Op een middag als Poek met haar pop speelt, roept ze: ‘Alberto! John! Kunnen jullie een paar droge amandels voor mij openbreken?’
‘Wij komen zo’, belooft Alberto.
Alberto, John en ook Rishi komen. Ze zoeken, maar kunnen geen enkele droge amandel vinden.
‘Poek, er zijn geen droge amandels meer’, zegt Alberto.
‘Kunnen jullie dan niet een paar voor mij plukken?’ vraagt Poek.
‘Ja hoor’, zegt Alberto, ‘wie wil met mij in de boom klimmen?’
Ondertussen zijn ook Sandra, Marleen en Asha erbij gekomen.
‘Weet je wat’, zegt Marleen, ‘klimmen jullie alle drie erin. En gooien jullie de vruchten naar beneden. Wij meisjes, zullen ze wel voor Poek vangen.’ Sandra en Poek lopen naar boven om een bakje te halen om de vruchten erin te zetten.
Als de jongens heel hoog in de boom zijn, vraagt Alberto: ‘Rishi, zei je wat?’