, ten eersten mede afgemeten worden, om dan vorders met te beter fondamentGa naar voetnoot4. ende kennisse van alles op te mogen delibreeren ende besluyten 'tgene ten meesten dienste van d' E. Compagnie tot de verseeckerste bewaringe van 't beestiael met de minste oncosten sal cunnen ofte mogen bevonden worden te vereyschen, etc. 8 dito, lieffelijck weer met stilte als voren. Waren op verscheyde plaetsen boven de | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 114]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
corenlanden achter tegen de Tafel-, Wint- ende Bosbergen weder Hottentoos vernomen, loerende op de beesten, ende evenwel can men de luyden daertoe niet houden dat se met geweer de wegh passeren, waerdoor op dato een vrijmansknecht, ongewapent, bijna van 2 Hottentoos overvallen ware, indien hij deselve niet bijtijts vernomen ende sigh na d'uytleggende ruyters geretireert had, die derhalven daerop tegen 't geberchte opgingen ende wel vernamen eenige plaetsen daer se nogh versGa naar voetnoot1. doende geweest waren met worteltjes tot hun cost te graven, maer hadden hun tusschenwijlen wel soodanigh in speloncken off ruychten verscholen dat se deselve niet vinden costen. Ga naar margenoot+ Is derhalven, doncker avont geworden sijnde, een partije van 10 soldaten op deselve met snaphanen uytgesonden onder den corporael Mathias Benedictus, met ordre om den gantschen nacht overal te soecken ende voor den morgenstont haer te verbergen ende den heelen dagh tot den avont hun verborgen te houden, om te sien of men oock niet eenige van deselve sal cunnen beloeren. 9 dito, 's namiddags regenachtigh weer en de wint noordlijck, quam tegen den avont voorsz. corporael thuys met raport dat niets hadde cunnen vernemen.
‘Saterdagh, den 9en Augusto anno 1659Ga naar eind(g). Langs soo meer ervarende dat dese brutale natie ons jegenwoordigh nogh niet met vreden schijnen te willen laten, schoon deselve nu tot 2 reysen al een tamelijcke nederlage ende afbreucke in haer personen, wapenen ende huysen, soo door den fiscael Gabbema als jongst door den corporael Elias Giers hebben geleden, maer het nogh al dagelijcx daerop aenhouden om d' E. Compagnie en de vrije ingesetenen hun beesten, die se nogh hebben, voorts aff te rooven, om 'twelck haer te beletten, men langs soo meer bevind qualijck middel uyt te vinden sij, als met macht van vele soldaten daerop expres overal buyten in 't velt te houden, tot bysonder grooten last ende onsmakelijcke, excessive costen van d' E. Compagnie, ende waeromme den Commandeur al van over jaren langh gespeculeert heeft op middelen om buyten soodanige groote lasten, met minder volcq, 't vee te mogen bewaren, voornamentlijck nu dese laetste dagen, in 't bijwesen van zijne raetspersonen ende principaelste borgers ende lantbouwers, sulcx dan na vele gedane moeyten bevonden daer de Verse-reviere, Liesbeecq, van Jan Reyniersz. woninge aff tot aen den Crommenboom boven Jan Maertense van Vreelants woninge incluys, van de ruychte gesuyvert zijnde, soo diep ende steyl te wesen dat het onmogelijck is daerover eenigh beestiael te drijven alsGa naar voetnoot2. op 3 à 4 smalle plaetsen, die lichtelijck te diepen zijn, ende dat de Hottentoos dierhalven haer overdriftGa naar voetnoot3. al nemen tussen de zeecant ende voorsz. Jan Reyniersz., ongeveer 500 roeden breet gemeten, mitsgaders oock tusschen voorsz. Crommenboom ende 't bos van den vrij-houtsager Leendert Cornelisz. van Sevenhuysen, na gissinge 11 à 12 hondert roeden distancie, 't welcke met | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 115]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
graven ofte andersints soude moeten geholpenGa naar voetnoot1. worden, welck graven op sommigeGa naar margenoot+ plaetsen door de sandigheyt onstantvastigh geoordeelt wort, alsGa naar voetnoot2. met groote moeyten ende costen van palen ende rijswerck, dat oock seer licht in den brant can gesteecken worden ende andere plaetsen door de clippicheyt ende de meeste gronden hare hardigheyt schier onincomelijck, in voegen sulcx seer langh, swaer ende machtig costelijck werck soude vallen, gelijck oock is het beestiael dagelijcx met sooveel soldaten te moeten bewaren sonder nogh seecker te wesen, vermits de Hottentoos te bysonder slim sijn om daeronder te comen, ende met deselve mits hare raddigheyt dan deur te gaen sonder dat men se can achterhalen alsGa naar voetnoot2. met paerden, die men oock maer 4 passelijck bequaem heeft, ende soovele ruyters daerop dagelijcx te houden mede niet min costelijck voor d' E. Compagnie valt, ende dat nochtans evenwel 't een off 't ander dient aengewent ofte gecontinueert - Soo is eyntlijck na lange overlegginge (dewijle het dogh principael daerop aencomt om 't weghdrijven der beesten te beletten) uytgevonden 't oncostelijckste te sullen wesen, dat men voorsz. distantien, in plaetse van het moeyelijck ende costelijck langhduyrigh graven, sal cunnen afpalen ofte besetten met een schuttingh als de beestemarckten in 't Vaderlant sijn, van palen ende 2 hoge gordingsGa naar voetnoot3. ofte bomenGa naar voetnoot4. 