Sedigh leven, daghelycks broodt (1639) (1999)

Sedigh leven, daghelycks broodt (1639)

(1999)–Erycius Puteanus– rechtenstatus

Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende



[pagina 227]
CCCX. Tydt-leer. 310Ga naar voetnoot+ Tydt van Daghen, Maenden, Jaeren,Ga naar voetnoot1 Deyl ick aen de Jonckheydt uyt:Ga naar voetnoot1 Wilt ghy tydt en moeyten spaeren,Ga naar voetnoot3 Leert het ghen' ick hier besluyt.Ga naar voetnoot4	voetnoot+ V5 voetnoot1 De dichter zal in de volgende epigrammen de jeugd (die nog heel wat nuttig te gebruiken ‘tijd’ voor de boeg heeft) een aantal technieken in verband met het berekenen van de tijd (Daghen, Maenden, Jaeren) aanreiken. Door deze regels toe te passen kan de lezer zich bovendien veel tijd en moeite besparen. De dichter ‘deelt’ dus tijd ‘uit’ in twee betekenissen. voetnoot1 De dichter zal in de volgende epigrammen de jeugd (die nog heel wat nuttig te gebruiken ‘tijd’ voor de boeg heeft) een aantal technieken in verband met het berekenen van de tijd (Daghen, Maenden, Jaeren) aanreiken. Door deze regels toe te passen kan de lezer zich bovendien veel tijd en moeite besparen. De dichter ‘deelt’ dus tijd ‘uit’ in twee betekenissen. voetnoot3 De dichter zal in de volgende epigrammen de jeugd (die nog heel wat nuttig te gebruiken ‘tijd’ voor de boeg heeft) een aantal technieken in verband met het berekenen van de tijd (Daghen, Maenden, Jaeren) aanreiken. Door deze regels toe te passen kan de lezer zich bovendien veel tijd en moeite besparen. De dichter ‘deelt’ dus tijd ‘uit’ in twee betekenissen. voetnoot4 het ghen'... besluyt: wat ik hierin vervat.

Vorige Volgende