| |
| |
| |
Kurhaus-bal.
Eén oogenblik genoot Olga de weelde van volkomen vrouwen- en moedertrots, toen de Russische dame, naast wie zij elken avond in de fauteuils d'orchestre zat, om naar het Lamoureux-orkest te luisteren, en met wie zij daardoor kennis had gemaakt, uitriep in werkelijke verbazing, beurtelings kijkende van haar beide meisjes naar háár:
- Vos filles? Ce sont vos filles? Ik zou er een pari om aangaan, dat u haar zuster waart!
Olga lachte, een klein lachje van gevleidheid en triomf. O, het was haar al zoo dikwijls gebeurd, dat men haar hetzelfde zeide, en niet als compliment, maar werkelijk gemeend. Zij, met haar vierendertig jaren, kon gemakkelijk doorgaan voor vierentwintig, en zoo de oudere zuster lijken van haar dochters, tweelingen, beiden zestien jaar. Maar nooit had de onverholen constateering van haar jeugd, haar zoo verrukt als thans, nu... nu...
Op haar zeventiende jaar getrouwd, op haar twintigste weduwe geworden, had zij een wel rustig, maar ook vreugdeloos leven geleid in haar eenzaamheid. Zij had gemeend, dat zij haar meisjes een zorgvuldige opvoeding geven moest en zoo had zij | |
| |
zich geheel uit het wereldsche leven terug-getrokken, om zich uitsluitend aan hen te wijden. Eerst in dit laatste jaar, nu de meisjes op kostschool waren, had zij zich vrij gevoeld, om ook eens voor zichzelve te leven; zij was gaan reizen, en op een van die reizen, het was in Nice geweest...
Daar had zij hèm ontmoet, hem, die nu niet meer uit haar gedachten was, die haar geheele bestaan beheerschte. Die haar dadelijk met een hartstochtelijke toewijding het hof had gemaakt, wat zij niet had durven aanmoedigen, omdat zij... ouder was dan hij, misschien wel acht of negen jaren... Zij had het hem nooit gezegd, nooit durven zeggen... maar toen hij op het punt scheen te spreken, en zich aan haar te declareeren, had zij hem tactvol het zwijgen opgelegd, en hem gevraagd, nu heen te gaan, maar haar in den volgenden winter op te zoeken, waar zij verblijf hield: in Den Haag. Als hij dan kwam, na haar een half jaar niet te hebben gezien, terwijl zij hem geen gelegenheid had gegeven, om het beslissende woord uit te spreken, zoodat hij dus nog vrij was, volkomen vrij, - als hij dán kwam, bewees hij daarmede, dat zijn liefde sterk genoeg was, om een schok te kunnen doorstaan, - en zou zij hem dus haar leeftijd durven bekennen.
Zij correspondeerden niet samen, - zij hoorden nooit iets van elkaar, - en toch was zij er bijna zeker van, dat hij zou komen. En dit besef maakte haar van een stralende vroolijkheid, het geluk vermooide haar nog, en gaf haar iets zoo onweerstaanbaar bekoorlijks, dat al wie haar naderde daarvan onder den indruk kwam. En haar beide meisjes, Ada en | |
| |
Lottie, hadden een heerlijke vacantie: eerst had Mama hun toegestaan een poosje bij een vriendinnetje in Lausanne te gaan logeeren, - dat was al iets buitengewoons, - maar thans logeerden zij met Mama op het Kurhaus te Scheveningen, en nu vanavond was er bal, groot bal, en zij hadden méé mogen gaan!
De beide meisjes, even groot, even blond, even allerliefst, stonden naast elkaar, en waren een lust voor de oogen, in hun fijne, Parijsche Drécoll-toiletjes van witte liberty, oversluierd met watergroene tulle, en met een volant, een guimpe, en mouwen van Mechelsche kant. En Olga daarnaast, ook slank en blond, in een robe van parelkleurig satijn, met een tuniek, geheel met bloemen geborduurd in parelmoerblauw en zilver, voltooide het bevalligste groepje in de geheele zaal.
Een wiegende, deinende wals-melodie doorklonk de hooge ruimte, tot in het koepelende dak. Over de galerijen bewoog zich een bontkleurige menigte, die met gretige aandacht volgde, het boeiend tooneel van het bal. En in de zaal, over den gladsteenen vloer, dansten de paren in rhythmischen cadans, en vormden een bewegelijk bouquet der fraaiste en zeldzaamste bloemen.
Ook Ada en Lottie walsten. Dadelijk waren een paar kennissen hen weg komen halen, en met teederen blik volgde Olga de twee vlugge figuurtjes, die, in hun licht-tintige kleedjes, telkens weer zichtbaar werden voor haar zoekende oogen. Zij had zich naast de Russische dame neergezet:
- Danst ú niet? vroeg deze.
