1668 [De wonderlijke vryagien en rampzaalige, doch bly-eyndige, trouw-gevallen van deze tijdt]
[Baltes Boekholt]. De wonderlijke vryagien en rampzaalige, doch bly-eyndige, trouw-gevallen van deze tijdt [...]. Door B.B. Amsterdam, Baltes Boekholt, 1668. kbh 587 K 13.
[drempeldicht keerzijde titelpagina]
1[regelnummer]
Hoe dat stantvast'ge Min de rampspoed kan verdraage,
En streven door 't geval van duyzenderley doôn,
Op hoop dat wedermin hun smart zal onderschraage;
Dus trotst onz' Hollants Min het mingeval der goôn:
5[regelnummer]
Wijl hier geen Minnaar swicht om voor zijn lief te sterve.
Oprechte min kan d'echt, noch d'echt hun trouwdagh derve.
7Aen de Amsterdamsche Juffertjes.
8[...]
9De Françoisen, als niet ontaerdt zijnde van deze gaave, hebben de werelt,
10door hare Romainsche schriften, en boven Aerdtsche hoedanigheden,
11zijnde een vermakelijke minn' toverye, waer meêze de hartstochten
12der menschen, door opgetoogene verwonderinge, zoodanigh bezielt;
13dat de ongemakken der minne rampen, hun strekten tot kittelende
14plaegjes. [Wat de Nederlandsche ‘schoole der liefde’ betreft, zij voor
15het proza verwezen naar] die geestige Heemskerck, de schrand're Jan
16de Brune de jonge, de brave L. van den Bos, de uytstekende Hoogstraete
17[...].