bazend. Ik heb nog een lap, die jou wel zal staan, had ze gezegd. Ze had haar de maat genomen en beloofd er een fijne jurk voor haar van te maken. Maar je moet denken, ik kan je niet passen, er mankeert altijd wel iets aan, het zou een wonder zijn als het in eens lukte. Nog geen week na de vacantie had ze Nel de jurk gestuurd. Er mankeerde inderdaad iets aan, als je goed keek. Bij het schouderblad trok hij iets. Maar niet van betekenis, Nel kon hem zo ook wel dragen. Maar ze had hem nog niet aan gehad. Hij was te mooi voor de Zondag, het was een echte feestjurk.
Die zou te pas komen. Komiek, Gerda had háár feestjurk voor de verloving gemaakt. Dat had ze ook niet voorzien. Of misschien toch? In ieder geval was het echt aardig van d'r. Hoe zou Jan 'em vinden? Och, die keek er niet naar, of je moest hem er op attent maken. En dan zag hij soms merkwaardig scherp.
Dus Jan ging zich verloven. Een groot feest zou het wel niet worden. Maar ringen dragen zouden ze wel. Niet veel drukte, waar is het goed voor? Veel familie was er niet, oom en tante zouden wel niet overkomen voor een verloving. Als het nou een trouwerij was.
Dat zou op den duur ook komen. Vanzelf; zo heel erg lang hoefden ze niet te wachten, misschien drie, vier jaar. Jan zou trouwen, hij zou kinderen krijgen, en zij, Nel, zou die kinderen wel eens op schoot nemen. Waarom werd ze nou zo verdrietig? Of er een zware golf water op haar borst drukte. Het was heel gewoon, zo gaat het altijd. Gaat het zo altijd? Gerda en Jan zouden in een huwelijk verbonden worden. Ze zouden samen één zijn. Op de trouwdag van vader en moeder was zij aan Jan verbonden; zou ze hem kwijt raken op zíjn trouwdag? Dat kon niet.
Je moet als vrouw wel verbazend veel voor een man over hebben. Je moet eigenlijk vol barmhartigheid voor hem zijn, anders kan het eenvoudig niet. Nou ja, voor Jan is zo iets niet zo heel moeilijk, dat begreep Gerda ook wel.
Opeens lette Nel op haar gedachten. Wat dacht ze nou eigenlijk, dat het niet moeilijk was alles voor Jan over te hebben? Als ze dat vond, als ze dat zo goed begreep, betekende dat niet...? Wel alle joden, was ze nou weer bezig? Ze wist het toch langzamerhand, dat ze haar broer als broer niet verliezen mocht? Of was dat allemaal anders? Maar hoe dan? Het is onnatuurlijk als een meisje op haar broer verliefd wordt, en wilde ze niet verschrikkelijk graag zijn zus blijven?
Daar had je 't nou. Daar kwam ze niet uit. Of zou ze er langzamerhand kijk op krijgen? Weinig kans op: het was waar zoals ze het gemeend had, of het was niet waar. Als het niet waar was, nou dan had ze zich stom vergist, eigen schuld. Had het verschil gemaakt? Jan had toch Gerda ontmoet, en in zijn zus Nel had hij toch niets anders dan zijn raad en hulp gezien. Maar dat wilde ze toch ook?
Wat lag ze eigenlijk te zeuren. Het kwam allemaal omdat ze aan de kindertjes van Jan had gedacht, die misschien nooit zouden komen. Dat kwam er van, als je ging liggen prakkizeren in plaats van slapen. Nou was ze natuurlijk over de slaap heen.