Over-Ysselsche sangen en dichten
(1930-1935)–Jacobus Revius– Auteursrecht onbekendCrijch.O crijch, ghy lelijck dier, wat maeckty hier beneden?Ga naar voetnoot1
De aerde heeft my self den hemel af-gebeden.
O aerde blint en dom, wat dulheyt ginck u aen?Ga naar voetnoot3
Ick was die tijt te seer met menschen overlaen.
5[regelnummer]
Is dan na uwen wensch de sake wtgerichtet?
Eylaes, den crijch heeft my de schouders soo gelichtet
Dat, duertet noch een wijl, ick na een jaer of twee
Niet langer roepen sal den rugge doet my wee.
|