141
Ieder organisme een collectief,
ieder individu een eenmanscollectief.
Superindividu als superego.
*
Angst voor de consequenties van ons denken. Of juist voor de beperkingen van ons taaldenken.
Zich binnendenken in een al opener ruimte.
Indenken.
*
De mens als toekomstmens krijgt hoe langer hoe meer een experimenteel karakter, als een aan zichzelf ontsnappend laboratorium-proefdier.
Ook het oude begrip ‘mens’ zal eens herzien moeten worden.
Zijn potentia een zich verwijdende potentialiteit tot virtualiteit?
Hoe ook dat in te denken?
Alle denken meer dan ooit proefdenken.
Alle dichten (vanzelf-sprekend) ook.
Proeftaal.