4½ voeten Rijnlants boven de gront ende dick 6 duym in 't cruysGa naar voetnoot4a., om de beesten daertegen te keeren ende dagelijcx langs deselve expresse schouGa naar voetnoot5. en toesicht te laten nemen, ten eynde die schuttingh door de rovende Hottentoos nergens bij nacht ofte ontijden enGa naar voetnoot6. werde aen stuck gehackt ofte gebroocken, dat se oock maer eens (bij nacht) sonder verlies van lijff off leven sullen cunnen doen, als wanneer se dan oock de beesten nogh niet soo juyst gereet hebben om datelijck deur te drijven, die se 's nachts uyt de vaste cralen van goede pallesaden gemaeckt zijnde, niet wel cunnen in stilte, off sonder gewelt ende geraes weghalen, vermits d' een d' ander dan gereet is te secunderen, maer bij daegh weten sij der bysonder raet toe om mede deur te gaen, voornamentlijck als 't doncker, dijsigh ende regenigh weer is, dat d'onse haer schietgeweer niet cunnen gebruycken ofte hun van verre enGa naar voetnoot6. sien aencomen, welcken volgende dan 't een soo wel als 't ander ingenomenGa naar voetnoot7. zijnde, vastgestelt ende g'arresteert blijft de voorsz. schuttinge op de geroerde 2 distantien ten eersten te laten maken, soo om de minste costen, als oock dat het vermits de dagelijcxe toesicht voor 't breecken sal cunnen bewaert worden ende suffisant wesen om de beesten voor te keeren, mitsgaders 't beestiael binnen 'tselve schoone weyden genoegh hebbende, bewaert zijn, alsoo daer geen ander corenlant als dat van d' Compagnie, Stevens, Vredens, Boomtjens ende Jan Reyniersz.Ga naar voetnoot8. samen omtrent 170 mergen wesende maer en sal | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 116]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+ nogh van uytgegeven worden om altijt weyde genoegh voor de beesten binnen deselve schuttingh te houden, volgens oock de wel gevatte opinie ende ordre van Mijnheer Van Goens, aen welcke schuttingh oock, 100 roeden van de rivier Liesbeeck en de Soute-rivier, alsmede op de duynen aen den zeecant goetgevonden is 2 houte wachthuysjens van 12 voeten viercant te hechtenGa naar eind(h), omdat daer de beste uytsicht en de meeste doorloop van de Hottentoos ende Saldanhers sij, als oock tusschen den vrij houtsager Leendert Cornelisz. ende de lantbouwers van Vasagies geselschap besuyden den Crommenboom, alwaer tegenover de CleyheuvelsGa naar eind(i) en de Bosbergen het 3e wachthuys geprojecteert ende goetgevonden is te stellenGa naar eind(j), om onder faveur van die der meeste vrije luyden ende oock Compagnies ploegbeesten te bewaren. Ende om dat werck dan ten eersten in aller ijl te spoediger voortgangh te doen hebben, is goetgevonden de distantie tusschen Jan Reyniersens woninge en de zeecant voorsz. bij Compagnies bosvolcq ende timmerluyden te laten afmaken, alsmede de gemelte 2 wachthuysen, aldaer ten hoogsten nodigh; ende 't ander, namentlijck de grootste verheytGa naar voetnoot1. gemelt, door den vrij houtsager Leendert Cornelisz. voorsz., als hebbende 8 knechts in sijn vrijen dienst ende volgens dien daertoe sterck genoegh van werckluyden wesende, welck werck hem dan aengeboden is aff te maken voor 16 stuyvers yder roeGa naar voetnoot2., 't eynde maet, 't eynde geltGa naar voetnoot3., ende dat het hout door hem in 't bos t' hacken ende vaerdigh te maecken op Compagnies costen door derselver volcq off ander vrije luyden aen te besteden, uyt 't bos gesleept ende ter gedestineerde plaetsen sal gebracht ofte gevoert worden, ende dat dito hout sal moeten wesen van dese navolgende swaerte, namentlijck op yder roe 2 palen, dick 6 duym in 't cruys aen 't dun eynd ende langh 8 voet, mitsgaders 4 voet gebrantGa naar voetnoot4. om 3 voet in de gront geslagen te worden (om te langer te dueren) ende 5 voet daer boven te staen, met boomenGa naar voetnoot5. van insgelijcke dickte ende 13 voeten langte daer boven op geliptGa naar voetnoot6. ende over den anderen gelast, mitsgaders op de helft van dito palen tusschen dito bovenste boom ende de gront nogh een ander boom | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 117]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van idem lengte ende 4 duym dickte in 't cruys, opdatter de beesten alsoo weynigh onder deur als boven over souden cunnen gejaegt ende te beter gestut mogen worden, met dese verdre conditie dat het werck in 3 à 3½ maenden afgemaeckt sijnde, na ende op de royingen he<e>n aff te baeckenen, hij de helft in contant gelt sal genieten ende de rest op affcortinge van sijn schult aen de Compagnie valideren, waermede denselven die dan oock haest glad sal te boven wesen; dogh heeft voorsz. Leendert Cornelisz. hierop een dagh 2 à 3 sijn bedencken genomen, dat hem toegestaen sij. Des oock den Commandeur 't werck voornemens <is> in de nieuwe weeck mede wat nader aff te speculeren.Ga naar margenoot+ Jacob Meynderse van Quanen, soldaet à 9 gl., hier te lande gecomen met 't schip Princesse Royael, den 9 Maert deses jaers, welcke sedert zijn aenwesen alhier als timmerman gebruyckt ende bevonden een goet, neerstigh werckman te wesen, wort bij desen op zijn versoeck ende bequaemheyt als huystimmermanGa naar voetnoot1. geconfirmeert ende toegeleyt van nu aff een belooninge van 16 gl. maendelijcx, mits daervoor gehouden blijvende sijn tijt uyt te dienen. Johannes Diel van GoedensburghGa naar eind(k), adelborst, hier te lande gecomen met 't schip Breda, den 30en October anno 1656, à 10 gl., welcke sedert als metselaer ende naderhant, van Meert verleden, als baes van dienGa naar voetnoot2. gebruyckt is in plaets van den na 't Patria vertrockenen, waerinne dan tot heden contentement gedaen hebbende, wort bij desen op zijn versoeck ende bequaemheyt tot baesmettselaer geconfirmeert ende toegeleyt een beloninge van 16 gl. maendelijcx, heden ingaende ende verbonden blijvende daervoor sijn tijt aen de Caep uyt te dienen. Aldus gedaen ende geresolveert in 't fort de Goede Hope, ten dage ende jare als boven. (Geteyckent:) Jan van Riebeecq Roeloff de Man Abraham Gabbema Pieter Everaerts ende Gijsbert van Campen, secretaris.’
