| |
Maart.
Den 1. is de oude Van Gemmeren door pater G....... in de koorkap aan de kerkdeur afgehaald; als de mis zou beginnen ging zeer veel lijkvolk de kerk uit.
Denzelfden dag werd omgetromd, dat niemand zich moest verstouten van geestelijken, die aan deportatie onderhevig zijn, te huisvesten, op poene van zelf gedeporteerd te worden. Dit bracht veel vrees, maar alles onderzocht zijnde, waren maar alleen die geestelijken daaraan onderworpen, die om een misdaad aan de deportatie onderhevig waren.
3. zijnde Zaterdag, heeft Petit de drie zwarte heeren gaan aanzeggen, zij moesten morgen in de Groote Kerk mis lezen. Hier lag hun restrictie en zij durfden niet weigeren!
4. zijnde Zondag, heeft heer Van Lin om 6 uur mis gelezen in St. Marten, om 7 uur pater Cuppers, dan pater Mulder, heer Van Oeyen, de twee Dungelhoeffs, maar Jan Richardt is niet gezien. Om 10 uur deed pater G....... de hoogmis. 's Morgens bij het openen der poorten ging veel volk naar Tegelen en naar Blerick, zonder dat zij aangehouden werden. Maar om 8 uur waren twee gendarmes aan de brug, die alle menschen naar de stad joegen, en verscheidene werden naar de hoofdwacht gebracht, maar na korten tijd kregen zij een briefke van Petit en konden gaan waar zij wilden.
Op den weg naar Tegelen, aan den Roskam (Stevenshuisje) lagen ook twee gendarmes, zij dreven veel volk weerom, onder anderen den landrentmeester (mr. Edmund) Ruys; deze werd door hen aangehouden, zei dat hij ging wandelen. Alsdan vroegen zij hem zijn pas (paspoort), waarop hij zei om te wandelen geen noodig te hebben, en ging door naar Tegelen. Maar
| |
| |
thuis komende is Ruys naar de Municipaliteit gegaan voor een pas om buiten de stad te gaan wandelen. Men antwoordde dat hij die niet noodig had. Ja wel, zei Ruys, want twee gendarmes hadden hem op den Tegelschen weg aangehouden en naar zijn pas gevraagd, en hij pretendeerde te weten of zij order hadden om het volk aan te houden en wie die orders gegeven had. De gendarmes werden op 't stadhuis geroepen en gevraagd, wie hun die orders gegeven had. De onderofficier, zeiden zij. Den onderofficier werd gevraagd van wien hij die order had. Deze zei: van Petit. Petit loochende dit en de een stak het op den anderen. Ruys wilde satisfactie hebben, en hoe de zaak zal afloopen moet men zien.
Nog een ander historie op denzelfden weg. Vijf gezette mannen hadden eenen dikken kluppel tusschen hunne kazak gestoken. Komende aan den Roskam, werden zij door twee gendarmes teruggedreven. Die 5 vroegen naar hun order. De gendarmen trokken den pallas (ruitersabel) ‘dat zijn onze orders’. Toen trokken die 5 hun stokken uit en zeiden ‘dit zijn onze orders’. Maar de gendarmes staken den pallas in en gingen in huis. Daarmee was de comedie uit.
Het was den 4. een heel schisma, zelfs tusschen man en vrouw, meesters en dienstboden, velen gingen niet naar de missen, anderen bleven thuis, weer anderen gingen buiten de stad; men kreeg geen boeren in de missen.
5. trok namiddag een commando van 9 gendarmen buiten over de Maas; ik was in groot achterdenken.
6. Om 12 uur 's middags kwamen zij binnen, zonder dat men iets wist van hun vertrek waarom. 'k Heb den 7. vernomen dat een geestelijk heer van Roermond, ook beneficiant in de parochie Oirlo, en daar zijnde, was verklapt van zilveren kelken, ornamenten, enz. verborgen of getransporteerd te hebben uit de kathedraal. De gendarmen meenden dien heer te Oirlo te vinden, maar was daar niet, zij zijn toen onverrichter zake teruggekomen.
7. is van het Directorium te Parijs gekomen, dat bij verandering van de Municipaliteit dokter Herckenrath
| |
| |
president was, Aloysius van Baerle agent municipaal, en advocaat Richardt adjoint municipaal. Voormiddag kwam Van Baerle op het- stadhuis om geïnstalleerd te worden, maar hij moest wachten tot den 12. dezer.
10. werd een plakkaat gepubliceerd, waarin ieder verzocht werd te contribueeren voor giften, om Engeland bij eene landing te verdelgen.
11. Zondag, ging veel meer volk dan ooit naar Blerick en Tegelen, men zag niet een gendarme.
De dienst in de Groote Kerk werd verricht als gepasseerden Zondag, zonder sermoon; er was niet veel volk in als de Franschen en mannen die anders niet veel naar de kerk gingen.
