80
Het individueren in de literatuur is niet meer een kwestie van individuen scheppen, maar van taalgebruik. Individuen in de literatuur doen tegenwoordig vrijwel altijd aan als gemeenplaatsen, als geaborteerde pogingen tot mensenmaken.
Welke verrassingen kunnen de laatste ons nog bieden? De werkelijke literaire figuren zijn taal-figuren, die zich karakteriseren door hun toevalligheden en literariteiten.
(De enige andere interessante personalistische literatuur is de zelfbeschrijving, de ‘Selbsterlebensbeschreibung’, met een zekere mate van ongeordendheid, die er het karakter aan verleent van een taal-figuur.)
*
‘Impersonalité’, ‘impartialité’, ‘impassibilité’. (Flaubert)
Zo streng hoeft het tegenwoordig niet meer - Flaubert zelf prijst trouwens de totale ongebondenheid en vormeloosheid van geniale schrijvers als Rabelais en Cervantes -, maar het is