's Avonts, des Commandeurs particuliere boucnechts ende naderhant des Compagnies boomgaerdier, Cornelis Luyten, ende andren van het lant thuyscomende, wisten te seggen datter 5 Hottentoos waren geweest aen 't huys van den lantbouwer Caspar Brinckman, welcke tegen sijn knecht hadden gesprooken ende na zijn meester gevraegt, dogh met denselven (een nieulingh wesende) niet cunnen terecht raecken, alsoo Brinckman in persoon aen 't fort was. Echter had se dito knecht in huys te comen genodigt, schoon hij moederalleen thuys was, dogh hadden de gemelte Hottentoos niet gedorst, welcke onder diesGa naar voetnoot3. vernemende voorsz. Cornelis | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 118]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Luyten met een snaphaen passeren, na denselven toegingen, die daerop siende datGa naar margenoot+ se maer met één hasegaey onder al hun vijven versien waren, sijn geweer nederleyde ende alsoo malcander binnenschoots naderden, mitsgaders in gespreck souden gecomen hebben, indien niet de lantbouwers, Harman Remanjen, ende sijn cammeraet, Jacob Cloeten, uyt hun huys (daer 't dicht bij was) met schietgeweer waren toegecomen, als wanneer deselve Hottentoos hun op de vlucht begaven na 't overgeberchte van Africa. 't Meeste gevoelen is dat dese Hottentoos geen quaet in 't sin hebben gehadt, vermits haer soo bloot begaven ende dat se apparent wel gaerne met ons hadden willen spreecken van pais ende vrede; des om daertoe te bequamer occasie te geven, d' onse alomme vermaent sijn op die sonder geweer comen, niet anders te attenteren als met schijn van vruntschap, om haer alsoo in handen sien te becomen, op belofte van voor deselve al soo wel de premie te betalen, dan of se bij forme van oorloge gevangen genomen waren, dogh soo der meer als een op soodanige maniere gelockt ende aen 't fort gebracht wierden ende om vrede te versoecken quamen, soude voor de rest halve premie betaelt worden. D' Almogende geve dat het na onse beginnende hope ende verlangen haest ten goede uytvalle. Echter sal voorsz. schuttingh even nodigh wesen, alsoo se noyt te vertrouwen sullen sijn, schoon men al vrede met haer quam te treffen, want hoe meer men haer gelegentheyt beneempt, hoe geruster men met haer sal cunnen omgaen ende sijluyden te minder gelegentheyt crijgen om weder beesten te stelen ende wegh te drijven, alsoo dogh de gansche werelt door ervaren wort dat veeltijts gelegentheyt genegentheyt baert, weshalven tot het werck aen Compagnies bosvolcq heden oock ordre is gestelt, navolgens de resolutie heden daerover genomen, en de Compagnies timmerluyden om de 2 daerin gementioneerde wachthuysen in der haest van gebinten en plancken op te stellen. Sondagh, den 10 dito, 's morgens moy, lieffelijck weer. 11 dito, vuyl, nat ende windrigh weer van den N.Westen. 12 dito, 't weer sigh wat beter verthonende met een Z.Z.Oostluchjen, is den Commandeur 's morgens al heel vroegh met den fiscael en de sargeant ten fine als bij de resolutie van verleden Saterdagh gemelt, weder uytgegaen ende bevondenGa naar margenoot+ dat de reviere Liesbeecq van den Crommenboom aff tot aen meergenoemden vrijhoutsagersbos op vele plaetsen langs de cant redelijck dicht met corte, dicke krekelboomenGa naar voetnoot1. bewossenGa naar voetnoot2. is, waerop wat naeuwer speculerende ende de wegh nogh | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 119]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
een mael overgaende ende ter degen toesiende, geoordeelt wiert dattet werck, den vrij houtsager op sijn nader bedencken aengeboden te besteden, wel g'excuseert ende in plaetse van dien dese grootste distantie (bij de 1500 roeden heden met eenen oock afgemeten) sal cunnen afgesloten worden met dicke crekelboomen te brengen tusschen eenige opene plaetsen die hier ende daer maer weynigh openleggen ende waertoe deselve overal dichtbij genoegh omtrentGa naar voetnoot1. sijn ende met Compagnies soldaten daer dogh (moetende alle dagen lopen ende de wacht houden) empassant met hulpe van eenige houthackers cunnen uytgewercktGa naar voetnoot2. worden, welcke sake dan door den Commandeur, des savonts thuysgecomen sijnde, den Raet gecommuniceert ende in bedencken is gegeven, om tegen morgen met te rijper oordeel op te mogen resolveren, etc. Op dato is den gevangen Hottento (Eyckeman genaempt) van sijn quetsuren (in de rencontre met den fiscael op den 19en July passado gecregen) overleden, ende opdat geen Hottentoos van sijn doot souden weten, nogh oock Herry en den andren gevangen Hottento, (welcke daeromme al overlangh van deselve aff gesetGa naar voetnoot3. waren) is 't volcq alomme wel expresselijck verboden, bij ontmoetinge eeniger Hottentoos, sijn doot te divulgeren, maer dat hij na 't Robben-eylant gebracht sij, gelijck dan oock Herry ende den anderen voorsz. wijs gemaeckt ende oock inderdaet alsoo geschiet sij, want met een vaertuygh stillekens derwaerts aen gesonden, onderwegen met swaerteGa naar voetnoot4. overboort geset is, om te min ombragieGa naar voetnoot5. met begravinge te maken, ende andere consideratien meer. 13 dito, 's morgens lieffelijck, stil, sonneschijn-, dogh gansch cout weer, vermits het den verleden nacht vrij gerijpt ende in eenige plasjens ijs gevrosen had.
‘Woensdagh, den 13en Augusty 1659Ga naar eind(l).Ga naar margenoot+ Gister bij nader ondersoeck ende wel naeuw genomen inspectie ondervonden sijnde, dat om het bestiael voor 't wegh- ende verdrijven der Hottentoos te keeren, de reviere Liesbeecq van den Crommenboom aff tot aen den vrij houtsager Leendert Cornelisz.’ bos incluys (ongeveer 1500 roeden distantie) sigh uyt de natuer seer ‘bequaem verthoont, vermits deselve daer meest overal aen de Oost- offte overcant redelijck dicht bewassen is met vrij dicke, stercke, ruyge, getackte crekelbossen ende boomenGa naar voetnoot6. qualijck mogelijck om beesten door te drijven als op eenige open plaetsen die van deselve boomen (daer in abondantie overal meest dichtbij ende omtrent staende) met geringe moeyten ende cleyne costen g'oordeelt worden voorts wel soo dicht sullen te maecken wesen, dat tusschen voorsz. groote distantie geenigh beestiael meer sal cunnen over- ofte deurgejaecht worden - Soo is bij nader deli- | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 120]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