- Ik kijk liever toe, glimlachte Olga. Zij voelde | |
| |
zich nu zoo volkomen tevreden en rustig; een aangename loomheid had haar bevangen, en zij wilde die liever niet door beweging verstoren. Zij wenschte op het moment niets anders dan dit: haar beide meisjes te zien, haar mooie, gelukkige blondjes, en zelve geheel vervuld te zijn van een stille, heimelijke vreugde...
- Hoe goed, dat er nadrukkelijk groot toilet is voorgeschreven...
- Ja... zeker... zei Olga.
- Dat moet toch zoo, op 'n bal van een der eerste gelegenheden der badplaats... Vroeger was dat niet zoo, en zag men natuurlijk niet anders dan toilette de ville. Ik kom hier al jaren en jaren... maar ik kan met vreugde constateeren, dat Scheveningen al meer en meer mondain wordt. Met de hôtels... 't cabaret... de kleeding, 't vaste circus... enfin, met alles. Ik ben hier geweest, toen er voor de eerste maal 'n bal champêtre werd gegeven op het terras. Dat was 'n événement. Heel den Haag was toegestroomd, om dat te zien. Ik heb 't Palace zien bouwen. Dat was ook al weer 'n gebeurtenis. En nu spreken ze ervan, om, inplaats van 't Paviljoen van Wied, 'n reuzenhôtel daar te stichten, met 'n eigen casino en badgelegenheid, en al zoo wat meer. Ja, Scheveningen gaat vooruit, heel erg vooruit. Vroeger jaren was 't 'n aardig zeebadplaatsje, maar niet veel meer, dan wat nu bijvoorbeeld Norderney is. Hebt u wel 's plaatjes van 't oude Scheveningen gezien? van 't oude Kurhaus, dat in 1888 is afgebrand? Ach, wat was dat alles rustiek! Toilet werd er niet gemaakt. En nu? Zelfs in zee zie je de beeldigste costuums, van surah, zijde, taffetas; de sier- | |
| |
lijkste mutsen en hoeden, de aardigste espadrilles, met lange gekruiste linten over het been... vroeger een gestreept tricot of een pakje van blauwe serge, en een badmantel van handdoeken-goed... Wil u wel gelooven, dat ik m'n badmantel van tegenwoordig wel haast als avondmantel gebruiken kan? Die is van heliotrope moltonné, met kant, en zijden kwasten...
Beleefdheidshalve stemde Olga in met het lachen der welbespraakte Russische dame, maar zij luisterde nauwelijks naar wat deze zeide, ver, ver-weg was zij met haar gedachten...
- Beeldige... bekoorlijke costuums... zie... ziet u eens daar, hoe origineel! Zalmkleurig satijn, gevoileerd met crème mousseline de soie, en een ceintuur van marineblauwe zijde... En kijk, dat meisje, met dien officier... 'n mooi, elegant paar... wat kleurt die cyclamen-kleurige charmeuse mooi bij haar donkere haar... Dat daar is 'n robe van Redfern... ik herken zijn stijl: die robe van goudgaas en theerooskleurig fluweel...
Olga knikte en glimlachte. Zij voelde zich in zoo'n aangename, droomerige stemming, en alles werkte mee, om haar daarin te houden. Het dag-helle licht, de fijne, zuivere muziek, de tintelende tinten, de geuren der bloemen, en die van haar eigen odeur: Parfum inconnu, van Houbigant... alles bracht en hield haar in een zoete bedwelming, die zoo goed was als werkelijk geluk...
Zij had nog steeds geweigerd om te dansen, tevreden met toeschouwen alleen. Zij bleef de Russische dame gezelschap houden, die deze attentie toonde te apprecieeren door een druk gesprek, vol animo, met | |
| |
opmerkingen over de danseuses, de toiletten, het orkest, de zangers van het cabaret artistique, de artisten van Schumann... het bal costumé in het Palace hôtel...
- O, dat was niets, vertelde zij. Ternauwernood waren er eenige, die gedurfd hadden, zich tecostumeeren. En de enkelen, die 't hadden gedaan, werden natuurlijk van alle kanten aangegaapt, choquant! Jammer, 't was zoo'n aardig idee, weer eens wat nieuws... 'n Lieve wals is dit... Rose mousse van... van wie ook weer... ach, ja, van Auguste Rose, hoe kon ik dat nu vergeten, juist zoo gemakkelijk... Rose en rose...
Olga glimlachte een fijn lachje van beleefdheid, en dit was ook voldoende, want aldoor hoorde zij de drukke stem aan haar ooren:
- Maar kijk toch eens: alweer 'n dame met 'n hoed! stáát toch niet! Goed voor 'n diner, 'n concert, 'n fête d'été, maar niet voor 'n bal. Dat geeft dadelijk zoo iets... tingeltangelachtigs... zoo'n geurtje van... enfin, u begrijpt me wel. Vindt u niet? vindt u niet?
