Tot in de nde, nde graad. Nestoriaanse kwatrijnen
(1998)–Hugo Pos– Auteursrechtelijk beschermdHugo Pos, Tot in de nde, nde graad. Nestoriaanse kwatrijnen. Met illustraties van Erwin de Vries. In de Knipscheer, Haarlem 1998
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Tot in de nde, nde graad. Nestoriaanse kwatrijnen van Hugo Pos uit 1998. De illustraties zijn van de hand van Erwin de Vries.
redactionele ingrepen
Door het hele werk zijn koppen tussen vierkante haken toegevoegd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (binnenkant voorplat, 6, binnenkant achterplat) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[ voorplat]
tot in de nde, nde graad
nestoriaanse kwatrijnen van
HUGO POS
IN DE KNIPSCHEER
[pagina 1]
tot in de nde, nde graad
[pagina 2]
Van Hugo Pos bij In de Knipscheer
Het doosje van Toeti, verhalen, 1985 |
Oost en West en Nederland, episodes (met Jos de Roo), 1986 |
Een uitroep zonder uitroepteken, kwatrijnen, 1987 |
De ziekte van Anna Printemps, verhalen, 1987 |
Reizen en stilstaan, reisverhalen en herinneringen, 1988 |
Het mausoleum van de innerlijke vrede, verhalen, 1989 |
Van het een, verhalen, 1992 |
Voordat ik afreis. Nestoriaanse kwatrijnen, 1993 |
In Triplo, autobiografie, 1995 |
Voorbij Confucius, verhalen, 1996 |
Het averechts handelen, historie (met Jan Kuijk), 1997 |
[pagina 3]
tot in de nde, nde graad
Hugo Pos
Nestoriaanse kwatrijnen 2
IN DE KNIPSCHEER
[pagina 4]
tot in de nde, nde graad.
Nestoriaanse kwatrijnen 2
Copyright © 1998 Hugo Pos
Illustraties (pp. 15, 28, 36, 55, 69, 76, 88) Erwin de Vries
Eerste uitgave 1998
In de Knipscheer, Postbus 6107, 2001 hc Haarlem
isbn 90 6265 455 x nugi 310
[pagina 94]
INHOUD
nestoriaanse kwatrijnen | 7 |
Eens toen ik berkenbossen prees, 1-2 | 8 |
Ik zocht het woord op in het woordenboek | 9 |
De vorst heeft met een meesterhand | 10 |
Binnen het schootsveld van de slaap | 11 |
voor hans faverey | 12 |
alsof | 13 |
auschwitz | 14 |
Wat heeft de eeuw ons aangedaan | 16 |
passer mortuus est | 17 |
De plattegrond van ons potsierlijk leven | 18 |
dhammapada vers 49 | 19 |
Het was nog vroeg, de straten leeg, verlaten | 20 |
Het temmen van een olifant | 21 |
Over het blozen zal ik het niet hebben | 22 |
De fabrica van al ons doen en laten | 23 |
O, laat mijn beeldentuin met rust | 24 |
suriname | 25 |
Het joelen van de wind, het woelen van het bloed | 26 |
De dingen doen en aan het einde, basta | 27 |
voor huib drion | 29 |
voor natsume soseki | 30 |
voor willy pos | 31 |
Zoals de zwanen modder mijden | 32 |
anima | 33 |
[pagina 95]
De karrensporen, diep gegroefd | 34 |
voor het poëziealbum | 35 |
Een man die in zichzelve praat | 37 |
gesteld dat | 38 |
voor paul celan ‘zeitenschrunde’ | 39 |
het verhoor | 40 |
voor cesare pavese | 41 |
Wat staat er op het bord te lezen? | 42 |
Bewaar het beeld van de Friezin | 43 |
Het reservoir is leeg, de aanvoerpijp verstopt | 44 |
Aan de oever van de Styx lag | 45 |
Een droom: dat ik een krant las | 46 |
grafschrif voor jaap le poole | 47 |
De goeroe met de kas vandoor | 48 |
‘zoals men dat in proeflokalen doet.’ | 49 |
messalina | 50 |
Als er geen doel is kun je ook niet scoren, 1-4 | 51 |
Het reiken naar de druiventrossen | 52 |
Het spiegelbeeld in duigen lag | 53 |
Ik ken een reisleidster, zo mooi als twee boeketten | 54 |
‘twee sinaasappels van één tak met blaren’ | 56 |
falmouth, tasmanië | 57 |
Mijn hoofdeind naar het Oosten lag | 58 |
Wat toch een droom al niet vermag | 59 |
voor jan van nijlen | 60 |
De brief die zij geschreven had | 61 |
Toen op gevaar af dat ze zouden weten | 62 |
Van nu af aan ook tegen beter weten | 63 |
[pagina 96]
Als ooit dit hart besluit te emigreren | 64 |
Een poncho zoek ik om mij te beschutten | 65 |
voor mijn zoon diego | 66 |
voor keizer wu | 67 |
fragment | 68 |
‘Wat is de slotsom van je leven?’ | 70 |
Te laat geboren, nee zeg jij, te vroeg | 71 |
Eén grote vuurbal, gloeiend als metaal | 72 |
lied | 73 |
voor prinses irene | 74 |
i l histoire | 75 |
ii se répète | 75 |
Vanavond swingt het boekenbal | 77 |
Een domoor vroeg me: Is een bij een bij | 78 |
Mij werden veertien vragen voorgelegd | 79 |
Vlak voor hij doodging zei hij ‘nooit meer jarig’ | 80 |
Een non uit Tsjernobyl, ontzet: | 81 |
Ik droomde dat ik heel gelovig was | 82 |
Waartoe die komma's kreet de jonge dichter | 83 |
wolfgang amadeus mozart | 84 |
Kan nostalgie versleten raken | 85 |
De wolven weten het, ik ben de dans ontsprongen | 86 |
Het is geen pretje om te moeten kiezen | 87 |
Wat heb ik met de beul gemeen | 89 |
Binnen het droomdomein van bloemenschip en draken | 90 |
De laatste loodjes, ‘het is mooi geweest’ | 91 |
Het ritselen van blâren, die muziek | 92 |
Na meer dan tachtig jaren | 93 |
[ achterplat]
Wat heeft de eeuw ons aangedaan dat ik het boek niet dicht kan slaan: Tot alles is de mens in staat tot in de nde, nde graad.
Na de bundel kwatrijnen Een uitroep zonder uitroepteken (1987) en zijn eerste ‘nestoriaanse’ kwatrijnen Voordat ik afreis (1983), waarvan Komrij er drie selecteerde voor zijn grote bloemlezing, verrast Hugo Pos (1913) zijn lezers nu, in 1998, met Tot in de nde, nde graad, een honderdtal nestoriaanse kwatrijnen, die niet alleen een vervolg op de eerdere bundel zijn, maar vooral ook een aanvulling.
Pos heeft, om de werkelijkheid van zijn leven geen geweld aan te doen, naast de meer zwaarmoedige kwatrijnen ook wat men ‘light verse’ zou kunnen noemen geschreven. Hij heeft ze met opzet niet afzonderlijk gerangschikt, maar ze door elkaar opgenomen. Het gaat hem om de kern van zijn melange, iets tussen leven en dood in.
Beloof me, kind, als ik van hier verdwijn treur niet om mij, straks bloeit weer de jasmijn en geurt de kamperfoelie. Erger zou het wezen als zij verdwenen waren, - ik er nog zou zijn.
IN DE KNIPSCHEER