Herinnering - wat zou ik het graag beweren - is een vorm van tegenhistorie. Maar dit is slechts zelden het geval, meestal is er sprake van geselecteerd verleden.
Echte tegenhistorie is het ont-denken in het heden van een historische ontwikkeling, hetzij in negatieve of positieve zin. Potentiële tegenhistorie is deze tijd, is tijd, leven: ex-traditie.
*
De toekomst is in principe voor iedereen en niemand, het verleden alleen voor enkelen.
De toekomst en de dood zijn het meest democratisch, het heden is het al minder en het verleden nog minder: pure discriminatie!
Een gaatje in de geschiedenis ontdekken waardoor je kunt ontsnappen. Het zoeken ernaar alleen al geeft hoop, wekt levendige illusies en maakt geschiedenis tot levenservaring. Het ondergaan ervan is een persoonlijk avontuur, dat aan het bestaan perspectief verleent, voor sommigen zelfs het enige. Ook als je de geschiedenis of de tijd ‘opheft’ of wanneer de geschiedenis zich in jou opheft, heeft ze haar doel gediend. De geschiedenis en jouw lege huis als uitwerpselen van het leven, als langgerekte drollen van wat of wie zichzelf verteerd heeft. De mens is een wezen dat naar gaten zoekt in zijn eigen existentie om door te ontsnappen en het gat dat hij uiteindelijk vindt is zichzelf. Maar voor het zover is blijft hij zoeken naar een ander, of hij maakt ze, die gaten, graaft ze, als een mol.
*
Geschiedenis: weten hoe het allemaal afloopt en iedere keer weer hopen dat het anders afloopt.
Geschiedenis als een persoonlijke aangelegenheid, als een idiosyncrasie, als een hartritmestoornis. (Iedere hart- en brein-