Dichter en boer. Hubert Korneliszoon Poot, zijn leven, zijn gedichten

[p. 400]

Op Reinier Boitet, vermaard boekdrukker. Te Delft. Boitet had al in 1718 een los gedicht van Poot uitgegeven en was sinds 1722 zijn vaste uitgever alsmede opdrachtgever voor het persklaar maken van literair werk. In dit epigram speelt Poot opnieuw met woorden rond ‘druk’ als druk-werk, bedruktheid, onder druk staan, het druk hebben. Boitet wordt als ‘lachend’ voorgesteld, vanwege de oppositie met druk.

Op Reinier Boitet, vermaard boekdrukker. Te Delft

Dus leeft en lacht Boitet in 't midden van de druk;
druk, daar zijn vlijt en deugd bij winnen vreugd en zegen;
druk, die de letterliên doet juichen van geluk;
druk, die de druk verdrijft en tot welwijze wegen
de domheid altemet^* en doling dikwijls leidt:
druk eindelijk, die druk en sneven^* is ontwassen,
en 's meesters braven naam voert ter onsterflijkheid,
snel oost en west voorbij en beide 's werelds assen^*.

Kwam Laurens Coster eens uit 's hemels kreitsen^* hier,
hij vlocht de wakkre man een kroon van druklaurier.

* soms

* de druk van het sterven

* de uiteinden aan noord- en zuidpool van de as waarom de wereld draait

* hemelsferen