12. om 10 uur voormiddag kwam de bode Sömmering met eenen brief van de Municipaliteit voor den heer Warrimont. De inhoud was:
| |
Venlo 22 ventôse Vle année (12 Maart 1798).
Aux citoyens ci-après désignés.
Je vous invite, citoyens, d'apposer votre signature sur la présente, pour certifier votre présence à Venlo, et vous mettre à l'abri d'être porté sur la liste des émigrés. Salut, fraternité.
Warrimont vicaire |
Tonnai ex-Recollet |
Soeten vicaire |
Engelen ex-Recollet |
Behet vicaire |
Lackervelt ex-Recollet |
Graven bénéf. |
Junckers ex-Recollet |
Zorsa bénéf. |
Lemmers ex-Recollet |
Dit zijn de namen die op den brief geschreven waren.
12. is Herckenrath en Van Baerle geïnstalleerd, maar Richardt heeft zich finaal bedankt.
13. kwamen veel geestelijken binnen.
Dien dag is de inventaris opgemaakt binnen het convent Mariaweide (Wittevrouwen) en aangezegd dat den 17. alles moest geruimd zijn.
14. arriveerde de heer Warrimont binnen Venlo; item de heeren Soeten en Van Beers, uit Blerick.
17. is de sacristie der Groote Kerk geopend geworden door den fameuzen Benedictijn Petit, die ze toegezegeld had. Alle altaars werden weder opgesierd.
Op dien dag hebben verscheidene ouderlingen der stad een brief van de Municipaliteit ontvangen, waardoor zij verzocht werden om den 20. dezer om half
| |
| |
10 's morgens te compareeren, wijl op dien dag gerepresenteerd zou worden, dat in die ouderlingen de souvereiniteit des volks gelegen was (fête de la vieillesse).
18. zijnde Zondag, was alles gelijk voor acht dagen, uitgenomen dat een der paters die den eed gedaan hadden, de hoogmis gehouden en gepreekt heeft, met toeloop van veel nieuwsgierigen. ‘Obedite praepositis vestris’ (gehoorzaamt aan uwe overheden) was zijn onderwerp.
Nota. Deze pater is een bekende dwarsdrijver, die nooit of zelden met zijne oversten heeft kunnen overeenkomen, noch met zijne confraters; hij is een kwant die van overlang, eerst de bons heeft aangenomen en die voor pensioen voor zich zelf verkocht heeft, waarom hij ook uit de samenwoning met de andere religieuzen gesloten is, hij woont op een kamertje met eene huishoudster, een weduwe. Hij is, eer hij den eed gedaan heeft, door Zijn hoogw. Joês Baptista Robertus, bisschop van Roermond, gesuspendeerd van biechthooren en prediken, en niettegenstaande hoort hij biecht en doet alle pastoreele functiën.
19. zijn 's morgens voor 6 uur de religieuzen stil uit Mariaweide gegaan, zonder militairen, ieder ging naar zijn besteld logement. De kranken en impotenten zijn met de priorin en twee zusters daar gebleven om de kranken op te passen.
20. op de gestelde uren kwamen de verkozen ouderlingen naar het stadhuis, te weten: Heythuysen, Bernaerts, Claessen, Hermans, Spettel, Stroucken, Schoncken, Fontein, Van Liebergen, Lina, Nonnenbergh, Bernière, Coninx, Piccard en Chemin, met drie oude Fransche officieren. Voor het stadhuis tegen den vrijheidsboom was een houten schavot, theater genoemd, gemaakt, hierop waren 8 laurierboomen geplaatst, en was met tapijten bedekt. Om 10 uur, als wanneer een deel van het garnizoen in de wapens op de Markt gekomen was, kwamen de ouderlingen van het stadhuis, alwaar zij getrakteerd waren op een drupken (likeurtje) en wat oude onbijtelijke (voor oude lieden) moppen. Ieder ouderling had een wit stoksken
| |
| |
met een vaantje, waarop geschilderd was ‘souveraineté’, en al de municipalen waren omhangen met hunnen driekleurigen bandelier, alsmede het Hof.
Daar allen vergaderd zijnde, werd de ouderling Chemin, Bruggeling van geboorte, gepensionneerd sergeant, eertijds schermmeester en philosoof, op het theater geholpen, hij had een papier in zijn hand, maar niets gelezen hebbende, werd hij wederom afgeholpen. Dan is boven gekomen de griffier H. Syben en las iets af. Na hem kwam de pouvoir exécutif Petit en heeft omtrent een half uur gelezen. Toen volgde de agent municipaal Van Baerle en las ook al wat, maar niemand heeft mij iets weten te vertellen van al wat er gelezen is geweest.
