136
‘Mijn vaderland was een gevoel.’ (Sándor Márai) Mijn gevoel is uiteengevallen en ik weet niet meer waar ik thuishoor, zelfs niet binnen mijzelf, want ook mijn ik is uiteengevallen, al lang lang geleden; eigenlijk ben ik nooit een eenheid geweest; ik besta uit louter niet geïntegreerde allochtonen.
Maar met de meeste andere allochtonen om me heen kon hij zich moeilijk identificeren; zij zochten voor alles een vast, veilig centrum waar ze zich voorgoed konden vestigen; niks moderne nomaden. Met hen vergeleken was hij een en al composiete nomade.
Mijn vaderland is meer dan ooit een verloren gevoel.
*
In mijn leven is de bureaustoel waarin ik schreef vaak een elektrische stoel geweest die me net niet geëlektrocuteerd en geexecuteerd heeft.
Ze heeft wel mijn geschriften onder stroom gezet, die me op hun beurt bijna vernietigd hebben en tegelijk geënerveerd tot het leven erop volgde.
*
Door mijn jarenlange vertrouwdheid met de subatomaire wereld en haar eigenschappen komt mij (het bestaan van) de macromateriële wereld meer en meer als een wonder voor, een