Zondag in ’t zuiden
't Waas zondag in 't zuiden
niks an de hand, en wat d'r gebeurd
't keumt merge pas in de krant
en de zon op de roete reep alles nar boete
verhaale verzinne vandaag
en ik huurde de minse op stroat
veul gelach en geproat, en hiel in de verte
'n tent woar muziek oet kwaam
en de klok tikte door, sloog elk oor
ik mot wat verzinne vandaag
en ik leep wat verdwaald op en neer
wuurd 't koffie of beer, banaan of 'n ei
of ierst nog wat spare honger beware
de rest dat keumt later vandaag
zondag ging vurbeej, zondag ging vurbeej
zondag in 't zuiden, zoeals zondage goan
te muuj um te kieke te muuj um nog op te stoan
en de regen di won 't gevecht met de zon
en schreef zien verhaal op de raam
ik zaag grazige weie, umgeave dor lucht
umgeave dor wolke die deinde op elke zucht
en engele zonge 't geluk oet 'r longe
di zich openbaarde vur meej
(Poels, CD: Zondag in 't zuiden, Hans Kusters Music 1995)
Waar in Goud en Werme regen al de Limburgse natuurbeschrijvingen overtroefd werden met herinneringen en gevoelige impressies en De Peel in brand als decor diende voor een kinderlijke herinnering, heeft Limburg bij Zondag in ’t zuiden plots de culturele jas aangetrokken gekregen. Tweeledige hoofdvraag daarbij: hoe zien zondagen er uit in Limburg en welke rol speelt ‘de Limburger’ daarin?
De lamlendigheid, de twijfel, vermoeidheid en vooral het toegeven aan deze zaken, maar ook de lonkende gezelligheid, zin in eten en drinken schilderen de bourgondische levensstijl. Daarnaast wordt ook de romantische voorliefde voor de omgeving verankerd in de Limburgse karakterschets en dat past weer feilloos binnen het totale repertoire van Rowwen Hèze. Dit Limburgse portret wordt ‘op zijn Poels’ gevitaliseerd door een aantal personificaties, als ‘en de reagen di won ’t gevecht met de zon. De reagen di kwaam en schreef zien verhaal op de raam’.
Geregeld zal nog blijken dat de dimensie tijd een interessant element is in de teksten van Rowwen Hèze. De behandeling van temporele aspecten onderstreept de levensvisie van de band. Wat gebeurd is, dicht Poels hier in de verleden tijd, maar wat hij denkt in de tegenwoordige, alsof hij die herinneringen opnieuw beleeft. Het Limburgse gedachtegoed krijgt hierdoor een soort vereeuwigd karakter.
Een ander typisch Rowwen Hèzisch tijdsaspect is dat van leven bij het moment. Een aantal tekens in dit opzicht: ‘en wat d'r gebeurd, 't keumt merge pas in de krant’, ‘of ierst nog wat spare, honger beware, ierst mar wat water, de rest dat keumt later vandaag’, ‘zondag ging vurbeej, zondag ging vurbeej’. Het subject leeft puur in het hier en nu en maakt zich niet druk over morgen. Het zich verheugen op een mogelijk moment is mooier dan serieus plannen. En zo kruipt de Limburgse zondag voorbij.
Tot slot zal het vast toevallig zijn dat de Limburgse filmproductie Hemel op aarde haar titel terugvindt in de laatste zin van dit gedicht als een verkapt synoniem voor Limburg…