De briefwisseling tussen Arij Prins en Lodewijk van Deyssel
(1971)–Lodewijk van Deyssel, Arij Prins– Auteursrechtelijk beschermd194(poststempel Noordwijk aan Zee, 10 augustus 1908) Amice, Aletrino is ook van meening dat het beter is, dat de heele academie ook niet de redactie van 't tijdschrift vormt. Hij is ook van idee, dat vermindering van 't honorarium afbreuk zal doen aan de medewerking, wijl de meeste lui hun stukken van wege het honorarium in een tijdschrift plaatsen, en naar een ander verhuizen als dit verminderd wordt. Hij schrijft verder ‘mij kan dit niet schelen persoonlijk, maar ik geef 't als een opmerking die mij juist schijnt.’ Een samensmelting met de N.G. lijkt me 't allerbeste, want verscheidene abonnés zullen zich dan eenvoudig laten overschrijven. Er komt dan zeker een krachtig tijdschrift. Van Gorter nog niets gehoord. Ik vind zijn stilzwijgen niet heel beleefd. Aangenomen, hij is op reis, dan moet hem mijn brief allang zijn toegezonden. Als hij weigert handelt 't zich om Erens of Delang.Ga naar voetnoot596 H. Swarth te vragen heeft veel tegen. Vermoedelijk zal zij weigeren, en 't gevaar bestaat dan dat Lapidoth dit ‘nieuwtje’ dadelijk in 't Vaderland gaat verkondigen. Natuurlijk met bijvoeging van zijn opinie, die natuurlijk ongunstig is. Vele groeten ook aan je vrouw van ons tt
|
|