publicatie van 't Hof van Venlo, nieuwigheden waren, en hun de Roomschen zou doen navolgen, maar op hun request was tot heden geen antwoord gekomen.
10. was de tijding gearriveerd, dat de president (van 't Hof) Van Lynden benoemd was tot fiscaal van de Kaap (de Goede Hoop). Hij ontving de complimenten van vele particulieren, onder anderen van eenen raadsheer, waarop de president hem antwoordde, dat hij den heelen Raad feliciteerde, dat zij hunnen president kwijt geraakten (?). Nota: Zij waren het niet eens over het vergeven der hofbodeplaats. De president wilde dat men het vergeven van die plaats zou presenteeren aan den Prins, de raadsheeren wilden die zelf vergeven.
21. 's avonds kwam Joanna H..... (die onlangs om hare conversatie met Hendrik B........ van Baarlo op de Laarpoort gezeten had) met eert extract uit het trouwboek van de stad Wesel, alwaar zij na 3 roepen voor den Predikheer getrouwd zijn. Dit dacht ons heel suspect, en aan cautie onderworpen; waarom de Schout met den burgemeester Mooren den 23. nm. op de pastorie gekomen zijn met datzelfde extract, verzoekende den heer Pastoor zich over de zaak te Wesel te willen informeeren. - Denzelfden dag is de brief naar Wesel geschreven en den 31. heeft pater Benedictus Diesenbach geantwoord, dat op zijn trouwboek stond zekere Henricus ( B........?) van Baarlo, getrouwd met Joanna H.....; dat Henricus gevraagd zijnde naar de demissoriale (vergunning om in een andere gemeente te huwen) van zijnen pastoor, dezelve getoond heeft. Joanna was ondervraagd of zij parochiaan van Wesel was, waarop zij eenen getuige heeft bijgebracht, die verklaarde dat zij al 2 jaren bij haar had gewoond. Men heeft haar ook den doodbrief van haren eersten man (die van den Bisschop van Roermond valsch verklaard was, met verbod aan den pastoor te Venlo van haar niet te trouwen) doen laten zien. Na dit alles is hun te Wesel afgevraagd of dit alles zoo was, en of zij dit met eed konden bevestigen. Zij hebben geantwoord ‘ja’, waarop zij getrouwd zijn, en hebben alzoo den pastoor van Wesel (pater Diesenbach) bedrogen, waarom deze ook schreef: (lat.) ‘het huwelijk is ongeldig,