beratie goetgevonden sulcx voor het ander werck (namentlijck de schuttingh aldaer geprojecteert) te prefereren, vermits het, boven de minder oncosten, oock vaerdigh voortgangh sal nemen ende dies alle nodige saken claer te maken omme 'tselve met ongeveer 30 man, soo van Compagnies dienaers als eenige vrije luyden (op daghgelden daertoe te huyren) onder 't gesagh van den sargeant ende een corporael in de toecomende nieuwe weecke al ten eersten aen te vangen, waermede ten minsten een duysent realen van 8en voor d' E. Compagnie sal verspaert worden, dat voorsz. schuttingh, vermits oock het aenvoeren van 't hout (door vrije luyden te doen, omdat d' E. Compagnie jegenwoordigh daertoe onversien van ossen is) ende spijckers, etc., wel rijckelijck soude gecost hebben ende nu meest door de soldaten (daeromtrent dogh op de wacht moetende leggen) sonder extraordinaire costen, met hun geweer bij haer, als empassant sal cunnen afgerecht ende met eenen bij deselve de nodige wachten op onse rovende vijanden aldaer cunnen waergenomen worden. Dogh aengaende de openheytGa naar voetnoot1. van 500 roeden distantie tusschen Jan Reyniersens bouwerij ofte woninge ende de zeecant, daer geen geboomte altoos bij ofte omtrent sijn, maer overal gantsch gulle, losse santgront, is niet wel practicabel bevonden op ander maniere te besluyten als met de geprojecteerde schuttingh in voorige resolutie van Saterdagh verleden gedeclareert, sulcx, die plaets aengaende, daerbij gepersisteert blijft, ende Compagnies bosvolcq van Maendagh verleden oock alGa naar margenoot+ hebben begonnen de nodige houtwercken toeGa naar voetnoot2. te hacken ende mitsgaders de timmerluyden bij 't fort gestelt om de geprojecteerde 3 wachthuysen, van gebinten ende plancken, groot 12 voet in 't viercant, met een houte capjen, in der haest mede vaerdigh te maecken omme, aldaer ten hoogsten nodigh, dan geslooptGa naar voetnoot3. te brengen ende op te slaen, als sijnde de principaelste plaetse daer ons 't beestiael meest ende bequaemelijcxt can ontjaegt worden, welcke openheyt men nu dagelijcx met ruyters ende vele soldaten moet bewaren, emmers soo naeuw als de gemelte 1500 roeden tusschen den Crommenboom ende Leendertsz.’ bos, etc. ‘Ende omme emmers ter degen oock te mogen weten hoe de reviere Liesbeecq tusschen voorsz. twee besluytingen gelegen ende off se overal oock diep ende steyl genoegh sij, is mede goetgevonden, ende oock al datelijck in ordre gestelt, dat de vrije luyden deselve yder, soover sijn lant daer langs heen streckt, ten aldereersten 2 voeten breet op de cant van de ruygte sullen hebben te suyveren; omme te speculeren waer deselve op eenige ondiepten nogh nodigh soude mogen ende moeten geholpenGa naar voetnoot4. worden ende alsoo de besettinge te seeckerder ofte segourder te maken tot versparinge van veele soldaten, nu boven ordinaris moetende tot bewaringh van 't beestiael expres gehouden ende dan na voltoyinge wel sullende mogen g'excuseert worden, hoewel men (menigvuldiger van beestiael wordende) echter | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 121]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
somtijts wel buyten voorsz. besluytinge met Compagnies beestiael sal moeten weyde gaen soecken, maer daer sal dan met al de macht van volck ende ruyters alleen op behoeven gepast, daer men nu alle openheden ende te vele plaetsen te besetten heeft ende nogh qualijck genoegh 't beestiael voor dese brutale, rappe Hottentoos bewaren can. Ende nademael meer aengetogen vrij houtsager, Leendert Cornelisz., 't aengebodene wegen de gemelte schuttingh tot 16 stuyvers yder roe niet heeft willen accepteren, als hem na sijn duncken te weynigh sijnde, ende dat d' E. Compagnie met luttel houthackers ende timmerluyden versien sij, soo is goetgevonden vier van sijn beste bosvolcq ofte houthackers in daghhuer à 10 stuyvers daegs en de vrijeGa naar margenoot+ cost aen te nemen, tot voorsz. hoog nodigh werck t' eenemael sal afgemaeckt wesen, ten eynde het oock te spoediger voortgaen ende ingevolge mette naeste schepen partijen volcq t' onser ontlastinge van hier na Batavia gelargeert mogen worden, etc. Aldus gedaen ende geresolveert, mitsgaders oock gearresteert ende vastgestelt in 't fort de Goede Hope, ten dage en jare als boven.
(Geteyckent:) Jan van Riebeeck R. de Man Abraham Gabbema Pieter Everaerts ende Gijsbert van Campen, secretaris.’
14 dito, 's morgens stil, claer weer als gister, is de sloep na 't Robben-eylant gesonden met navolgend briefken geschreven aen Rijck Overhagen, luydende als te weten:
‘Hiernevens worden U met dit moye weer per de Biscayse sloep toegesonden 2 rammen tot de nogh overigh gebleven 40 oyen. Item een bockjen ende 3 geytjens, omme te sien off die daer beter als hier sullen willen voorttelen, waerbij oock wat porceleyn ende St. Helena's suyringhsaet, dat wij bevinden de verckens lustigh eeten, gelijck oock de malve ofte kaesjensbladerenGa naar voetnoot1., die wij voornemens sijn in sooden uyt te stickenGa naar voetnoot2. ende telckens over te senden per 't Schape-jachjen als het uyt de Saldanha-baey weder hier compt, ten ware deselve daer alreeds in de voor desen overgesonden sooden wiessenGa naar voetnoot3., dat ons laten weten cunt om ons van te mogen dienen; ende laet de sacken ten eersten wederom comen. Wat boomsaet wert U oock gesonden dat Ul. in omgeroerde aerde rontsom van | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 122]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
binnen tegen de muyr van de thuyn aldaer moet sayen, 'twelck in een jaer fraey ende hoogh boven de muer opwassen sal tot te meer beschut van de winden.
In 't fort de Goede Hope, den 14 Augusto anno 1659. Hiermede (Geteyckent:) Jan van Riebeecq.’
Ga naar margenoot+ 's Namiddaegs bracht een van de ruyters tijdinge dat se 3 Hottentoos aen de Zuytsijde boven tegen 't hangen van den Wintbergh hadden vernomen daer deselve, vermits de steylte door de paerden niet te vervolgen wesende, ordre gegeven is den aenstaenden nacht op uyt te gaen ende te sien of se op haer vuyren niet te vinden ende eens te attrapperen wesen sullen. Voorsz. ruyter wist oock te seggen dat soo haest sij de vlagh van de redout Corenhoop ten halven de stock sagen waeyen ende bovendien een cleyn vlaggetjen aen een pieck uytsteecken na de plaetse toe daer voorsz. Hottentoos gesien wierden ('t welck het geordonneerde seyn is) deselve den bergh soo hart opliepen als harten, als wel merckende sulcx harenthalven gedaen wierd. 15 dito, claer weer met redelijck stijve Z.Z.Ooste-winden, ende rapporteerden de gemelte ruyters ('s avonts thuyscomende) dat se voorsz. Hottentoos nergens hadden cunnen opvinden. Heden had een leeuw onder des Commandeurs particuliere ploeghossen geweest ende van deselve 2 te schandeGa naar voetnoot1. gemaeckt dat se voorts geslagt mosten worden, waerop 4 uytleggende soldaten, dit vernemende, de bouknechts van voorsz. Commandeur te hulp comende, met malcanderen na vele moeiten ende roerschoten den leeu eyndelijck nogh ter doot ende om den hals brachten, maer was een van de voorsz. soldaten, genaempt Guilliame de Bunje van Disselgem, van den leeuw besprongen ende onder zijn claeuwen op 't lijff geweest, in den arm gebeten mitsgaders met de claeuwen op de hant ende in den bil gequest, dogh niet swaer, sulcx 'tselve maer vleyswonden wesende, met Godt de voorste, haest weder sal genesen, werdende de premie voor 't dooden van den leeu aen voorsz. luyden (onder haer sevenen sijnde geweest) betaelt, namentlijck den gequetsten 7 ende d' ander 6 elck 3, sijnde t'samen 25 guldens, hoedanigh Mijn Heere Van Goens op 't dooden van een leeuw off tiger gestelt heeftGa naar eind(m). 16 dito, bleef 't nogh al stijff wayen van den S.S.Oosten.