Na dit alles begon de muziek, waarmee de ouderlingen, municipaliteit enz. bij manier als processie van de Markt wegtrok langs de Vleeschstraat, St. Nicolaasstraat, Parade en Gasthuisstraat, naar het stadhuis, alwaar de ouderlingen bedankt werden, en daarmee was de comedie uit.
Na middag werd omgeklopt, dat alle burgers verzocht werden den volgenden morgen tegen 9 uur precies in de Parochiale Kerk te zijn, om de eerste vergadering, genoemd ‘de broederschap van het kanton Venlo’, bij te wonen voor een nieuwe keus.
21. weinig vóor 9 uur begon de ontvanger Poell eene harangue (plechtige aanspraak), dikwijls roepende vive la République!; hij stelde de vrijheid voor, en het geluk dat de Fransche natie in het land gebracht had.
Na middag werd omgeklopt: alle welmeenende burgers worden dezen namiddag om half 3 verzocht in de Parochiale Kerk, om hunne regenten te kiezen. Men begon op den gestelden tijd, Poell hield weder een kleine aanspraak. Men maakte bekend dat niemand kon stem hebben voor aleer hij den eed gedaan had. Hierop gingen vele mannen de kerk uit, doch omtrent 50 (K. zegt 40) hebben den eed gedaan, en dan is bij meerderheid van stemmen gekozen tot electeur Philip Richardt, en tot secretaris Keuller, en Boers bijgenaamd ‘de boterpruik’. De ontvanger Poell pretendeerde in die vergadering, dat ook de judicature of
| |
| |
het Hof moest gekozen worden, maar commissaire Petit stelde zich hier tegen. Daar waren hevige debatten en men maakte een proces-verbaal; men zou berichten naar Maastricht.
22. 's morgens werd omgeklopt: dezen middag om half 2 zal grondvergadering gehouden worden in de Parochiale Kerk.
Na middag is de keus gehouden door geen anderen als die den eed gedaan hadden, voor eenen nieuwen president van het kanton van Venlo, en de stemmen zijn gevallen op dokter Herckenrath. Hiermede was alles dien dag gedaan.
24. werd 's morgens omgeklopt: Uit order van de Municipaliteit wordt ieder verzocht tegen half 2 op de grondvergadering in de Groote Kerk.
Na middag zijn gekozen tot municipaal agent Joês Franciscus Keuller en tot municipaal adjoint Philippus Richardt. Daar waren omtrent 40 kiezers.
26. is de bekende pater (de beëedigde pastoor) naar het stadhuis gegaan om zijn klachten te doen, dat er veel kinderen geboren werden, en dat men die niet in de Parochiekerk om te doopen bracht; de Municipaljteit moest hierin voorzien. Men antwoordde hem als de kinderen maar volgens de wet geënregistreerd waren, dat dan de ouders hun kinderen konden ten doop dragen waar zij wilden; het was ‘liberté’.
29. werd 's morgens omgeklopt: daar is allerhand oud ijzer, oude geweren, vuurijzers, enz. op het stadhuis te koop, dezen morgen om 9 uur.
30. werd omgeklopt: dezen morgen om 9 uur is grondvergadering in de Parochiekerk.
Nota: Op de vorige verkiezing van den 24. dezer vielen eenige exceptiën, omdat niet alles volgens de wet was geobserveerd. De president Herckenrath moest niet herkozen worden. Maar om 9 uur is tot electeur gekozen de wijze Theunissen, en tot secretaris de boterpruik Boers, en dat is alles.
Na middag werd omgeklopt: om 2 uur is het grondvergadering in de Parochiekerk. Om 2 uur begon men te kiezen en Joês Franciscus Keuller werd voor de tweede maal gekozen tot agent municipaal, en ook
| |
| |
Philip Richardt als adjoint. Alles is stil vergaan, maar Aloys van Baerle werd afgewezen. De nieuw gekozenen komen in geen bediening voor den 1. floréal (20 April).
Mun. De adjoint Belletable had ontslag gevraagd, en Heldebeutel, agent der gemeente, tevens president der Municipale Administratie van het kanton, die wegens nalatigheid in October geschorst, en den 17. Februari ontzet was, werden den 7. Maart vervangen door Richardt en Herckenrath; Belletable bleef nog tot Januari ad interim. Sedert October fungeerde Thomassen als commissaire spécial ter vervanging van deft municipalen agent.
16. is op informatie geantwoord dat vóor de inlijving de kerken van Venlo, Beesel en Belfeld, benevens de kapel te Reuver bestemd zijn geweest voor den eeredienst.
20. werd J. Syben, inner der belastingen, verzocht om aan P.A. Schrijnen 21 livres te betalen voor de muzikanten die het ‘fête de la souveraineté du peuple’ hadden opgeluisterd.
|
|