er had plaatsgevonden was een raadsel. Niemand was kennelijk van enig experiment op de hoogte geweest. De kranten publiceerden louter speculaties, waarvan infrageluid er een was.
Korte tijd later klonk in Amsterdam-Slotervaart opnieuw een schrille fluittoon, 's avonds laat, en een complete kantoorkolos vloog uiteen, nachtwakers dood, schade 80 miljoen euro. De verantwoording werd opgeëist door een verzetsgroep, De Onbekende God. Voor de daad werd geen motivatie gegeven. Die bestond blijkbaar niet. Geen ideologie, geen wraak, geen frustratie. Later bleek uit een persbericht dat de verzetsgroep uit één man bestond en nog later, nadat hij zelf bij een geluidsexplosie - de laatste van de vier die volgden - voortijdig de dood had gevonden, voortijdig omdat, naar uit een week later in zijn woning elders aangetroffen dagboek bleek, hij weliswaar het plan had zijn leven te beëindigen door op te gaan in absoluut geluid, maar niet op dat moment -, naderhand bleek dat de voorgaande explosies waren bedoeld als wat ze vroeger noemden ‘actes gratuits’, volstrekt zinloze daden, verricht door de God van de Willekeur en het Toeval waaraan hij dus ook zelf onderworpen werd.
Maar lang voordien had paniek in stad en land toegeslagen. Overal, op willekeurige plaatsen, vonden explosies plaats, voorafgegaan door een al hogere, ijlere fluittoon die, nadat hij onhoorbaar was geworden, zijn alles vernietigende werking uitoefende. Een doos waarvan het afstelmech-