‘Saterdagh, den 16en Augusto anno 1659Ga naar eind(n). Nademael de eerde wallen van 't fort, mits de schuynheyt van deselve, gemackelijck cunnen opgeloopen worden, insonderheyt van dese rappe Hottentoos, etc., ende de stormpalen langen tijt daerin gelegen hebbende oock vele al wat vergaen | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 123]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
sijn, die daeromme gansch licht bij entreprinseGa naar voetnoot1. te breecken souden wesen - SooGa naar margenoot+ is verstaen tot meerder versterckinge van 't fort een stercke staketsel rontsom onder op den barmGa naar voetnoot2. te stellen, van sportenGa naar voetnoot3. 8 voet langh, 4 duym breet ende 2 duym dick, gelijck 't crael voor de beesten gemaeckt is, welcke sporten dan, om dat werck oock al ten eersten te laten voortgangh nemen, den vrij houtsager, Leendert Cornelisz. van Sevenhuysen, sijn aenbesteet tot 3 stuyvers 't stuck, te sagen ende boven scherp te maecken, mits men deselve op Compagnies costen door vrije luyden wagens sal laten thuys halen. Tielman Hendricxs. van Uyttrecht, jongman, out 27 jaren, vrij bouknecht van d' heer Commandeur Jan van Riebeecq, sigh in troubelofte hebbende begeven met Mayken Hendricx van den Bergh, geboortigh van Cooltjensplaet, out 34 jaren, weduwe van Jacob Theunisse van Cooltjensplaet, gewesen vrijborger alhier aen Cabo de Boa Esperance, welcke versockende omme met den anderen in den H. echten staet wettelijck te mogen werden bevesticht, mitsgaders tot dien eynde te vergunnen dat haer eerste gebot morgen na 't sermoen mochte afgecundigt werden, soo is bij den Ract (niet anders hebbende cunnen vernemen als dat beyde liber ende vrije personen waren, welcke met niemant ter werelt, volgens haerluyder eygen verclaringe onder presentatie van eede, ytwes dienaengaende uytstaende hadden) goetgevonden dese luyden haer billick versoeck te consenteren, mitsgaders ten dien fine op morgen na 't eyndigen des Christelijcken sermoens haer eerste afcundinge te laten doen, ende alsoo vervolgens alle Sondagen tot de derde incluys, omme alsdan, na de laetste afroepinge, door den secretaris van onsen Raet (alsoo geen predicant hebben) de solemnisatie voor alle den volcke (in openen raetcamer) wettelijck te laten geschieden ende met de trou publyck voort te varen. Aldus gedaen ende geresolveert in 't fort de Goede Hope, datum ut supra. (Geteyckent:) Jan van Riebeeck Roeloff de Man Abraham Gabbema Pieter Everard ende Gijsbert van Campen, secretaris.’
Sondagh, den 17en dito, 's morgens nogh al continuele stijve, schrale Z.Z.Oostewinden.Ga naar margenoot+ Nieuwe maen, den 18 dito, 's morgens stil, bequaem, helder sonneschijnweer, openbaerden sigh, beneffens eenige halstarrige onwilligheyt, dat de Gunese slaven voornemens waren ende besloten hadden gesamender<hand> wegh te loopen ende hun bij de Hottentoos te begeven. Des deselve alle, namentlijck de manspersoonen ten | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 124]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
eersten, weder wierden in de kettingh gecloncken, omme d' E. Compagnie voor die schade te verhoeden, want oock deselve (gansch fors ende stout volcq wesende) met onse vianden aenspannende, meer schade ende quaet soude cunnen doen als hondert mael sooveel Hottentoos, boven dat se die oock in saken van oorloge te veel leeren ende onderwijsen souden, vermits den Europisen oorlog in Gunea sommige wel bij geweest zijn. Soo hadden sigh mede eenige soldaten, hedenmorgen uytgesonden, onwilligh aengestelt om de palen uyt 't bos te slepen, die bij 't bosvolcq voorleden weecke gehackt ende claer gemaeckt waren tot de g'ordonneerde schuttingh, om 't overdrijven der beesten voor te keeren, etc.; des den fiscael derwaerts gesonden sijnde ende die alsoo weynigh als de corporaels hebbende willen gehoorsamen, deselve bij den Commandeur sijn ontboden, mede uytgegaen wesende met voorsz. fiscael ende sargeant na 't uytterste frontier, al bij den vrij houtsagers bos, om aff te speculeren ende ordre <te stellen> hoe ende van waer men de geordonneerde schuttingh soude beginnen, etc. Onder welcke voorsz. soldaten (19 sterck) aldaer bij den Commandeur gecomen sijnde, den roervinck uytgevonden, gevleugeltGa naar voetnoot1. na 't fort gebracht ende onder de rest weder goede ordre gestelt is ende aldaer met den sargeant ende een corporael gelaten, om het afgesiene werck met alle naerstigheyt af te vaerdigenGa naar voetnoot2., etc. Den Commandeur, 's avonts thuyscomende, bevond de Biscayse sloep van 't Robben-eylant geretourneert met navolgend brieffken, luydende als te weten:
‘E.Heer, De sloep door UE. ordre hier aengecomen, is mij alles wel behandigt: 2 rammen,Ga naar margenoot+ 2 bocken, 2 geyten en de saden. Sal deselve op de beste plaetsen saeyen, alsoock mede dat boomsaet in den thuyn aen de muer. Het getal van de schapen is nogh 35. Soo het hem laet aensien, sal het heel wel gaen met de verckens. Gaet wat van de groenteGa naar voetnoot3. mede, die ick self gesien heb dat se nu eten, en daer nu ander groente genoegh is; soo sij dat in de droge mousson willen eeten (want het altijt groen is) soude dan cost genoegh sijn voor een à 2000 verckens, alsoo het eylant daer vol van staet. Hiernevens gaet oock een van de laest gesonden zooden; can UE. selff sien hoe se groeyen. Doordien de chaloup hier zoo lange heeft verwaeytGa naar voetnoot4. gelegen, heeft het volcq om wat eyren loopen soecken, doordien haer cost op was, en ick heb haer oock soo lange rijs gegeven; hebben mij onder anderen een slange gebracht; geopent zijnde, heb daerin bevonden een van de conijnen die ick laast mede nam. Versoeck als 't UE. gelieft om 2 andre slaven, vermits dese die hier sijn, geerne aen de Caep waren en ick daer geen werck van crijgen can, al slae ick se doot. Hierneffens gaen 20 reygerseyeren ende wat van de Hottentoos' aertaeckersGa naar voetnoot5.. | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 125]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Onderstont: Blijve UE. dienstverplichte dienaer ende onderdaen. Ende was geteyckent: Den 18 Augusty Rijck Overhagen.’ ‘Dingsdagh, den 19en Augusty 1659Ga naar eind(o). Alsoo sigh eenige op gisteren wat onwilligh hadden aengestelt om de houtwercken uyt het bos te slepen, geordonneert tot schut ende afweringe onser jegenwoordige vianden, soo is goetgevonden, omme soodanige verder inobedientie voor te comen, te promulgeren ende den fiscael (nae den sergeant gesonden werdende om de nodige wercken aldaer sijn voortgang te meer te doen nemen) oock mede te geven ende aldaer insgelijcx te pronuncheren ende affigeren dit navolgende:
Extract uyt den generalen articulbrieff. Articul CVIII. Alle crijgsofficieren ende soldaten, alsoock des noot zijnde alle andere, in den dienst van de Compagnie wesende (gene uytgesondert) sullen gehouden wesen soo wel tot haer verseeckeringe ende diffentie, als tot den dienst van de HoogMogende Heeren Staten-Generael ende de Compagnie, ter ordonnantie van den Gouverneur-Generael ende Raden van India alsoock van alle andere over haer gestelde overheden ende bevelhebberen te arbeyden aen het maecken ende repareren van forten, baterijen ende loopschansen ofte andere wercken,Ga naar margenoot+ sonder daervoor meer dan den vrijen kost gedurende den tijt van 't arbeyden boven haer bedongen gagie te genieten.’
