Dichter en boer. Hubert Korneliszoon Poot, zijn leven, zijn gedichten
(2009)–H.K. Poot– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 406]
| |
Op de Leidse en Haagse schouwburgen. De acteur en toneeldirecteur Jacob van Rijndorp († 1720) had in Den Haag en Leiden eigen schouwburgen gesticht. In beide speelde zijn toneelgroep ‘Groote Compagnie Acteurs van de Haagse en Leidse schouwburgen’, ook na zijn dood, tot 1728. Van interesse van Poot voor toneel blijkt verder weinig, al noemt hij, bijvoorbeeld in de brief aan Henrik van Ryn, wel enkele toneelstukken, waaronder Corneilles Otho dat op het repertoire van Van Rijndorp stond (Kosmann 1915. p. 29). Waartoe en/of in opdracht van wie hij deze epigrammen schreef is me niet bekend. De inhoud is weinig specifiek en handelt uitsluitend over de tegenstelling tussen treur- en blijspel. Voor zover bekend stonden Euripides en Plautus niet op het Leids-Haagse repertoire. | |
Op de Leidse en Haagse schouwburgenHier toont men 't onderscheid van zingen aan en zuchten.
Hier stelt men het verschil van wee en weelde voor.
De kunst weegt lust en last, en volgt het levensspoor;
dies zijn de klachten meest wat langer dan de kluchten.
Beschouwt hier vorst en slaaf: de kroon bedekt de kruin,
De keten prangt de leên. Dit 's noodlot en fortuin.
| |
AndersHier perst EuripidesGa naar margenoot* de tranen uit elks ogen,
die PlautusGa naar margenoot* met de spons der kluchten af komt drogen.
|