De noodzaak van het overbodige
(2014)–Sybren Polet– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 114]
| |
bezitten een superrealisme dat tot suprarealiteit wordt: alleen de uiterlijke vormen en contouren zijn dezelfde als die van de herkenbare voorwerpen, de intensiteit ervan is een kunstmatige, is die van kunst; het blauw is anders blauw - niet alleen dieper - dan in de normale werkelijkheid voorkomt. De meest intense materie in de natuur ervaar je alleen op topmomenten via jouw zien. In de kunst wordt dit topmoment tot permanente natuur, waarna de natuur op sommige momenten aan kunstvormen en geschilderde materie zal doen herinneren. Dit soort zeventiende-eeuws realisme is het dat de eeuwen (de natuur) getrotseerd heeft. En de keuze is nog steeds die tussen déze en een volstrekt andere werkelijkheid, en beide keuzes zijn goed. Het is als kiezen tussen twee goeden, waarbij de uiteindelijke keuze altijd fout is. De enige goede keuze is zich niet voor een keuze te laten stellen, maar beide te kiezen. Het gaat misschien niet om de hele natuur, maar wel om de hele cultuur, mét alternatieven. Anders kiest ons de natuur, soms in de vorm van een cultuur die tot een soort primitieve paranatuur is geworden. Meestal gaat het dan om herkenbaarheden en niet te complexe realismen. Het realisme van de grote Nederlandse schilders uit de zeventiende eeuw is anders: het líjkt alleen maar op natuur en heeft in feite een nieuwe realiteit geschapen. En het aardige in dit geval is dat vrijwel alle kijkers het doorhebben en dat niemand er in het minst door gehinderd wordt, zoals dat soms wel het geval is bij de Italiaanse meesters. Het is de laatste maal in de cultuurhistorie van het Westen dat natuur, cultuur en onnatuur elkaars identiteit hebben aangenomen.
*
Nog steeds is er niets realistischer dan: een foto van een foto. Reduplicatie waarmee niets ook maar bij benadering vergeleken kan worden. Dubbele ‘nature morte’ van het oog. | |
[pagina 115]
| |
Uitbreiding van beeld van lege gehoorzaal: camera's nemen de lege zaal op, elkaar op, bandrecorders registreren de stilte, waaronder de stilte van bandrecorders die lege banden afdraaien, aan de wanden volstrekt identieke foto's van dit gebeuren.
*
De tegenwoordige realist (typische realist) is ongeloofwaardig. Nee, dat niet zozeer, hij is (lijkt) onrealistisch. De werkelijkheid lijkt alles te achterhalen wat geen typische (d.w.z. onrealistische) literatuur is. Ook de werkelijkheid is trouwens ongeloofwaardig. De mens is ongeloofwaardig en ik, die dit beweer, ben het ook. Alleen wat ik beweer is geloofwaardig en - realistisch.
*
De werkelijkheid is de werkelijkheid niet Het woord werkelijkheid zou eindelijk maar eens afgeschaft moeten worden en daarmee ‘de’ werkelijkheid. ‘De’ werkelijkheid bestaat niet en het woord ervoor is aanleiding voor te veel misverstanden. Hoe ruimer de abstractie hoe meer diversiteiten en werkelijkheden erin opgaan, dus verloren gaan. De werkelijkheid voor de literatuur is een onbruikbaar begrip, ook voor de literatuurtheorie trouwens. (Vgl. de arrogantie van de terminologie: buitentekstuele of extraliteraire werkelijkheid.) ‘Zie je wel, de werkelijkheid schaft zichzelf af.’ Robert Musil in Der Mann ohne Eigenschaften.
*
Het realisme laat ik aan anderen over. De realiteit niet. |
|