Morgen zal ik meer sommen maken.’
Mama aarzelt eerst, maar geeft later toe als ze Alberto zo smekend ziet kijken.
‘Oké dan’, zegt ze, ‘speel nog een beetje met je vrienden.’
Juichend staan de kinderen op. Poek blijft weer alleen achter. Ze pakt haar pop maar op. Poek zegt: ‘Nu zijn we weer alleen, hè Anna?’
Mama hoort Poek tegen Anna praten.
‘Weet je wat’, denkt ze, ‘ik zal een paar bara's voor Poek bakken. Dan kan ze die lekker opeten.’
‘Poek’, roept mama, ‘wil je me helpen om wat bara's te bakken?’
‘Lekker, mama’, zegt Poek. ‘Zullen we ook wat voor De Vrolijke Bende van Vijf bakken?’
‘Ja hoor, Poek. En jij mag de bara's voor de meisjes en de jongens brengen. Vind je dat niet leuk?’
‘Ja’, knikt Poek.
‘Vul deze bak met water’, zegt mama.
‘Wat gaan we met het water doen?’ vraagt Poek.
‘We gebruiken het om onze handen te wassen.