rusten, zij waste af.
's Middags schoffelde hij de tuin een beetje, zij keek hem nog steeds boos aan, hij stoorde zich daar niet aan. Toen ging hij baden, tot zijn vreugde kwam er wel water uit de douche. Hij baadde goed, alle verborgen plekjes moesten fris ruiken, speciaal voor zijn lekker ding vanavond.
Hij kleedde zich aan, sportief, sprenkelde wat lekkere geurtjes hier en daar. Zij rook dat en kwam de kamer binnengestoven..............
‘Waar ga je naartoe? Waarom bestuif je jezelf met odeur? Luister Harry, als je weer van plan bent naar die ene meid te gaan..........’
‘Welke meid, mijn poederdoosje? Ik heb geen meid, ik heb vrouw ja, vrouwen, ja, vrouwtjes, yeah.’
‘Ach, je bluft tot je stinkt, ga maar, allerlei vieze figuren loop je af. Daarom ben ik vies voor je, de hemel weet wat je mee brengt.’
‘Luister, mijn chocolaatje, als jij vies voor me bent is je goed recht, maar “zij” zijn niet vies voor me. Ze ontvangen me met open armen en open........nou jaa’.
‘Ga weg, donder op, ga bij die meiden, ga maar, duivel, mijn moeder had gelijk, je bent een satanskind, ik......ze heeft me zo waarge........gewaarschuwd.....ik.....ik was blind, donder op, ga weg.’
‘Yeah snoezie, en “wang sakka nanga ondrobroekoe dih drapih, nò vergiet' ding.” Ja, ja jullie vrouwen zijn allemaal hetzelfde. Dag mijn lolliepop.’
‘Jò beest, jò hond, blijf weg, val dood............’
De man stapte rustig in zijn wagen, startte, trok langzaam op, toeterde en wuifde naar zijn briesende vrouw. Haar reaktie waH het dichtslaan van de voordeur.
Het was half zeven, nou, hij kon een lekker nummertje maken vanavond. Als alles goed ging, misschien zelf meerdere nummertjes.
‘Kok, kok, kok, is iemand thuis.’
‘Ja, ja,..........oh, Harry. Kom binnen, m'n skat kom binnen.’