durf heeft getoond om zo'n machine aan te schaffen.
Na een drankje gaan de gasten naar de machine toe. Trots start meneer Singh de machine en hij rijdt ermee naar de zwamp om te tonen dat die machine niet blijft vastzitten. De andere boeren zijn erg geïnteresseerd. Ze stellen papa een heleboel vragen. Papa wenkt meneer Singh en hij laat de andere boeren het een en ander zien. Ze mogen ook proberen ermee te werken. Niet lang daarna beginnen de bestellingen binnen te komen. Wel zeven machines moet papa nog leveren. Daarna worden er hapjes en drankjes rondgebracht.
‘Krijg ik die mountainbike nog?’ fluistert Anand in mama's oor. Mama haalt haar schouders op. ‘Ik weet het niet.’ Anand kijkt teleurgesteld, maar hij begrijpt het wel en zegt niets meer. Hij gaat maar met oom John een babbeltje maken.
Tegen één uur vertrekken de mensen.
‘Het is een succesvolle dag geweest’, glundert papa.
‘Een deel van het verloren geld heb ik al terugverdiend met de bestellingen. En meneer Singh heeft gezegd dat hij zich schuldig voelt om wat er gebeurd is, dus heeft hij beloofd mij een gedeelte voor te schieten tot de dief gepakt is.’
‘Dát is tof van hem!’ roepen Nita en Anand blij uit.
‘Kom’, zegt papa, ‘laten we gauw gaan eten.’
Ze rijden met meneer Singh naar zijn huis, samen met de d.c. en nog enkele anderen. Hier wacht hen een feestmaal: rijst met doksa-vlees in kerrie klaargemaakt, bara, phulawri, te veel om op te noemen.