100
Droomsymbolen
Het is ons - ons, de algemeen beschaafde mensheid, met inbegrip van psychologen en psychiaters - niet ontgaan dat er andere droomsymbolen in onze dromen zijn opgedoken dan de vanouds bekende, verschuivingen in de representerende verschijningsvormen die zich aanpassen aan de veranderende maatschappelijke uiterlijkheden. Dat dit de laatste generatie - of misschien al sinds de dood van Freud - in steeds snellere mate plaatsvindt komt ten eerste omdat we de oude droomsymbolen te goed hebben leren kennen, waardoor ons onderbewustzijn naar andere transformatiebeelden moest gaan omzien, beelden die het dagbewustzijn niet onmiddellijk kon duiden, en in de tweede plaats omdat ons leven en de maatschappelijke verschijningsvormen zo ingrijpend zijn gewijzigd. Het zou nu voor de hand liggen dat door onze kennis van droommechanismen - ik schreef eerst machismen - en droomsymboliek de nieuwe droomsymbolen al complexer en hermetischer zouden worden, en dit is voor een deel ook zo, dat wil zeggen in individuele gevallen, want in veel grotere mate is er sprake van een versimpeling van de droomsymboliek, alsof ons onderbewustzijn zich niet meer zo veel moeite geeft om zich te hullen in raadselachtige, vervreemdende voorstellingen en zich bij voorbaat bij ons scherpere inzicht heeft neergelegd, of misschien ook wel omdat zijn creatieve reserve zo langzamerhand is uitgeput, psychisch of visueel. Een andere mogelijkheid is natuurlijk dat ons onderbewustzijn niet meer zoveel te verbergen of te verbeelden heeft.
Soms vraag ik mij dan ook af of onze zoektochten in de realiteit, onze honger naar concreetheid niet in de eerste plaats opgeroepen worden door een - onbewust - verlangen naar droomsymbolen, naar droom, irrealiteit.