‘Des nademael eenige sigh op gister tegen dit articul hebben begost te opposeren ende alsoo haren schuldigen dienst aen d' E. Compagnie te weygeren - Soo is bij den Commandeur ende Raet goetgevonden hetselve articul dienselven volcke ende oock allen anderen in 't openbaer te publiceren ende affigerenGa naar eind(p), met wel expresse last ende bevel, dat sigh yder daerna come te reguleren op pene van gestraft te worden als men soodanige ongehoorsame gasten gewoon is te doen, namentlijck die haer laten verleyden: met verjagingh uyt de militie, ende den oprockenaers aen lijve ende leven, na exigentie van saecken. Aldus gedaen ende gepubliceert in 't fort de Goede Hope, ende oock daer buyten overal bij 't werckvolcq, desen 19en Augusto, anno 1659, mitsgaders ten selven dage geteyckent: Jan van Riebeeck Roeloff de Man Abraham Gabbema den sergeant absent bij 't werckvolcq in 't lant ende Gijsbert van Campen, secretaris.’ | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 126]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
't Was desen morgen nogh al stijff, windrigh weer van den Z.Z.Oosten tot 's middags, als wanneer 't stil wiert, comende tegen den avont den fiscael thuys, met raport dat het werck aen de schutweringh onder opsichte van de sergeant wel gemaeckt wiert ende fraey voortgingh, mitsgaders d' op gister geopposeerde, dewijl den roervincq na 't fort gebracht was, hun oock vroed ende wel met goede naerstigheyt aenstelden. 20 dito, ordinaris biddagh, wat dijsigh weer ende begon tegen den nacht stijff te wayen van den Z.Z.Oosten met droogte. 21 dito, 's morgens nogh aenhoudende tot 's avonts, wierd ende bleef den 22 dito, fraey, stil weer, als wanneer den Commandeur 's morgens vroegh uytgingh om 't werck overal eens op te nemen ende besichtigen, bevindende de pegapegaGa naar voetnoot1.Ga naar margenoot+ tot een schutweringe van Leenderts bos begonnen al omtrent 600 roeden gevordert. Item oock Compagnies ploegh nogh al gaende ende de vrije luyden alomme meest besigh met thuynen, vermits de corensaeytijt oock al heel op 't laest is ende ons met 'tgene gesaeyt sij voor dit troubel jaer sullen moeten gedoenGa naar voetnoot2.. D' Almogende beware den aenstaenden oogst maer voor brantstigtinge der Hottentoos, soude dan nogh wel meer coren mogen incomen als anno voorleden, vermits 't gewas sigh meest overal fraey verthoont. Heden waren het paer Gunese slaven van Herman Remanjen weder gecregen beneden uyt de bos-revierGa naar voetnoot3. die uyt Compagnies bos afloopt, daer het rendevous een fraey huysGa naar voetnoot4. ende oock al gelegentheyt was gestelt voor de rest van al des Compagnies ende al der vrije luyden slaven om te volgen, dogh is Gode loff verleden Maendagh bijtijts voorgecomen ende deselve alle weder in de kettingh gecloncken, dogh desen, omdat sijn maet wedergehaelt heeft, gelargeert gelaten ende gestelt als gardiaen over sijn lantsluyden ofte Compagnies Gunese slaven, gelijck hij mede is. 23 dito, 's morgens regenachtigh. Sondagh, den 24 dito, betrocken weer. 25 dito, is 't geraempte van 't eene wachthuys door 4 vrije luyden wagens 's morgens al vroegh op sijn plaets gebracht ende aldaer (door den Commandeur eerst afgebakent) bij de timmerluyden begonnen op te rechten, voorts in der haest met plancken af te maecken, sijnde gekomen op 12 voeten viercant, 8 voet hoogh ende 3 voet overstekende borstweer, mitsgaders genaempt den Uytkijck, alsoo op een | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 127]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
hogen duyne aen de zeecant wort gestelt om de passagie tusschen d' Soute-reviere achter 't strant omlopende te besluytenGa naar voetnoot1. ende beletten het verbijdrijven onser beesten door de rovende Hottentoos, etc., staende morgen off overmorgen oock de metselaers te vallen aen 't ander wachthuys van even groote buytenwercxGa naar voetnoot2., van steen te maken omdatter niet hout genoegh tot gebinten, etc., bij de wercke sijn, ende mede te eerder mochte vaerdigh ende in postuyre van diffentie geraeckten, hoedanigh vaerdigh boven den nogh mogelijck op gangh blijvenden bou ende thuynen oock het werck aen de schutweringh overal gevordert ende niet minGa naar voetnoot3. nau op de wachten van 't beestiael, etc., gepast wort, sulcx naulijcx iemant bij <'t>fort sij om 'tselve tegen eenigen aenval te bewaren, dogh is daervoor wegen dese natie nogh geenGa naar margenoot+ sonderlinge vreese. 26 ende 27, idem, fraey, lieffelijck weer, sijn de metselaers ten fine voorsz. aen 't ander wachthuys gestelt, waertoe de steen al meest bij der hant gebracht ende de houtwercken tot het dack ende balckjes al bijna gereet gemaeckt leggen tusschen de voorsz. Soute-reviere ende de verse reviere Liesbeecq op een hoogh bewossenGa naar voetnoot4. duynigh heuveltjen recht in 't midden van der Hottentoos passagie ofte deurdrift, sijnde ('t fondament gelecht wesende) genaempt Keert de Koe, leggende van 't wachthuys Kijckuyt stijff 340 roeden ende lopende de Soute-reviere tusschen beyden heen.
