De werken. Deel 23. Brieven aan Cd. Busken Huet 1870-1874
(1902)–E.J. Potgieter– Auteursrecht onbekendXLV
| |
[pagina 162]
| |
Op zijn kantoor? meent Gij, maar dan moet Ge ook den mede-redacteur slikken, die alleen amusant is, als hij beweert aan weer een nieuwe kwaal te souffreren. Zijn laatste was een halflijfsche verkoudheid. Regterzijde van schedel, neusvleugel, mond, borst, ribbenkast enz., regterbeen, regterhand, regtervoet, regter teenen, regts alles wel, links alles verkouden. ‘Laat mij dan regts van U mogen blijven,’ was mijne bede, - ‘ik heb van mijn eigen wandelende cathar al genoeg!’ - zoodat ik maar zeggen wil, style Martha de Harde, dat ik den gelukkigen Ch. Boissevain zelden zie. Waarom gelukkigen? ik ken weinigen die het leven zoo prettig aannemen. Mederedacteur van de kolommen van het Handelsblad, l'Optimiste! is hij in staat het afwisselende, onaangename weder dat wij hebben, koude, regen, wind, donder, fraai te prijzen, - toen wij onlangs dapper stookten, na eene beproefde maar mislukte wandeling in den Hout, lazen wij 's avonds in het Handelsblad van bloeijende seringen en geurende meidorens. Driebergen moet wel voorlijk zijn! Gij leest geen Handelsblad - Goddank! we zijn er weer, maar verder zijn we niet, - en dus is U ook de zeer heusch gestelde reclame van den architect Godefroy niet onder de oogen gekomen; waarin deze opmerkt, dat het voetstuk van Rembrandt niet van hout is, maar van ijzer. Waarom werd het dan steen, en wel Escausijnsche steen geschilderd? Hij beweert het niet te weten. Implicite erkent hij dus met Alberdingk Thijm dat de architectuur, dat geen kunst liegen mag. Maar Godefroy had er zich niet over te verbazen; als men een ijzeren standbeeld brons mag schilderen, dan is er geen bezwaar meer, dit een ijzeren voetstuk steen te doen. Alles het land waardig, waarin men eene Academie der Beeldende Kunsten reorganiseert, zonder er onderwijs in de Hoogere Bouwkunst te doen geven, van welke de saaije De | |
[pagina 163]
| |
Poorter voorzittend Professor is, en Wijnveld en Craayvanger Hoogleeraren. O Hacke, o Zimmerman, o Jonckbloet! hoe kunt Gij Uwe ijdelheid gestreeld gevoelen, door leden van haar bestuur te zijn! Er is mij van bevriende zijde de opmerking gemaakt, dat geen Duitsch boekhandelaar, maar A.W. Sijthoff te Leiden Unger herwaarts deed komen - het lot is mij niet gunstig geweest, ik had anders gaarne de kennis van Unger gemaakt. Het is mogelijk dat Sijthoff hem het etsen der schilderijen van Frans Hals heeft opgedragen, maar de drie in Duitschland verschenen verzamelingen Radirungen Holl. Meister, die van het Museum te Cassel, die van het Museum te Braunschweig en die nach Moderne Meister, zijn in Germanie verschenen. Zij kosten te zamen circa f80 - ça vous tente-t-il? Ik bezit die in het Zeitschrift für Bildende Kunst, in een reeks van jaargangen. Of zijt Ge met die uit de Kunstkronijk voor eerst voldaan? Ik verheug mij U de Vogels van diverse Pluimage te hebben toegezonden - het zal U gelegenheid geven, het talent van Vosmaer als auteur te definieeren. Het stuk over het tweede gedeelte van Faust is volgens Doorenbos zeer verdienstelijk. May be, maar geen criticus ter wereld zal het gelukken er het publiek enthusiastisch van te doen worden, als het eerste ieder maakt. Mona is een gelukkig gegrepen, artistisch behandeld sujet; is het ondeugend van mij, zoo ik geloof dat een auteur van meer vleesch en bloed het aanschouwelijker zou hebben gemaakt? Hoe menige toestand is moedwillig in de schaduw gelaten, een weinig licht had veel verrassends te zien gegeven! Deze mail brengt U de Comédies Romanesques van Louise Siefert. Théophile is misschien wat lang, maar le Recteur Bertholdus | |
[pagina 164]
| |