Zij vroeg het tweemaal, want Olga had niet geantwoord, zelfs niet geknikt. Zij staarde met een plotselingen blos en een verschrikten blik naar een bepaald punt in de zaal, waar zij gemeend had... één seconde... het gezicht, het bekend en dierbaar gezicht van hèm te zien, van René...
Onzin, verbeelding, natuurlijk. Hoe zou hij opeens hier komen, terwijl de afspraak toch was: van den winter, in den Haag...? Zij waande waarschijnlijk hem te zien, omdat zij juist zoo innig aan hem zat te denken... zooals het wel meer gebeurde, dat zij | |
| |
hem eensklaps meende te herkennen, temidden van een groote menigte menschen...
- Zeker, u hebt gelijk, zei ze rustig.
- Nee, dat dansen met hoeden... Zie, daar komt al weer een cavalier voor u en die schijnt me er geen, om zoo spoedig uit 't veld geslagen te worden als de anderen, lachte de Russische dame... Hij komt zoo vastberaden op u toe...
Olga wendde snel haar hoofd naar den kant van den komende. Zij had zich niet vergist. Het was René.
En zij vergat haar omgeving in haar gevoel van overweldigende vreugde. Zij stak hem beide handen toe in een spontaan gebaar. En een oogenblik, een zalig-snel oogenblik, schitterden hun oogen in elkander.
Toen herkreeg zij haar zelfbeheersching, en werd weer de correcte vrouw van de wereld. Zij stelde René aan haar Russische kennis voor, en terwijl hij met deze een oogenblik bleef praten, kon zij zich volledig herstellen. De ontroering klopte door al haar aderen, het gonsde in haar ooren van het opstormend bloed, en zij ademde snel door de jagende onrust van haar hart. Zij was als verdoofd van geluk, zij dacht niet, zij kon niet denken... zij voelde alleen zijn plotselinge nabijheid als een wonderbaar groote vreugd...
René brak zijn beleefde phrases tot de Russische dame af, om Olga ten dans te vragen, wenschende haar even voor zichzelf te hebben. Maar zij keek glimlachende tot hem op, en zei, dat zij niet durfde, omdat zij reeds anderen geweigerd had...
- Maak dan 'n wandeling met mij door de zalen...
Zij stond op, en legde haar arm in den zijne. En nauwelijks hadden zij zich een paar schreden verwijderd, of zij vroeg:
| |
| |
- Hoe kom je hier... zoo opeens?
- Ik wou je zien... zei hij. Ik moest komen. M'n verlangen werd te sterk, ik kon 't niet weerstaan... En aan je huis zeiden ze me, dat je hier logeerde...
Zij merkten het niet, dat zij elkander tutoyeerden, wat zij nog nooit hadden gedaan. Zij wisten alleen, dat hun lange, te lange scheiding nu ten einde was, en dat zij gelukkig waren...
Zij stonden tegenover elkaar, in het stille, gedempte licht van de leeszaal, waar thans niemand was. En hij greep haar hand:
- Olga, zei hij, geef me nu antwoord. Je weet, wat ik je vragen wil, wat ik je vragen mag... omdat je, toen ik kwam, je niet boos toonde over m'n komst... maar... verheugd.
Even liet zij zich gaan in de weelde van zijn woorden. Toen bedacht zij zich met ontsteltenis, dat zij hem nu zeggen moest van haar zooveel ouder zijn... maar zij kon niet... zij durfde niet...
- Kom morgen, fluisterde zij, dan zijn we rustiger... en zij bleef neerzien op het dikke roode tapijt, opdat hij den angst in haar blik niet zou bemerken. Kom morgen... doe je 't?... morgen...
Hij leidde haar terug naar de zaal, zwijgend, maar niet teleurgesteld, want hij wist, wat haar antwoord zou zijn... Maar daar, dadelijk, ontmoetten zij de beide meisjes, die hun moeder hadden gezocht na het eind van een dans.
Dit was het oogenblik. Zij besefte dat met een geresigneerde zekerheid, toen zij, bij de voorstelling, met opzettelijken nadruk zeide: Mijn dochters.
Zij zag zijn gelaat veranderen. En zij ontveinsde | |
| |
het zich niet: het was met smartelijke verbazing, dat hij eerst de meisjes aankeek, en toen háár... Want zij begreep, dat, hoe jong zij ook leek, hij toch het verschil bespeurde, het voor haar zoo vernederend verschil...
Hij had de proef niet doorstaan. En als hij morgen kwam, want hij was genoeg gentleman, om des ondanks toch te komen, - dan was het aan haar om hem af te wijzen... af te wijzen, voor goed en beslist...
|
|