Woonsdagh, den 27en Augusty anno 1659Ga naar eind(q) ‘Nademael den vrij meulenaer Wouter Cornelisz. Mostert van Utrecht aengevangen heeft te maken een nieuwe watermeulen, vermits de rosmeulen (uyt 't Vaderlant gecomen ende onder een bequaem huys met zijn toebehooren al van overlangh opgesteltGa naar eind(r)) door 't ontroven van Compagnies ende meest al der vrije luyden treckossen niet can op de gangh gebracht worden, item oock dat men volcomen preuve heeft, de ossen al genoegh hebbende, hun gansch qualijck in dito rosmeulen willen schicken, boven dat men mede merckt daeraen alle jaren veele ossen staen affgedreven te worden, waermede men in de plaetse veel ende nodiger werck soude cunnen doen aen den corenbou, etc.; Ende gesien voorsz. vrij meulenaer met zijn begonnen werck niet veel voortgangh can maecken ende dat, vermits het laest gelicht hart broot uytte schepen, neffens oock den rijs en grutte, gansch op 't eynde loopt, de meulen nootsakelijck aen de gangh gebracht sal moeten werden om voortaen broot te mogen backen van 't coren jegenwoordigh uyt 't Caepse gewas, Gode loff, wel voor omtrent 6 maenden tot den ganschen omslagh alhier op solders leggende; Soo is op 't hoogste nodigh geacht ende goetgevonden, den voorsz. vrij meulenaer op sijn ernstigh versoeck in 't vorderen der voorsz. watermeulen (van redelijck succes dogh anders van trage voortgangh sigh latende aensien) te assisteren ende de | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 128]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
hant te bieden, ten eynde d' E. Compagnie en de vrije borgeren daervan te eerderGa naar margenoot+ haer nodigh gerieff mochten genieten, dogh onder dese conditie dat ingevalle hem de meulen te duer valt, d' E. Compagnie deselve alsdan aen haer behouden, ende sijn tot nu gedane werck, sooveel te stade can comen, behoorlijck taxeren ende vergoeden sal. Ende nademael dan, gelijck voorsz., de potspijseGa naar voetnoot1. t' eenemael begint op te raecken, sulcx men langer geen lepelcost 1 voor de luyden sal cunnen laten schaffen, gelijck men scheepGa naar voetnoot2. doet ende tot nogh in sulcker vougen voor 't gemene volcq hier in gebruyck is geweest, vermits men uyt de aencomende schepen mede langer geen gort can lichten omdat se daervan doorgaens niet te overvloedigh tot hunne vordere te doene reysen na India geproviandeert bevonden worden; Soo is tot nader ordre onser Heeren Majores (daer oock over geschreven sijGa naar eind(s)) goetgevonden des Compagnies dienaers voortaen altemalen van den eersten der aencomende maent September aff, na de maniere van India, costgelden uyt te reycken, exepto die in 't siekenhuys leggen, daer altijt apart, na ouder gewoonte, voor geschaft sal worden ten eynde deselve haer behoorlijcke deeghGa naar voetnoot3. blijven genieten, ende tot voorsz. costgelden wijders bij te voegen, in plaetse van 40 lb. rijs ter maent, 30 lb. hart off 40 lb. vers gebacken broot, na gelegentheyt des tijts, sijnde elck persoon 1⅓ lb. daegs ofte 9⅔ lb. vers broot 's weecksGa naar voetnoot4., conform de reecqueninge daervan maentelijcx in de negotie- ende soldieboeckenGa naar voetnoot5. te doen houden ende na te sien, maer de soldaten die, gelijck jegenwoordigh aen de pega-pega tot de schutweringe off aen eenige wercken anders gestelt worden, sal men soo langh sulcx duert, alsoo daer weynigh te coop sij, met 1½ broot ende ½ lb. speck daegs sonder costgelt versien, mitsgaders dewijl soowel de werckluyden als de soldaten oock des nachts moeten waecken ende de soldaten beneffens haer tocht ende wachtenGa naar voetnoot6. alhier mede wercken, soo sal tot nader ordre, als voorsz., oock de costgelden onder deselve eguael verstreckt worden, mistgaders daertegen weder gecontinueert 's morgens ½ mutsjen brandewijn aen ydereen te geven uytgenomen die wachtvrij zijn, vermits de nachten hier cout vallen ende den volckeGa naar voetnoot7. te min genegen mogen sijn hare costgelden in de herbergen te verquisten, sijnde oock goetgevonden tot meerder gerieff van deselve eenige statsborgers, omtrent 't fort wonende, te previliserenGa naar voetnoot8. allerley winckel- ende vettewarijGa naar voetnoot9. te vercoopen, mits die halende voor contant uyt Compagnies magasijn, 'tgeen daer te crijgen sij, waeruyt beneffens de schone Caepse visserijen, etc., melck ende boter, mitsgaders de abon- | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 129]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
dante moescruyden, aert- ende tuynvruchten, toespijs alhier genoegh te becomen wesen sal, ende opdat d' een ende d' ander soude mogen bestaen ende niemant met yets en monopolisere, is verstaen op de volgende waren de onderstaende prijsen teGa naar margenoot+ stellen, namentlijck:
Alsoo om des gemenen mans beste verstaen wort niemant voortaen sigh sal vervorderen daervoor iets ter werelt meer te nemen, als ondervonden sijnde de melckboeren daermede cunnen bestaen. Hoender- ende eende-eyeren ten duersten een om 1 stuyverGa naar voetnoot5., gansen- en kievitseyeren na discretie, peguyns-ditos, ten duersten 5 stucx voor 2 stuyvers, meeuwen-, duyckers- en diergelijcke eyeren 10 off 12 ten minsten om 2 stuyvers,
meloenen, water-meloenen (rijp ende ten minste 1 lb. yder swaer wesende) ½ stuyver | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 130]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
't lb. soo se d' E. Compagnie voor de schepen tot verversingh (noodigh hebbende) oock aennemen sal, gesloten coolen, 2 à 3 stuyvers, na se groot sijn, 't stuck, geel, wit ende roode wortelen, 2 à 3 stuyvers de bos van 25 stucx volwassen, rapen, de bos van 25 stucx ydem, na se groot sijn. witte turcxe en heereboonen, ten duersten 2½ stuyver 't lb. ofte pint; bij de groote maet, 2 realen 't schepel. Alle andere aertvruchten, fijne ofte grove moescruyden, salade, loocq, ajuyn, etc. l'advenantGa naar voetnoot1.. Ga naar margenoot+ 't Gevogelte als voor dato beraempt, namentlijck:
hoenders, fasanten, pardrijsenGa naar voetnoot3., quartels, snippen, etc. na discretie.