en le Retour zijn volmaakt geschikt om in een feuilleton te worden overgedrukt avec un retour salutaire sur nous-mêmes. Louise Siefert is geen genie van de eerste grootte en toch, hoe blijkt zij oog te hebben voor Fransche en Duitsche toestanden, hoe volkomen is zij meesteresse van den conversatie-stijl. Het zij verre van mij te beweeren, dat Gij niets beters zoudt kunnen schrijven, maar zoo lang als de rheumatiek U kwelt, geef ik aan opstellen van dien aard de voorkeur boven de Harem van Prins Kiamil.Ga naar voetnoot1 Gij hebt mij wel eens van een particuliere smaak beschuldigd, maar wist Ge hoe vurig ik bidde, dat Mevr. A. de Gasparin ons van een bezoek verschoone. Na de Horizons Prochains en de Horizons Célestes kregen we dan misschien de Horizons Brumeux, en Joost weet, hoe benaauwd we het zouden hebben, benaauwder nog dan in dien Harem, waar ze zoo graag zou leuteren! De tweede aflevering van Feringa's Vrije Gedachte laat zich nog altijd wachten, en dus ook Constantijns oordeel over Uw boek. Gij weet wel, dat ik niet zou verlangd hebben, dat Gij het gewaande indecente supprimeerdet, al betreur ik dat de uitvallen van Ruardi niet werden wederlegd, dat er aan het geheel die harmonie van deelen blijft ontbreken, voor welke Gij zoudt gezorgd hebben, als Gij voor het tweede en derde gedeelte den tijd hadt kunnen vinden, voor het eerste zoo gelukkig besteed. De Deduktien van Van Haren hebben mij niet overtuigd, dat hij schuldig was, slechts hebben zij mij het genie doen beklagen, dat in zulk een tijd met zulk volk verkeeren moest. Ik wenschte als Gij, dat Van VlotenGa naar voetnoot2 den mond had gehouden, mieux vaut un sage ennemi et ce qui s'ensuit, maar des ondanks blijven de Geuzen toch het schier éénige gedicht, ons | |
[pagina 165]
| |
door de Hollandsche poëzy der 18de eeuw vermaakt, zij het ook onder benefice van inventaris te aanvaarden. ‘En Bilderdijk's prijsvaerzen?’ ‘Och, kom,’ plag Gi te zeggen. Over twee of drie jaar komt hij hier, waar zullen wij dan zijn, wat zal er van het Hoogere Onderwijs zijn geworden? Que sais-je, maar wat ik weet, is, dat het jongske ons welkom wezen zal. Sophie verzoekt mij te schrijven, dat zij in elke Java-Bode de annonce leest van uitmuntende Photographisten, is dat alles louter reclame? of zijn wij voor eene vernieuwde beeldtenis van U drietjes in den grooten ban gedaan? Het been zal daarin wel geen beletsel zijn, - het waarborgt rust, het poseert. De verzochte voorrede van Geel schuilt in het paket deze mail toevertrouwd, die ook weder een kreet van Groen vertolkt. Wat is het toch een voorregt, een leeftijd ouder te zijn dan zijne vrienden! Van wien W. MacdonaldGa naar voetnoot1 zijn mimisch talent heeft geërfd? Het geviel in het jaar '21 of '22, dat ik medeging naar Haarlem met luidjes, die bij den Notaris of Advocaat of Magistraat Gerlings eene erfenis moesten ontvangen, proflueerend uit den boedel der Merkmans, die in 1775 eene lintfabriek te Haarlem hadden en plantages in Demerary, Professor 1. van Nuys Klinkenberg was met eene der dochteren uit dat geslacht gehuwd geweest, voor haar huwelijk speelde het meisje mede in Utile et Dulce - pastoorske in de Graft geworden, liet zij pasteijen uit Haarlem komen. Welnu, door die erfenis leerde ik, dertien-, veertienjarige jongen, niet alleen dien keurig gepoederden Notaris Scholten, | |
[pagina 166]
| |
en den beminnelijken Advocaat H. Arntzenius kennen, maar ook een procureur Willekes Macdonald. De man woonde in een huis belendende aan, of had kamers in de onderpui van het stadhuis. We werden in het lage vertrek gelaten. En wat hing er achter glas in groote gouden lijsten aan den wand? Wat anders dan Andries Snoek in het karakter van Orestes en Mevr. Wattier als Epicharis uit Epicharis en Nero?Ga naar voetnoot1 Daar kwam hij binnen, Willekes Macdonald, de procureur, geen mooi man, ook geen lief man, maar dubbel merkwaardig in mijne oogen: hij speelde een eerste viool in de Loge, hij declameerde meesterlijk - die franc maçon, die acteur het voorwerp mijner bewondering, de grootvader van Uw ‘lange, leelijke jongen!’ ‘Tastbaar waargenomen en daarom verdienstelijk.’Ga naar voetnoot2 Pierson's sweeping condemnation of the whole German nation - half bijgeloovig, half ongeloovig, bigotterie en nihilisme! Zie, Burke was niet malsch in zijn oordeel over de Franschen van het einde der achttiende eeuw, maar voor zulke uitspraken wachtte zich zelfs die fanaticus. De hartelijkste groeten van ons beide aan Mevr. en Gideon. Als altijd Uw E.J.P. |