Met wel expresse waerschouwinge ende interdictie, als vooren van de booter ende melck gesegt, dat niemant iets meer voor de aengeroerde leeftochten sal vermogen te nemen, 'tsij van 't volcq der aencomende schepen ofte deses guarnisoens ende Nederlantsche inwoonders, op verbeurte van het duerder vercochte ende 3 mael de waerde bovendien in gelde, ten laste van den vercooper ende ⅓ van de waren voor den aenbrenger, opdat de luyden op hare cost-, off rantsoengelden alhier soude cunnen leven, ende insonderheyt de booter niet meer soodanigh na de comste van de schepen om de meeste prijs opgehouden ende gegadert wert als voor desen tot groot ongerieff van de ingesetenen alhier wel geschiet sij, daer den fiscus amptshalven dan lastGa naar voetnoot4. van heeft naeu reguart op te nemen ende doen nemen, sonder conniventie van saken off aensien van persoonen. Ende opdat emmers de verckens in te meer abondantie mochten worden voortgeset, is verstaen dat elck borger, hier omtrent 't fort wonende, vooreerst ten minsten sal moeten aenhouden 7 stucx verckens, namentlijck 6 seugen met 1 beer, ende de rest mogen vercoopen ten prijse als boven, daer ende aen wien 't hun belieft, verstaende wanneer elcken statsborger hier met voorsz. aental sal versien wesen, ten welcken fine yder sooveel lant tot wortelen en ander tuynvruchten sal in eygendom gegeven worden als hij nodigh begeert, exepto die eygen lant buyten hebben, om de lantbouwers niet van hun corenbou te diverteren, als sijnde daeraen 't meeste gelegen om geen broot- ende ander corengebreck te hebben. Soo is oock om nootsakelijcke reden verstaen dat de statsborgers hier bij 't fort, boven de gemelte verckens, sullen vermogen te houden Hollantsche schapen, dogh | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 131]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
van deselve geene slachten nogh aen buytenluyden vercoopen als die over de 50 stucx (daeronder 2 rammen tot den voorteelt) sullen hebben aengewonnen, ende dan nogh niet anders als rammen ende hamels, sullende de oyen onder de statsborgers den anderen mogen tot verdragelijcke prijse overgesetGa naar voetnoot1. worden, ten eyndeGa naar margenoot+ elck boven voorsz. aental in dito schapen comende te geraecken, 't volck der aencomende Compagnies schepen daerbij te beter verversinge genieten mogen, 'twelck den lantborgers niet min toegelaten sij, beneffens ende onder hunne Caepse schapen, gelijck mede ydereen toegelaten sij te vercoopen alle waren bij Compagnies magasijn te crijgen, exepto lantbouwers, herrebergiers ende tappers, welcke daervan g'excludeert blijven, vermits hare groote slijtagie, opdat de neringhluyden daerdoor te beter behouden blijven ende hare profijtjens oock uyttrecken mogen, maer aengaende de Caepse boter, melck, eyeren, hoenders, gansen, eende ende alle andere gevogelte, vis, vruchten ende wes meer op 't lant, in de wateren en de lucht te crijgen ende aen te focken is, staet ydereen vrij te vercoopen, uytgesondert coren ende beestiael, dat d' E. Compagnie alleen sal negotieren na haer goetduncken - dit alles op approbatie ende nader goetvinden onser Heeren Majores ende Hoge Overigheyt van India. Aldus gedaen en geresolveert in 't fort de Goede Hope, ten dage en jare als boven.
(Geteyckent:) Jan van Riebeecq Roeloff de Man Abraham Gabbema Pieter Everard ende Gijsbert van Campen.’
28 dito, 't luchjen westelijck, was verleden nacht 't vrijmansvaertuygh, de Peguyn, van 't Dassen-eylant gecomen met partije eyeren, vogels ende vis. Ende retourneerden 's avonts mede uyt de Saldanha-baey haerluyder ander vaertuygh, de Zeeleeuw, vol ingesoute robbevleys voor de slaven. Mitsgaders oock Compagnies opgeboeit vaertuygh, genaempt 't Schape-jachjen, insgelijcx geladen met 9 vaten vol dito vleys empassant van voorsz. Saldanha-vaerders in de gemelte baey ingenomen dewijle d' onse daer lagen, ende den lantmeter, Pieter Potter, besigh is geweest de baey, etc. aff te meten, diepen en op 't papier te stellen om in een behoorlijcke caerte te brengen, dat alles conform sijn gegeven ordre van den 29 July passado uytgewerckt ende volbracht heeft, hebbende daer 2 mael Hottentoos vernomen, eens 7 ende eensGa naar voetnoot2. 19 stucx, welcke met der vrije luyden vaertuyghen op 't Schapen-eylant geweest, den anderen over ende weer wel bejegent hebben, maer geen beestiael becomen, alsoo strantluyden waren die haer met vis generen, bij d' onse wel bekent ende na | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 132]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Ga naar margenoot+ hun seggen van de Caepmans roverije wel gehoort, maer sijluyden daer noyt mede gemoeit hadden, wetende te seggen dat seGa naar voetnoot1. hun jegenwoordigh onthielden tusschen voorsz. baey ende dese Caep. 29 en 30 dito, lieffelijck, droogh weer. Is sedert verleden Sondagh een soldaet gemist, genaempt Louys Labé, welcke 's morgens vroegh met consent van den sargeant uytgegaen was, om langs de strant van de duynen en de staert van den Leeuwenbergh wat clipvis te vangen, sulcx van ydereen veel geschiet, welcke oock door den vrij-meulenaer Wouter Cornelisz. Mostert ende den vrij-cleermaker Elbert Dirckse daer gesien is geweest, dogh sedert niet meer vernomen, hoe seer daerna tot heden gesocht is geworden, sulcx gepresumeert wort van de clippen sal afgeslibbert ende alsoo verongeluckt off door eenigh wilt gediert omgebracht wesenGa naar eind(t), dewijl men daer omtrent geen Hottentoos verneempt. Sondagh, den laetsten dito, fraey weer ende wint als vooren. |
|